Publieke toezichthouder stuurt onvoldoende op cultuur en gedrag

Persbericht van PwC

Amsterdam, 15 juni 2011 - Ondanks recente affaires sturen toezichthouders in de publieke sector onvoldoende op cultuur en gedrag. Ze staan te ver af van de organisatie waarop ze toezicht houden. Angst om op de stoel van de bestuurder te zitten speelt daarbij een grote rol. Daardoor stellen ze te weinig kritische vragen, en doen ze te weinig met signalen dat er iets niet goed zit. Die conclusie trekt PwC naar aanleiding van gesprekken met 36 leden van raden van toezicht in de zorg, het onderwijs en bij woningcorporaties, charitatieve instellingen en overheidsorganisaties. De bevindingen staan in een vandaag gepubliceerd rapport. Daarin reikt PwC de toezichthouder tevens concrete handvatten aan voor effectief toezicht op cultuur en gedrag.

Volgens PwC worstelen leden van raden van toezicht in de publieke sector zichtbaar met hun rol. Het rapport onderbouwt deze constatering met een vijftal observaties:
1. Toezichthouders waken ervoor op de stoel van de bestuurder te gaan zitten: naar eigen zeggen dragen de bestuurders de verantwoordelijkheid voor de cultuur binnen de organisatie, zij houden er 'slechts' toezicht op. De wijze waarop daarin invulling wordt gegeven wisselt sterk. 2. Toezichthouders stellen zich van nature berustend op ten aanzien van regulering door de overheid en (externe) toezichthouder, ook al stellen zij dat dit het sturen op waarden frustreert. Tegelijkertijd bieden ze relatief weinig tegenwicht door hun visie en statuur aan te wenden voor de politieke lobby.
3. De invloed die toezichthouders zich toe-eigenen beperkt zich veelal tot de formele aspecten zoals het benoemen en ontslaan van bestuurders en het vaststellen van beloningen. In die rol vertrouwen ze op hun eigen gelukkige hand van selecteren en op de integriteit van bestuurders, maar missen ze vaak kennis over beloningsystemen en - regels.
4. Toezichthouders vinden het belangrijk dat ze goed geëquipeerd zijn voor toezicht op cultuur en gedrag, maar evalueren lang niet altijd binnen de raad van toezicht hun eigen inbreng, interactie en deskundigheid.
5. Toezichthouders willen niet afhankelijk zijn van de informatie van bestuurders alleen. Tegelijkertijd staat de wijze van informatievergaring die nodig is voor effectief toezicht op of het kunnen stellen van vragen over cultuur en gedrag vaak nog in de kinderschoenen.

"Het is vaak een kwestie van wel willen maar niet weten hoe. Bovendien miskennen ze hun eigen rol", zegt Olof Bik, specialist bij PwC in gedrags- en cultuurtoezicht en auteur van het rapport. "Juist toezichthouders zijn in de positie om de vinger op de zere plek te leggen en de goede vragen te stellen om nieuwe incidenten te voorkomen. Echter, dat ziet het overgrote deel van de commissarissen helaas anders. Ze eisen in onvoldoende mate de middelen op waarmee ze formeel en informeel invloed kunnen uitoefenen op het juiste gedrag en de gewenste cultuur", aldus Bik die tevens verbonden is aan de Universiteit Groningen.

"Een belangrijke les van eerdere debacles is dat toezichthouders niet blind kunnen varen op harde cijfers, zegt mede-auteur Nita Wink, bij PwC verantwoordelijk voor maatschappelijke organisaties: "Het menselijk gedrag achter de cijfers is minstens zo belangrijk. Juist het creëren van risicobewustzijn in een organisatie is van belang. Maar er is slechts een kleine groep toezichthouders die zichzelf verantwoordelijk voelt voor de cultuur en het gedrag in een organisatie. Zij spreken bestuurders aan op hun voorbeeldgedrag en stellen stevige vragen. Hoe sterker de maatschappelijke en organisatorische kernwaarden en governance doelstellingen zijn verankerd in de cultuur, hoe beter organisatie en medewerkers in staat zijn de verwachtingen van belanghebbenden waar te maken. De sturende rol van toezichthouders in deze wordt in de eerste plaats schromelijk onderschat door de toezichthouder zelf."

Aanbevelingen: toezichthouders moeten hun rol pakken Het rapport komt met een aantal aanbevelingen voor toezichthouders. De belangrijkste zijn:
1. Toezichthouders moeten de afstand tussen bestuur en toezichthouders verkleinen en zich niet alleen richten op de formele verantwoordelijkheden in het two-tier model, zoals benoeming en beoordeling, maar op z'n minst durven goede en stevige vragen te stellen.
2. Toezichthouders moeten zich niet laten weerhouden heldere verwachtingen uit te spreken over de gewenste informatievoorziening, maar ook zelf de organisatie ingaan voor hun informatievoorziening middels gesprekken met middenmanagement en via klachtencommissies, werkbezoeken, etc.
3. Toezichthouders moeten ook invulling geven aan hun eigen voorbeeldrol door zelfevaluatie serieuzer ter hand te nemen en daarmee een voorbeeld te stellen aan het bestuur over het verwachte zelfkritische vermogen.

Om deze aanbevelingen kracht bij te zetten bevat het rapport een handzame kaart met top-10 vragen die toezichthouders zouden moeten stellen en een kaart met top-10 informatiebronnen en indicatoren over de werkelijke cultuur binnen organisatie als bron om de goede vragen te kunnen stellen.

*

Links:
http://www.pwc.nl
Organisatie info:

PwC

Noot voor de red actie:

1. Het rapport 'Sturen op cultuur en gedrag' treft u aan op www.pwc.nl. Voor mee r informatie kunt u contact opnemen met Koen Jonker, persvoorlichter PwC, tel. 0 8879 - 24982 of koen.jonker@nl.pwc.com.

2. Bij PwC in Nederland werken ruim 4.500 mensen met elkaar samen vanuit 12 vest igingen en drie verschillende invalshoeken: Assurance, Tax & HRS en Advisory. We leveren sectorspecifieke diensten en zoeken verrassende oplossingen, niet allee n voor nationale en internationale ondernemingen, maar ook voor overheden en maa tschappelijke organisaties.

'PwC' is het merk waaronder member firms van PricewaterhouseCoopers Internationa l Limited (PwCIL) - een in het Verenigd Koninkrijk gevestigde private company li mited by guarantee - handelen en diensten verlenen. Iedere member firm vormt ten opzichte van zowel PwCIL als de andere aangesloten member firms een afzonderlij ke en onafhankelijke juridische entiteit met een lokale eigendomsstructuur en ee n lokale aansturing. Samen vormen deze member firms het wereldwijde PwC-netwerk, waarbinnen meer dan 161.000 mensen in 154 landen hun gedachten, ervaring en opl ossingen delen bij het ontwikkelen van nieuwe perspectieven en praktisch advies.

2011 PricewaterhouseCoopers. Alle rechten voorbehouden