Rijksoverheid


financiële dekking van het doortrekkingsalternatief van de A15

Geachte voorzitter, Ik ben verheugd om u mee te delen dat ik met Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland en het College van Bestuur van de stadsregio Arnhem Nijmegen afspraken heb kunnen maken over de financiële dekking van het doortrekkingsalternatief van de A15 met brug naar de A12 over het Pannerdensch kanaal bij Arnhem Nijmegen. Zoals ik u per brief over de prioritering investeringen mobiliteit en water recent heb aangegeven (IENM/BSK-2011/75625) is in Oost Nederland de belangrijkste opgave het verbeteren van (inter-)nationale achterlandverbindingen. In dit gebied zijn ontwikkelingen veelal gekoppeld aan ruimtelijke economische ontwikkelingen elders in het land, bijvoorbeeld via de topsector logistiek. De investeringen in mobiliteit dragen voor een groot deel bij aan deze opgave. Ik heb toen ook aangegeven dat ik de komende jaren o.a. zal inzetten op de reeds in gang gezette projecten zoals de A12/A15. Gedeputeerde Staten van Provincie Gelderland, het college van bestuur van de stadsregio Arnhem Nijmegen en ikzelf hebben als inzet voor de verdere procedure (standpuntbepaling en bestuursovereenkomst), mede gezien de financiële kaders, de voorkeursrichting " het doortrekkings-alternatief met brug" als uitgangspunt. Door de financiële toezeggingen van de regio is het (naast de wettelijk nodige natuur- en geluidmaatregelen) mogelijk afspraken te maken over inpassingen bij Boerenhoek, Groessen, park Lingenzegen, en een halfverdiepte ligging tussen Duiven en Zevenaar. Tevens is een extra aansluiting bij Zevenaar ­ oost op de A12 en een calamiteitenaansluiting bij Angeren mogelijk. In de verdere procedure worden de inspraakreacties en het advies op de nog te publiceren Trajectnota/MER meegewogen bij de definitieve standpuntbepaling. De afspraken betreffen de bestuurlijke voorkeursrichting voor een doortrekking met brug over het Pannerdensch Kanaal, inpassingen op specifieke delen langs het tracé en financiële afspraken om de voorkeur mogelijk te maken.

Pagina 0 van 3



Het project zal deels worden gefinancierd met tol. Dit was al afgesproken in de bestuursovereenkomst van 2006. De tolopbrengsten zullen 282,5 mln bedragen. Nadere uitwerking hiervan heeft nog plaats. De tekst van de afspraken van de bestuurlijke overleggen zijn terug te vinden in bijlage 1A van de hierboven genoemde brief. Ik verzoek u om deze bijlage als een aanvulling te zien van genoemde bijlage en daarvan onderdeel te laten uitmaken. Proces In het Bestuurlijk Overleg MIRT najaar 2010 is afgesproken, parallel aan het traject van de Trajectnota/MER, de financiële mogelijkheden van de alternatieven te verkennen zodat direct na de inspraak op de trajectnota/mer een formeel standpunt kan worden ingenomen. Op basis van de nu beschikbare stuurinformatie uit de Trajectnota/MER is de bestuurlijke inzet voor de voorkeursrichting bepaald. In de Trajectnota/MER worden de doortrekkingsalternatieven met brug en tunnel, een verbredingsalternatief en een bundelingsalternatief met de Betuweroute onderzocht op hun verkeerskundige en milieueffecten. Het project VIA15 volgt de uitgebreide Tracéwetprocedure. Dat betekent dat het wettelijk verplicht is een standpunt in te nemen. De Trajectnota/MER wordt na de zomer gepubliceerd. Dan volgt de inspraakprocedure en de advisering van de wettelijke adviseurs. Het is mijn ambitie om op basis hiervan zo snel mogelijk het definitieve standpunt in te nemen. Ik verwacht dat uiterlijk begin 2012 te kunnen doen. Hiervoor is van belang dat de financiële dekking is geregeld. Deze aanvullende afspraken zijn daarvoor de basis. Bij het definitieve standpunt zal ik ook een definitieve bestuursovereenkomst met de provincie Gelderland en stadsregio Arnhem Nijmegen sluiten.

Ministerie van Infrastructuur en Milieu Ons kenmerk IENM/BSK-2011/94640

Hoogachtend, DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Mw. drs. M.H. Schultz van Haegen

Pagina 1 van 4



Ministerie van Infrastructuur en Milieu

Bijlagen 1 AFSPRAKEN BESTUURLIJK OVERLEG 22 juni 2011 A12/A15 bereikbaarheid Arnhem Nijmegen Achtergrond: Rijk en regio hebben in 2006 een bestuursovereenkomst getekend (doortrekking A15 en verbreding A12 Ede Grijsoord), waarin het rijk 375 mln ter beschikking heeft gesteld en de regio 112,5 mln (provincie Gelderland 100 mln en stadsregio Arnhem Nijmegen 12,5 mln) (inclusief BTW, prijspeil 2006 en volgens IBOI te indexeren). Op basis van de inschattingen van toen diende er een budget van 262,5 mln via tol te worden opgebracht. Totaal budget 750 mln. De huidige raming voor het doortrekkingsalternatief met brug komt op 1020 mln (incl. BTW, BLD). Bij het standpunt zal er een geactualiseerde raming beschikbaar zijn. Rijk en regio zijn het overleg gestart over een aanvullende financieringsafspraak en geven daarmee ook uitvoering aan de motie Dijsselbloem/Slob door voor de zomer van 2011 een voorkeursrichting te bepalen. Besluit 1: Bestuurlijke voorkeur De minister van Infrastructuur en Milieu (i.c. het bevoegde gezag) , Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland en het College van Bestuur van de stadsregio Arnhem Nijmegen hebben als inzet voor de verdere procedure (standpuntbepaling en bestuursovereenkomst) mede gezien de financiële kaders de volgende voorkeursrichting als uitgangspunt: het doortrekkingsalternatief met brug. In de verdere procedure worden de inspraakreacties en het advies op de nog te publiceren Trajectnota/MER meegewogen bij de definitieve standpuntbepaling. Besluit 2: Financiële afspraken Om het doortrekkingsalternatief met brug (financieel) mogelijk te maken, maken rijk en provincie de volgende financiële afspraken: Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland zeggen toe eenmalig 260 mln extra beschikbaar te stellen. Het rijk heeft 45 mln extra beschikbaar voor de realisatie van het project (deels door vermindering van de interne kosten direct aan het project gerelateerd (BLD) ); Afgesproken is dat de tol opbrengsten met 20 mln worden verhoogd dus naar 282,5 mln; Bij tegenvallende opbrengsten tol delen rijk en provincie de kosten daarvan, waarbij de provincie dat doet voor een maximum bedrag van 60 mln. Aanbestedingsvoordelen blijven conform de bestuursovereenkomst van november 2006 in het project. Alle genoemde bedragen zijn inclusief BTW. Bovenstaande bedragen (alsmede de bedragen uit de bestuursovereenkomst van 2006) zijn taakstellende budgetten; Het college van GS van Gelderland doen deze toezegging onder voorwaarde van goedkeuring van Provinciale Staten. Indien deze goedkeuring achterwege blijft, trekt het rijk haar aandeel in de aanvullende financieringsafspraken terug.

Ons kenmerk IENM/BSK-2011/94640

Pagina 2 van 4



Besluit 3: Afspraken over inpassing Door de extra financiële toezeggingen van de provincie is het mogelijk afspraken te maken over de volgende inpassingen: Halfverdiepte ligging tussen Duiven en Zevenaar: Er is in totaal maximaal 55 mln beschikbaar voor: o Goede inpassing bij Boerenhoek, Groessen en park Lingezegen; o Een extra aansluiting bij Zevenaar Oost op de A12 en een calamiteitenontsluiting bij Angeren. Besluit 4: Overige afspraken In de aanbesteding zullen prikkels voor de markt worden ingebouwd om tot een goede prijs/kwaliteit verhouding van de brug te komen. Belanghebbenden worden betrokken bij het ontwerp. Het toltarief zal zodanig zijn dat de doorgetrokken A15 de omliggende wegen ontlast. Dit zal regelmatig worden gemonitord. Rijk en regio zien dit als een gemeenschappelijk belang. Besluit 5: Vervolgproces Na inspraak en advies op de nog te publiceren Trajectnota/MER wordt het standpunt bepaald. Tevens wordt dan een definitieve bestuursovereenkomst tussen de drie partijen opgesteld en ondertekend. Op basis van het definitieve standpunt zal het (Ontwerp-)Tracébesluit worden uitgewerkt Het rijk zal zich inspannen om het project in 2018 open te stellen. Aldus vastgesteld: Op 21 juni 2011 door Gedeputeerde Staten van Gelderland namens Gedeputeerde Staten van de Provincie Gelderland Mw. mr. C.G. Bieze - van Eck Gedeputeerde Economie, Mobiliteit, Omgevingsvergunningen en handhaving Van de Provincie Gelderland Datum en handtekening

Ministerie van Infrastructuur en Milieu Ons kenmerk IENM/BSK-2011/94640

Namens het College van Bestuur Stadsregio Arnhem Nijmegen drs. B.G. Jeene Portefeuillehouder Infrastructuur en Mobiliteitsmanagement Datum handtekening

De Minister van Infrastructuur en Milieu, Mw. drs. M.H. Schultz van Haegen Datum handtekening

Pagina 3 van 4






---- --