Europese Commissie garandeert betere (prijs)concurrentie en betere service- en reparatiemogelijkheden voor automobilisten
Persbericht van PR Newswire
BRUSSEL, June 21, 2011 /PRNewswire/ --
Autofabrikanten moeten identificatiedata reserveonderdelen beschikbaar
stellen
Afgelopen week heeft de Europese Commissie de Euro 5
"uitstoot-regulering" gewijzigd door een nieuwe wet aan te nemen die de
toegang regelt tot de identificatiedata van de elektronische
reserveonderdelen voor die marktspelers die geen deel uitmaken van een
autofabrikantennetwerk. Dit zijn bijvoorbeeld garagehouders of
reparateurs van meerdere merken, onafhankelijke groothandelaren in
onderdelen, hulpdiensten langs de weg, fabrikanten van diagnostische
onderdelen maar ook leveranciers van onderdelen. Door heel Europa
betreft dit ongeveer 885.000 bedrijven met zo'n 4,6 miljoen werknemers!
De nieuwe wet verplicht de autofabrikanten de elektronische data te
publiceren waarmee de autoreserveonderdelen nauwkeurig kunnen worden
geïdentificeerd. Gezien de nog altijd toenemende complexiteit van de
moderne voertuigen en de groeiende variëteit en diversiteit in
onderdelen zelfs binnen een enkele serie, werd het voor de
onafhankelijk opererende vrije markt steeds moeilijker om haar
werkzaamheden uit te voeren, te weten het produceren en verkopen van
onderdelen en andere diensten. Deze ging gebukt onder de voortdurende
dreiging van een monopolie van de autofabrikanten en daarmee van hogere
prijzen voor de Europese automobilist.
Om een onoverkomelijke marktdrempel wegens een informatiemonopolie voor
te zijn, heeft de Europese Commissie dit probleem aan de kaak gesteld
en aangepakt.
Meer concurrentie is positief voor de automobilist!
Door de wijziging van de Euro 5 heeft de Europese Commissie twee
belangrijke Europese opinies sterk in de markt gezet:
1) Het bevordert de eerlijke concurrentie in de
automobielreparatiemarkt, aangezien nu alle spelers gelijke toegang
hebben tot de benodigde informatie, en zo kunnen beschikken over
dezelfde informatie waardoor ze op dezelfde voorwaarden toegang tot de
markt krijgen.
2) De positie van het in de principes van de EU vervatte recht op
betaalbare mobiliteit is eveneens versterkt aangezien een intensieve
concurrentie in de reparatiemarkt en de daaraan gerelateerde
prijsconcurrentie het besteedbaar inkomen van de consument positief
beïnvloeden.
Dit is voor automobilisten een op het eerste gezicht ondoorzichtig
Brussels besluit, totdat zij hun auto ter reparatie aanbieden en de
gevolgen zichtbaar worden in de portemonnee. De reparateur heeft de
keuze de reserveonderdelen te kopen bij de autofabrikant of - en tegen
dezelfde kwaliteit - op de onafhankelijke vrije markt. Deze
keuzevrijheid wordt in de EU ook wettelijk ondersteund. Automobilisten
kunnen kiezen voor reparatie en onderhoud door een onafhankelijke
garage/reparateur zonder dat daarbij het recht op de fabrieksgarantie
vervalt.
Michel Vilatte, Voorzitter van de Europese federatie voor de
onafhankelijke vrije markt, de FIGIEFA, verwelkomt het besluit van de
Europese Commissie met open armen: "Dit is een gedenkwaardige dag voor
de Europese automobilist! Met dit besluit kunnen de onafhankelijke
leveranciers op de vrije markt een bestaan opbouwen als serieus
alternatief voor de servicenetwerken van de autofabrikanten." De
FIGIEFA-voorzitter houdt echter een slag om de arm: "De nieuwe wet is
een stap voorwaarts, maar we vragen de Europese Commissie niettemin de
implementatie van deze wet op de voet te volgen teneinde ervoor zorg te
dragen dat de autofabrikanten geen loopje nemen met hun
verplichtingen." En hij voegt daaraan toe: "Alleen als de
onafhankelijke vrije markt kan beschikken over de informatie in een
bruikbare, elektronisch verwerkbare vorm, zal het zijn doel dienen."
Achtergrond: Eenduidige identificatie van auto- en reserveonderdelen -
praktische gevolgen
Tegenwoordig is een auto een "computer op wielen" en zoals we allemaal
weten zit de kneep bij computers in het hart. Met het blote oog is niet
te ontwaren wat de reserveonderdelen moeten doen, waardoor een moderne
identificatiemethode voor reserveonderdelen, gebaseerd op de
"genetische code" van het voertuig, het chassisnummer (VIN) een must
is.
Autofabrikanten publiceren catalogi met enkel de vermelding van hun
eigen onderdeelnummers, beter bekend als 'OE'-nummers, die gekoppeld
zijn aan het voertuig via het unieke chassisnummer (Voertuig
Identificatie Nummer). Wanneer er een bepaald reserveonderdeel nodig is
voor een bepaald voertuig, kan het juiste reserveonderdeel met een druk
op de knop van de computer snel en eenvoudig gevonden worden, maar
alleen het (meestal duurdere) onderdeel kan rechtstreeks worden
geleverd door de autofabrikant. De autofabrikanten spreken doorgaans
van ordercatalogi.
Het VIN-nummer is niet toegankelijk voor andere leveranciers, waardoor
deze niet in staat zijn het voertuigtype en de diverse componenten te
identificeren, zodat het onmogelijk wordt de benodigde
reserveonderdelen te identificeren. Autofabrikanten houden nog altijd
informatie achter over de relatie tussen het VIN-nummer en de
corresponderende onderdelen. Onafhankelijke leveranciers moeten zich
nog meer inspanning getroosten voor de identificatie van de onderdelen,
waarbij de toenemende complexiteit van de diverse modellen, de
apparatuuropties en de elektronische systemen deze taak nog
bemoeilijken. Tot op heden moeten onafhankelijke leveranciers proberen
aan de hand van de algemene informatie van de autofabrikanten en een
generieke zoekmethode te bepalen welk reserveonderdeel 100 procent
nauwkeurig overeenkomt met het betreffende voertuig. Dit betekent een
ernstig nadeel voor de gehele onafhankelijke vrije markt met negatieve
gevolgen! De mogelijkheden om te concurreren binnen de markt worden in
gevaar gebracht. Onafhankelijke leveranciers moeten nog zich meer
inspanning getroosten voor de identificatie van de onderdelen, waarbij
de toenemende complexiteit van de diverse modellen, de apparatuuropties
en de elektronische systemen deze taak nog bemoeilijken. En welke
garagehouder is bereid een moeilijke, tijdrovende zoektocht op touw te
zetten voor een onderdeel geleverd door een onafhankelijke leverancier
als het onderdeel praktisch "op een presenteerblaadje" wordt aangeboden
door de autofabrikant zelf - al is dat dan tegen een hogere prijs?
Dit vertegenwoordigt een dermate ernstige verstoring van de
concurrentieverhoudingen dat de Europese wet- en regelgevers een
marktmonopolie van de autofabrikanten zagen gloren aan de horizon.
De nieuwe wet draagt de autofabrikanten op de relatie tussen het VIN-
en het OE-nummer openbaar te maken ter bevordering van een duidelijke
identificatie van reserveonderdelen die ook in de onafhankelijke vrije
markt gebruikt kunnen worden.
FIGIEFA is de Europese federatie van de onafhankelijke vrije markt,
gevestigd in Brussel http://www.figiefa.eu. Voor meer informatie en een
video bezoekt u: http://www.yes2euro5.eu.
International Federation of Automotive Aftermarket Distributors
CONTACT: FIGIEFA, BE-1200 Brussel, International Federation of
AutomotiveAftermarket Distributors, Boulevard de la Woluwe 42 Box 5,
Tel.:+32-2-761-95-10, Fax: +32-2-762-12-55, E-mail: figiefa@figiefa.eu