Rijksoverheid


Kamervragen en antwoorden Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2011 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)



Vraag 1 Waarom zijn de structurele tegenvallers van 70 miljoen euro bij bestuurlijke boetes en 45 miljoen euro bij staatsdeelnemingen, genoemd in de verticale toelichting bij de Voorjaarsnota, niet terug te vinden in deze wetswijziging? Hoe zijn die tegenvallers gecompenseerd? Antwoord op vraag 1 De tegenvallers zijn reeds verwerkt bij de nota van wijziging op de begroting IXB 2011. De tegenvallers zijn gecompenseerd door het totaal aan mee- en tegenvallers op de IXB begroting.



Vraag 2 In de toelichting wordt gesteld dat het platform CentiQ het vergroten van financiële kennis en vaardigheden in Nederland de afgelopen twee jaar met succes op de kaart heeft gezet. Waaruit blijkt dit succes? En waarom is meer budget nodig voor beleid dat reeds succesvol is? Antwoord op vraag 2 Het succes van het platform CentiQ, Wijzer in geldzaken blijkt ondermeer uit de volgende selectie van resultaten: Partners van Wijzer in geldzaken hebben en een SchuldPreventiewijzer ontwikkeld waarmee gemeenten/kredietbanken aan de slag zijn gegaan; Lancering van de handreikingen `leren omgaan met geld' voor het onderwijs; Tijdens de Week van het geld heeft 25 procent van de basisscholen aandacht besteed aan het leren omgaan met geld; Het aantal bezoekers van de website ww.wijzeringeldzaken.nl is in de loop van het jaar gegroeid naar 94.000 per maand, waarvan 80 procent doorklikt naar partnersites; Ruim 200.000 jongeren kregen via themasites van www.zondercashbenjenergens.nl tips over mobiel bellen en bijbaantjes; Media hebben continu aandacht besteed aan het thema omgaan met geld. Het erevoorzitterschap van H.K.H. Prinses Máxima der Nederlanden heeft hier een belangrijke bijdrage aan geleverd. In het najaar van 2010 is besloten het platform na 2012 te continueren. Een conditionele structurele bijdrage van het ministerie van Financiën van 1,25 miljoen euro, eventueel aangevuld met incidentele bijdragen voor specifieke projecten is hierbij noodzakelijk. Blijvende betrokkenheid van de overheid is van belang om de betrouwbaarheid en onafhankelijkheid van het platform te waarborgen; voor een aantal partners, waaronder de Consumentenbond, is deelname van de overheid aan het platform een voorwaarde. Een even grote bijdrage wordt verwacht van de partners van Wijzer in geldzaken. Het verschil van EUR 160.000 voor 2011 heeft betrekking op de eindejaarsmarge van 2010. Het gaat om projecten uit 2010 die in 2011 zijn betaald.



Vraag 3 Op basis van een hogere rekenkoers wordt de uitgavenraming van de ING Illiquid Asset Back-Up faciliteit voor 2011, 2012 en 2014 neerwaarts bijgesteld. Kan de regering deze mutatie nader toelichten? Waarom is 2013 niet in het kasritme opgenomen? En welk valutarisico wordt aan de ontvangstenkant gelopen? Antwoord op vraag 3 De raming voor de uitgaven en ontvangsten van de Illiquid Assets Back-up Facility (IABF) luiden in US dollar. De raming wordt ten behoeve van de begroting omgerekend naar euro met behulp van de eurodollar rekenkoers. Deze eurodollar rekenkoers is gebaseerd op de eurodollar koers zoals vastgesteld door het CPB. Wanneer de euro apprecieert (meer waard wordt uitgedrukt in US dollar) daalt de raming in euro. Voor de jaren 2011, 2012 en 2014 is de eurodollar rekenkoers, zoals gebruikt in de 1e suppletoire begroting ten opzichte van de rekenkoers die is gebruikt in de begroting, gestegen. Als gevolg daarvan is de raming voor de uitgaven van de IABF voor die jaren in de 1e suppletoire begroting neerwaarts bijgesteld. De wisselkoers voor de jaren 2013 en 2015 is niet gewijzigd. Aan de ontvangstenkant wordt gebruik gemaakt van dezelfde eurodollar rekenkoersen. Hierdoor is ook de raming voor de ontvangsten van de IABF voor de jaren 2011, 2012 en 2014 neerwaarts bijgesteld. De omvang van de mutatie in de ontvangsten in enig jaar is gelijk aan de omvang van de mutatie in de uitgaven in datzelfde jaar. Tot op heden is elke US dollar die binnenkomt weer uitgegeven om de verplichting aan ING versneld af te bouwen. Dit komt ook tot uitdrukking in de raming. Doordat zowel inkomsten als uitgaven onder de IABF in US dollar luiden, en de uitgaven onder de IABF tot op heden gelijk zijn aan de ontvangsten, is het valutarisico beperkt tot het uiteindelijke resultaat op de transactie.



Vraag 4 In de toelichting is te lezen dat ondanks de verbeterde economische omstandigheden, de raming van de EKV schade-uitkering opwaarts wordt bijgesteld. Kan de regering deze ramingbijstelling nader toelichten? Antwoord op vraag 4 Het herstel van de economie is nog niet tot alle landen en sectoren doorgedrongen waarop exportkredietverzekeringen zijn verstrekt. Vanwege die onzekerheid en omdat exportkredietverzekeringen een lange looptijd hebben, waardoor eventuele schade zich pas later effectueert, heb ik nu gemeend de raming bij te stellen. Het landenbeleid wordt regelmatig bijgesteld; op die manier worden alleen nieuwe exportkredietverzekeringen verstrekt ten behoeve van landen met acceptabele risico's.



Vraag 5 Onder het beleidsartikel voor beheer materiële activa, was niet voorzien in de 'plankkosten' van het project Almere Oost. Om welke programma-uitgaven gaat het hier? Waarom was hier niet in voorzien? Welke ombuigingen ter dekking van de meeruitgaven staan hier tegenover? Antwoord op vraag 5 De plankosten hebben betrekking op de bijdrage die het RVOB betaalt aan de kosten van de projectorganisatie (met de naam Werkmaatschappij Almere-Oosterwold) die als taak heeft om de business case voor dat gebied verder uit te werken en te optimaliseren. Het budget voor de plankosten wordt bepaald aan de hand van concrete projecten die het RVOB in portefeuille heeft en worden dus jaarlijks vastgesteld. Dekking voor het bedrag van 1 miljoen euro is afkomstig uit de onderuitputting op het plankosten budget 2010.



Vraag 6 De apparaatuitgaven zijn onder andere gestegen als gevolg van onvoldoende budgetten voor de diverse aangesloten auditdiensten. In de toelichting is te lezen dat gekozen is om personeel in te zetten voor extra opdrachten om extra ontvangsten te genereren. Waarom is niet gekozen om mnder personeel in te zetten om zodoende op de uitgaven te besparen? Antwoord op vraag 6 De RAD heeft in 2010 en 2011 de taakstelling Balkenende IV volledig ingevuld. De RAD zet conform planning interne mensen in op betaalde opdrachten, binnen het Rijk. Rijksbreed gezien is dat voordeliger dan extern inhuren en is daarmee ook in lijn met het gewenste beleid. Met deze extra interne inkomsten is de RAD begroting sluitend en kunnen de afgesproken taken worden uitgevoerd.






---- --