Groen!
Een statuut voor de mantelzorger
door Mieke Vogels (Vlaams parlementslid) op 28 juni 2011 in "Gezin, welzijn
en zorg", "Ouderen"
We zullen met z'n allen langer moeten gaan werken om de pensioenen
betaalbaar te houden. Dat credo wordt minder en minder betwist. Maar er
is ook een keerzijde, waarschuwt Mieke Vogels. "Als iedereen tot zijn
65ste moet blijven werken, zullen veel 55- tot 65-jarigen niet meer als
mantelzorger kunnen optreden voor hun hoogbejaarde ouders". Minder
mantelzorgers betekent meer professionele hulpverlening. Maar wat dat
aan de overheid gaat kosten, heeft nog niemand berekend. Daarom werkte
Mieke Vogels, samen met de collegaâs van Ecolo, een wetsvoorstel uit
dat de mantelzorger beter moet ondersteunen.
Uit berekeningen van de Vlaamse overheid blijkt dat er tegen 2020 in
Vlaanderen 20 000 extra rusthuisbedden moeten bijkomen om het toenemend
aantal zorgbehoevende ouderen op te vangen. Maandelijks zouden er drie
rusthuizen moeten bijkomen, maar omdat dat onhaalbaar is, rekent de
overheid erop dat mensen zelf meer en meer zorgtaken op zich nemen. Zo
zullen er onder meer extra mantelzorgers nodig zijn. Mantelzorg is de
extra zorg die een zorgbehoevende krijgt van iemand uit zijn directe
omgeving, buiten de professionele hulpverlening om.
Maar hoe realistisch is het om te rekenen op meer mantelzorg?
Uit het onderzoek van Ann Dedry (Landelijke Thuiszorg) en uit
vergelijkend Europees onderzoek blijkt dat de mantelzorger meestal
inwoont bij de zorgbehoevende. Het gaat dan om de partner, de ouder van
een kind met een handicap... Mantelzorg verlenen aan een zwaar
zorgbehoevende, is meer dan alleen zorg verlenen, er moet ook een
vertrouwensrelatie bestaan met wie verzorgt. Je treedt immers binnen in
de intimiteit van de zorgbehoevende. De kinderen van de zorgbehoevende
zijn - na de partner - dan ook de tweede belangrijkste groep die
mantelzorg op zich neemt. In de toekomst dreigt echter heel wat
`natuurlijke' mantelzorg te verdwijnen. In de groep van hoogbejaarden
vind je vaker weduwen of weduwnaars: zij hebben geen partner en dus ook
geen inwonende mantelzorger. Daar bovenop komt de stilaan unanieme
overtuiging dat we langer zullen moeten werken om onze pensioenen
betaalbaar te houden. Brugpensioen of andere uittredingssystemen staan
op de helling. Mensen zullen tot hun 65ste moeten werken en 45 jaar
moeten presteren vooraleer ze recht hebben op een volledig pensioen.
In het debat over langer werken worden de (te) jong gepensioneerden
gemakshalve afgeschilderd als `mensen die van het leven profiteren'. De
realiteit is evenwel iets genuanceerder. Het aantal uren mantelzorg dat
door de 55-65-jarigen wordt gepresteerd is helaas niet bekend. Het zou
dringend in kaart moeten gebracht worden om het debat op een
onderbouwde manier te voeren. De 55-65-jarigen worden immers niet voor
niets de `sandwich-generatie' genoemd: het zijn de jonge grootouders
die het tekort aan aangepaste kinderopvang invullen op
woensdagnamiddag, tijdens de vaknatie of wanneer hun kleinkind ziek
is. Diezelfde `sandwich-generatie' heeft tegelijkertijd ook
hoogbejaarde ouders die rekenen op hun kinderen om zo lang mogelijk
thuis te kunnen blijven. Die mantelzorg maakt dat de gemiddelde
verblijfsduur in een rusthuis nu al zeer kort is. Mensen gaan maar naar
een rusthuis als het echt niet anders kan: in een doorsnee rusthuis
sterft jaarlijks één derde van de bewoners.
Als iedereen tot zijn 65ste blijft werken, zal er veel natuurlijke
mantelzorg wegvallen. Of de minister van Welzijn dat nu graag wil of
niet, de wachtlijsten zullen alleen langer worden, de druk op
de professionele zorg zal alleen toenemen. In het debat over de
pensioenleeftijd dat recent weer oplaaide, blijft dit aspect zwaar
onderbelicht. Want niet alleen de Vlaamse overheid, maar ook de
federale overheid `betaalt' als er minder mantelzorg is. Binnen de
sociale zekerheid zijn `pensioenen' en `gezondheidszorg' communicerende
vaten. De rusthuizen worden immers gefinancierd door het RIZIV. Als we
langer werken worden de pensioenen betaalbaar, maar zal bij gebrek aan
mantelzorg de vraag naar opvang in een rusthuis alleen maar toenemen.
Uit het onderzoek dat de Facultés Universitaires Notre Dame de la Paix
(FUNDP) uitvoerde in samenwerking met het Kenniscentrum Mantelzorg
(KEM) blijkt dat mensen die er voor kiezen om mantelzorg te verlenen
geen sociale rechten hebben. Wie vandaag mantelzorg geeft, wordt vaak
verplicht om zijn job op te geven. 60% van de mantelzorgers heeft niet
de mogelijkheid om zijn/haar arbeidstijd te herschikken. Bovendien
bouwen mantelzorgers geen pensioenrechten op en verliezen ze elk recht
op arbeidsbemiddeling en werkloosheidsuitkering eens de periode van
mantelzorg ophoudt. Uit Europees onderzoek blijkt dat mantelzorgers
meestal hoog geschoold zijn en dat de helft van de mantelzorgers met
zware financiële problemen kampt. Als de overheid wil inzetten op meer
informele zorg om de professionele zorg terug te dringen, dan moet ze
hiervoor ook de randvoorwaarden creëren.
Vandaag bestaan een aantal zorgverloven, zoals het ouderschapsverlof en
het palliatief verlof, maar die zijn te beperkt voor de mantelzorger.
In sommige Duitse deelstaten heeft men er voor gekozen een zwaar
zorgbehoevend iemand te laten kiezen tussen opvang in een voorziening
en zorg door een mantelzorger. De mantelzorger krijgt een halftijds
loon en behoudt zijn voltijdse rechten op pensioen, werkloosheid en
ziekteverzekering. Als eerste stap wil Groen!/Ecolo een wetsvoorstel
indienen dat nog geen vergoeding voorziet voor de mantelzorger, maar
wel een sociaal statuut.
De basisprincipes van het wetsvoorstel zijn:
* Iemand opent het recht op mantelzorg als hij aan de hand van de
bestaande federale schalen (verhoogde kinderbijslag,
integratietegemoetkoming voor persoon met handicap, tegemoetkoming
hulp aan bejaarden) voldoende punten scoort op de schaal die het
verlies aan zelfredzaamheid meet. De verzorgde kiest zijn
mantelzorger, uiteraard met instemming van de mantelzorger in
kwestie.
* Die erkenning geeft aan de zorgkas voor mantelzorgers het recht om
de voltijdse sociale rechten te waarborgen voor één voltijdse of
twee deeltijdse mantelzorgers.
* Door ook deeltijdse mantelzorg mogelijk te maken, willen we het
risico op sociaal isolement van de mantelzorger vermijden; we hopen
zo ook meer mannelijke mantelzorgers aan te trekken.
* Het statuut van mantelzorger wordt voor een bepaalde periode
toegekend, maar kan verlengd worden zo lang de zorgbehoevende aan
de voorwarden voldoet.
* Tijdens de periode van mantelzorg wordt het pensioen verder
aanbetaald en behoudt de mantelzorger zijn rechten voor de ziekte-
en invaliditeitsverzekering. Eens de periode van mantelzorg
afgelopen is, heropent het recht op werkloosheidsvergoeding en
arbeidsbemiddeling.
* De mantelzorger is verplicht zich aan te sluiten bij een
mantelzorgvereniging die hem of haar ondersteunt en evalueert in
zijn opdracht.
Dit wetsvoorstel veronderstelt een samenwerking tussen de federale
overheid en de gemeenschappen. De erkenning en subsidiëring van
mantelzorgverenigingen is immers een gemeenschapsbevoegdheid.
Belangrijker echter is dat de gemeenschappen de mantelzorg verder
kunnen promoten door bijvoorbeeld aan de mantelzorger een vergoeding te
geven.
IFRAME:
http://www.facebook.com/plugins/like.php?app_id=157508420984521&href=ht
tp%3A%2F%2Fgroen.be%2Factualiteit%2FNieuwsflash-een-statuut-voor-de-man
telzorger_2243.aspx&send=false&layout=standard&width=450&show_faces=tru
e&action=like&colorscheme=light&font&height=80
Contact: Mieke Vogels