Rijksoverheid


Kamervragen en antwoorden
Voorjaarsnota 2011
Vraag 1
Kan nader toegelicht worden waarom de uitgavenraming van de zorgtoeslag precies wordt verhoogd met 105.430 miljoen euro? Antwoord op vraag 1
De uitgavenraming van de zorgtoeslag wordt opgesteld aan de hand van ramingen door het CPB. Naar aanleiding van de macro-economische ontwikkelingen gedurende het jaar, zoals berekend door het CPB, is deze raming bijgesteld. Dit heeft geleid tot een bijstelling van 105.340 miljoen euro. Vraag 2
Door toename in zorgvolume worden er op de BES-eilanden meer zorgkosten gemaakt dan begroot. Daarmee verdubbelt het voor de BES-eilanden oorspronkelijk vastgelegde begrotingsbedrag bijna. Hoe kan dit? Antwoord op vraag 2
De aanpassing van het geraamde bedrag in de begroting 2011 wordt verklaard door het feit dat nu meer informatie beschikbaar is over de werkelijk kosten van de zorg op de BES-eilanden dan in 2010 bij het opstellen van de begroting 2011. Het Zorgverzekeringskantoor op de BES-eilanden voert vanaf 1 januari 2011 de Zorgverzekering BES uit. Hierdoor waren er geen historische reeksen om de raming op te baseren. Het oorspronkelijk vastgelegde begrotingsbedrag bleek op basis van de informatie over de eerste drie maanden van het Zorgverzekeringskantoor te laag. Op basis van deze informatie is het begrotingsbedrag bij Voorjaarsnota aangepast. Vraag 3
Er treedt wederom een tegenvaller op bij de grensoverschrijdende zorg. Holt de jaarlijkse toename van de grensoverschrijdende zorg de werking van het macrobeheersinstrument niet uit? Antwoord op vraag 3
Het macrobeheersinstrument heeft enkel toepassing op zorg welke wordt verstrekt en genoten in Nederland. Het macrobeheersinstrument heeft derhalve geen invloed op de kosten van grensoverschrijdende zorg. Van uitholling van dit instrument in strikte zin is dan ook geen sprake, omdat het macrobeheersinstrument naar aard en strekking van de nationale regeling wel volledig toepasbaar is in Nederland. Vraag 4
Kan de regering een overzicht geven van de kaders voor 2012, 2013, 2014 en 2015? Vraag 44
Sluiten de uitgavenkaders voor 2012?
Antwoord op vraag 4 en 44
Het handhaven van het uitgavenkader is een belangrijk uitgangspunt van het Nederlandse begrotingsbeleid. In de Voorjaarsnota 2011 wordt de ontwikkeling van het budgettaire beeld in 2011 getoond. Bij Miljoenennota 2012 zullen de uitgavenkaders voor 2012 tot en met 2015 worden gepresenteerd. Vraag 5
Wat wordt precies bedoeld met de "Reserve voorjaar. van 500 miljoen euro die terug te vinden is in de verticale toelichting? Vraag 6
Waarom is de "Reserve voorjaar. op de aanvullende post gemaakt? Waar is de "Reserve voorjaar. eerder gemeld? Vraag 7
Waarom is de "Reserve voorjaar. niet in de startnota aan de Tweede Kamer gemeld? En waarom wordt deze reservering in de Voorjaarsnota zelf niet genoemd, laat staan toegelicht? Vraag 8
Wat gebeurt er met de 100 miljoen euro in de "Reserve voorjaar. die na aanwending van 400 miljoen euro voor de problematiek van de Voorjaarsnota nu nog resteert? Vraag 9
Hoe wordt de opboeking van vier maal 100 miljoen euro in de jaren 2012-2015 gedekt? Zijn hier bepaalde begrotingen voor in totaal 100 miljoen euro verlaagd? Zo ja welke? Zo nee, zijn de kaders gecorrigeerd voor deze intertemporele schuif via de aanvullende post? Antwoord op vraag 5, 6, 7, 8 en 9
Voor 2011 is bij Startnota een voorziening van 500 miljoen euro getroffen op de Aanvullende Post; voor de jaren 2012-2015 is hiertegenover een taakstelling van vier keer 125 miljoen euro ingeboekt om het beeld intertemporeel te laten sluiten. Er wordt dus over de gehele periode niet meer geld uitgegeven. De reserve is in de Startnota verwerkt als onderdeel van de post intertemporele compensatie diverse begrotingen (zie bijlage 3) en had tot doel om voorziene overschrijdingen in 2011 terug te kunnen halen in de periode 2012-2015. Bij Voorjaarsnota is 400 miljoen euro van deze gereserveerde middelen ingezet ter dekking van problematiek. Deze middelen worden weer tegengeboekt in de jaren 2012-2015 om het beeld intertemporeel te laten sluiten (vier maal -100 miljoen euro). Er zijn geen afzonderlijke begrotingen gekort met 100 miljoen euro want deze boeking vindt plaats op de Aanvullende Post Algemeen. De resterende 100 miljoen euro dient als dekking voor aanvullende problematiek. Gelden die op de Aanvullende Post staan kunnen niet uitgegeven worden. Deze middelen worden eerst overgeboekt naar een begroting en na parlementaire goedkeuring kunnen deze uitgegeven worden. Vraag 6
Waarom is de "Reserve voorjaar. op de aanvullende post gemaakt? Waar is de "Reserve voorjaar. eerder gemeld? Antwoord op vraag 6
Zie het antwoord op vraag 5.
Vraag 7
Waarom is de "Reserve voorjaar. niet in de startnota aan de Tweede Kamer gemeld? En waarom wordt deze reservering in de Voorjaarsnota zelf niet genoemd, laat staan toegelicht? Antwoord op vraag 7
Zie het antwoord op vraag 5.
Vraag 8
Wat gebeurt er met de 100 miljoen euro in de "Reserve voorjaar. die na aanwending van 400 miljoen euro voor de problematiek van de Voorjaarsnota nu nog resteert? Antwoord op vraag 8
Zie het antwoord op vraag 5.
Vraag 9
Hoe wordt de opboeking van vier maal 100 miljoen euro in de jaren 2012-2015 gedekt? Zijn hier bepaalde begrotingen voor in totaal 100 miljoen euro verlaagd? Zo ja welke? Zo nee, zijn de kaders gecorrigeerd voor deze intertemporele schuif via de aanvullende post? Antwoord op vraag 9
Zie het antwoord op vraag 5.
Vraag 10
Wat houdt de post in de verticale toelichting VUT-fonds (rente) precies in? Ontstaat er door deze mutatie ruimte onder het uitgavenkader? Zo ja, hoe wordt deze ingezet? Antwoord op vraag 10
Deze mutatie gaat om een wijziging van de leenbehoefte vanuit het VUT-fonds. Meer mensen maken later gebruik van de Vendrik-regeling waardoor de leenbehoefte naar achteren verschuift. Daarnaast zijn deze uitgaven geen onderdeel van het uitgavenkader. Er ontstaat dus geen ruimte onder het uitgavenkader. Vraag 11
Waardoor worden de incidentele renteopbrengsten bij de heffings- en invorderingsrente veroorzaakt? Antwoord op vraag 11
De incidenteel hoge renteopbrengsten zijn het gevolg van een grote naheffing van de Belastingdienst waarvan een substantiële rente-component onderdeel was. Vraag 12
Bij de technische mutaties in de verticale toelichting wordt bij de loonbijstelling een meevaller ingeboekt. Waar wordt deze door veroorzaakt? Antwoord op vraag 12
De mutatie betreft de overboekingen (het uitdelen) van de loonbijstelling tranche 2011 van de aanvullende post Arbeidsvoorwaarden naar de departementale begrotingen. Het hier afgeboekte bedrag is dus weer opgeboekt bij andere begrotingshoofdstukken, waardoor geen sprake is van een meevaller. Vraag 13
Wat houdt de ramingstechnische veronderstelling in = uit precies in? Antwoord op vraag 13
Tegelijk met het uitkeren van de eindejaarsmarge bij Voorjaarsnota wordt een even grote taakstellende onderuitputting ingeboekt op de Aanvullende Post. Dit is de zogenaamde in=uit-taakstelling. Hierbij wordt er vanuit gegaan dat de eindejaarsmarge die in enig jaar wordt uitgekeerd, aan het einde van dat jaar ook weer tot onderuitputting zal leiden. Door tegelijk met het uitdelen van de eindejaarsmarge de in=uit-taakstelling te boeken wordt zowel het uitgavenkader als het EMU-saldo niet belast. De in=uit moet gedurende het jaar wel gerealiseerd worden. Vraag 14
Voor de in = uit taakstelling staat -966 miljoen euro raming en +372 miljoen euro invulling. Betekent dit dat er nog een onderuitputting van 600 miljoen euro moet komen in 2011 op alle begrotingen? Zo ja, wat zijn de consequenties als dit niet gebeurt? Vraag 109
Kan worden uitgelegd wat wordt bedoeld met de toelichting op pag. 61 van de Verticale Toelichting dat bij startnota de in = uit taakstelling die voor 2011 in de boeken stond, is ingevuld? Vraag 110
Waar in de startnota is deze taakstelling terug te vinden voor de Kamer? Vraag 111
Impliceert het invullen van 372 miljoen euro op de in = uit taakstelling dat er al voor 372 miljoen euro onderuitputting in 2011 op de rijksbegroting is gevonden? Zo ja, waar? Zo nee, hoe heeft de invulling van dit bedrag dan plaatsgevonden? Antwoord op vraag 14, 109, 110 en 111 2011

1. In=uit Miljoenennota 2011 -392,5
w.v. in=uit IF -372
w.v. in=uit HGIS* -20,5
Invulling in=uit bij Startnota 372

2. In=uit Startnota -20,5

3. In=uit Voorjaarsnota 2011 -966,5
w.v. ingeboekte in=uit -979,8
w.v. Invulling in=uit 13,3

4. Resterende in=uit Voorjaarsnota 2011 (2+3) -987,0