NOC*NSF
Sport en filantropie
Standpunt NOC*NSF over
Convenant 'Ruimte voor Geven' en
de 'Geefwet'
Dinsdag 21 juni jl. werd het convenant 'Ruimte voor Geven' getekend door het kabinet en de Filantropie sector. In het kader van de ondertekening van dit convenant hebben bovendien de ministeries van Veiligheid en Justitie, Financiën en OCW aan de Tweede Kamer een brief betreffende de voorgenomen Geefwet gezonden. De komende week bespreekt de 2e Kamer de stand van zaken ten aanzien van de aangekondigde Geefwet. Zowel het convenant als de brief over de Geefwet zijn bijgevoegd.
Gerard Dielessen, Algemeen Directeur NOC*NSF:
"Het is voor NOC*NSF onbegrijpelijk dat er in het geheel niet met de sportsector is gesproken over het Convenant of over de Geefwet."
Nederland heeft 27.000 sportverenigingen. Met hun activiteiten maken sportverenigingen het voor 5 miljoen Nederlanders mogelijk om tegen een betaalbaar tarief te sporten. Naast en vaak ook door het creëren van sportaanbod vervullen sportverenigingen een belangrijke functie op andere terreinen van algemeen nut zoals sociale cohesie, integratie, leefbaarheid van wijken en volksgezondheid.
De verbetering van het geefklimaat in Nederland zou zich niet alleen moeten richten op de cultuursector, maar ook op andere sectoren van algemeen belang, zoals de sport.
Uit het Convenant en de brief valt op te maken dat het kabinet streeft naar een effectievere samenwerking tussen overheid en de filantropische sector. Ook valt op te maken dat het kabinet de Geefwet onlosmakelijk verbonden ziet met de Cultuursector.
NOC*NSF, als vertegenwoordiger van de georganiseerde sport in Nederland, juicht het verbeteren van het geefklimaat toe. Ook snappen we heel goed dat dit geefklimaat belangrijk is voor de Cultuursector.
Tegelijkertijd maken we ons ernstig zorgen over de leemtes in de plannen van het kabinet. Wij zijn van mening dat een goede samenwerking tussen overheid en filantropische sector zich niet dient te beperken tot de grote Goededoelenorganisaties en de cultuursector.
Gerard Dielessen, Algemeen Directeur NOC*NSF:
"Juist nu gemeenten en provincies hard aan het bezuinigen zijn en de financiële situatie van amateursportverenigingen en andere SBBI's verslechtert, zou het kabinet alles in het werk moeten stellen om het sociale, culturele en sportieve leven 'om de hoek' te stimuleren."
Sportverenigingen ontvangen vrijwel geen subsidie, maar generen hun eigen inkomsten. Voor de helft bestaan die inkomsten uit contributie van leden. Verenigingen zijn daarom sterk afhankelijk van (sponsor-)bijdragen van bedrijfsleden en particulieren, in de vorm van geld, goederen en vrijwilligerswerk. In de sportsector zijn ruim één miljoen vrijwilligers actief. Het aandeel zuivere giften in geld en goederen is echter gering; geven aan sportverenigingen (en andere sociale instellingen) is fiscaal weinig aantrekkelijk voor bedrijven en particulieren.
ANBI of SBBI: meedoen of achterblijven
Het Convenant en de Geefwet gaan alleen over de ANBI'S, de zogenaamde Algemeen Nut Beogende Instellingen. Vrijwel alle algemeen nuttige instellingen die de verenigingsvorm hebben, zoals de amateur sportverenigingen vallen daar niet onder, juist omdat ze verenigingen zijn.
Dat de amateursport zich om allerlei redenen en vanwege (inter)nationale vormvoorschriften in de vorm van verenigingen heeft georganiseerd, is dus de reden dat deze van oudsher grootste Civil Society uitgesloten is en in de toekomst ook blijft van de belangrijke fundamentele ontwikkelingen in de filantropie die het kabinet nu voorstaat.
Gerard Dielessen, Algemeen Directeur NOC*NSF:
"Juist omdat we een verenigingsstructuur hebben in de sport kunnen we afspraken maken over kwaliteit en veiligheid. Zoals over het tegengaan van Seksueel misbruik. Zonder die verenigingsstructuur kan dat niet. Het is daarom ook zo vreemd dat die verenigingsstructuur ons in de weg zit om als Algemeen Nut Beogend erkend te worden."
Kabinet leek op de goede weg
De aangenomen motie van Kamerleden Omtzigt, Neppérus en Slob (Kamerstukken II 2010/11,
32 504, nr. 60.) heeft bij ons de verwachting gewekt dat de staatssecretaris van Financien in de Geefwet minimaal een passage zou wijden aan de SBBI's, en meer concreet aan een goede registratie van deze instellingen. Onze verbazing is groot nu blijkt dat er in de brief over de Geefwet met geen woord gesproken wordt over de SBBI's. En ronduit kwalijk vinden wij het dat het Convenant zich expliciet beperkt tot organisaties met de zogenaamde ANBI status.
De staatssecretaris van Financiën omarmde namelijk de motie 'Omtzigt' en sprak ferm uit deze uit te zullen voeren. Niet alleen was hij van mening dat liefdadigheid in Nederland niet ontmoedigd dient te worden, ook heeft hij - in het kader van de Geefwet- toegezegd heel specifiek te zullen kijken naar de positie van sportverenigingen, buurthuizen, dorpshuizen en andere SBBI's.
Gerard Dielessen, Algemeen Directeur NOC*NSF:
" De sport rest nu slechts de magere SBBI status, die van Sociaal Belang Behartigende Instelling en daarmee dreigt de definitieve uitsluiting uit de filantropie sector. Wij pleiten dan ook voor betrokkenheid van de sport bij de inrichting van de Geefwet, voor het te laat is. Hiermee willen wij bereiken dat de sportsector een financieel onafhankelijke en florerende sector blijft, die zijn maatschappelijke taken kan blijven vervullen."