Rijksoverheid
Toespraak van de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, Ben Knapen, bij de
eerste bijeenkomst van het Nationaal Platform Rio+20, op 28 juni in Den Haag
Toespraak | 28-06-2011
---Gesproken woord geldt---
Dames en heren,
Dit is een bijzonder moment, de aftrap van het Nationaal Platform
Rio+20 en ook dat Louise Fresco de kar gaat trekken. Dat geeft direct
gezag.
De inmiddels bijna vergeten geschiedschrijver Jan Romein heeft ooit een
poging gewaagd het Nederlandse volkskarakter in woorden te vangen.
Het is hem niet gelukt.
Aan het einde van zijn beschouwingen deed Romein de bekentenis dat ook
hij niet wist wat ons volkskarakter is, maar dat hij hoopte op luctor
et emergo. Waarschijnlijk wist Romein dat deze spreek uit de
zestiende eeuw - ik worstel en kom boven - geen directe verwijzing is
naar de strijd tegen het water. Toch is die strijd tegen het water, of
beter: is water in zijn algemeenheid een belangrijk deel van ons
nationale zelfbeeld. Niet voor niets werd `Herinnering aan Holland' van
Hendrik Marsman in 2000 uitgeroepen tot het gedicht van de afgelopen
eeuw.
Ook in het buitenland heeft Nederland als waterland een grote
reputatie. Onbegrijpelijk is dat niet. We hebben bijvoorbeeld veel
ervaring opgedaan met grensoverschrijdend waterbeheer. Denk aan het
Rijn-Zout-Verdrag tegen de vervuiling van de Rijn, waarbij
verschillende landen betrokken waren. De buitenlandse belangstelling
voor onze aanpak is groot. En die belangstelling zal onder invloed van
klimaatverandering en bevolkingsgroei alleen maar toenemen.
Klimaatverandering en bevolkingsgroei zijn slechts twee voorbeelden van
wereldomspannende problemen die op ons afkomen. Er zijn nog veel meer
voorbeelden. Ik noem er één: waterschaarste. Volgens de laatste
berekeningen is er over twintig jaar op twee derde van deze planeet een
tekort aan water. Dat is een gigantisch probleem - zowel praktisch als
politiek.
De regering wil met de inzet van Nederlandse kennis en kunde bijdragen
aan een oplossing. Sterker nog, water is één van onze vier speerpunten
voor ontwikkelingssamenwerking. Maar het is evident dat Nederland het
niet alleen kan. Zoals zo veel wereldomspannende problemen niet door
individuele landen kunnen worden opgelost. Zulke problemen schreeuwen
om een mondiale aanpak.
De United Nations Conference on Sustainable Development moet met deze
mondiale vraagstukken het voortouw nemen. Over een jaar, in juni 2012,
vindt de Rio+20 top plaats. Het is in ons aller belang - ook in het
Nederlandse belang - dat de UNCSD geen papieren tijger wordt, maar een
concrete bijdrage levert aan mondiale duurzaamheid. In Rio de Janeiro
moet de internationale gemeenschap weer stappen vooruit zetten.
De Nederlandse inbreng op die Rio+20 Conferentie moet dus goed zijn.
Begin maart is daarom de interdepartementale Taskforce Duurzame
Ontwikkeling opgericht. Dat klinkt misschien ambtelijk of stroperig.
Maar dat is het niet. Het is een punt op de lijn naar de
Rio-conferentie. Want u kunt meepraten via het Nationaal Platform
Rio+20, dat onder de bezielende leiding staat van Louise Fresco.
Ik ben dan ook blij u vandaag te begroeten - op deze eerste van drie
bijeenkomsten met de belangrijkste stakeholders. En ik nodig u van
harte uit om de website te benutten en vanaf vandaag ideeën en
gedachten met ons te delen. Dan gaat het niet alleen om een duurzame
economie, maar ook om armoedevermindering.
We hebben ook ambities op dit terrein. Neem bijvoorbeeld het Initiatief
Duurzame Handel, waarin wij samenwerken met tal van maatschappelijke
organisaties en bedrijven. Op het eerste gezicht heeft een duurzame
productieketen van Nederlandse bedrijven misschien alleen een lokaal
effect. Maar in een mondiale economie bestaan louter lokale effecten
niet. Als een houtbedrijf hier zijn productieketen verduurzaamt, heeft
dat direct effect op de houtproductie daar.
Dames en heren, ik ben geen doemdenker - om met Koot & Bie te spreken.
Als je naar het nieuws kijkt, zou je kunnen denken dat we leven in een
moeilijke, zware tijd. Problemen in Griekenland. Ellende in Libië en
Syrië. Een financiële crisis, binnenkort toch weer een acute
voedselcrisis, een klimaatcrisis. Kortom: een panorama van gevaar en
instabiliteit.
Maar laten we niet vergeten verder te kijken dan het nieuws. We zijn
getuige van gigantische problemen, maar tegelijkertijd ook van een
geweldige vooruitgang. China bloeit op. De Indiase economie schiet uit
de startblokken. Brazilië en Indonesië kennen een snel groeiende
middenklasse. Afrika - dat nog niet zo lang gelden voor eeuwig het
verloren continent leek te zijn - kent groeipercentages die
langzamerhand interessant beginnen te worden voor investeerders.
Oost-Europa is met alle vallen en opstaan grosso modo toch
gedemocratiseerd. De Arabische wereld laat eindelijk zijn stem horen.
De Derde Wereld, zoals we die vroeger noemden, bestaat niet meer, de
wereldwijde armoede is op zijn retour.
Weinigen hadden deze ontwikkelingen twintig jaar geleden voor mogelijk
gehouden. Dus waarom wanhopen over de problemen van vandaag? Ik ben er
heilig van overtuigd dat duurzame ontwikkeling mogelijk is, dat het
grijpbaar is. Maar we hebben geen tijd te verliezen, de natuurlijke
hulpbronnen van onze aarde raken in hoog tempo uitgeput. Een gevoel van
urgentie is essentieel om het te vertalen in vooruitgang. Het Nationaal
Platform, dames en heren, komt dan ook geen dag te vroeg.
Ik reken op inspirerende ideeën voor Rio+20 Conferentie. Ik reken op
nieuwe gedachten over de duurzame ontwikkeling van Nederland. Ik reken
op u.
Dank u wel.