Rijksoverheid

`Beter samenwerken en investeren in onderzoek'

Nieuwsbericht | 15-06-2011

'Gelet op de toenemende wereldwijde concurrentie zijn meer onderzoek en innovatie noodzaak. Dat vergt twee essentiële hervormingen van het bedrijfsleven en de wetenschap. Onderzoekers en ondernemers moeten veel beter samenwerken. En bedrijven moeten meer investeren in onderzoek en ontwikkeling . We moeten niet bij de pakken neerzitten en wegkruipen achter de dijken.'

Dat schrijft minister Verhagen woensdag 15 juni 2011 in een ingezonden stuk in NRC/Handelsblad.

Wereldtop

Om hierin verandering te brengen heeft Verhagen grote en kleine ondernemers uit negen topsectoren van de Nederlandse economie gevraagd om samen met wetenschappers te kijken hoe Nederland aan de wereldtop kan blijven. Het zijn de sectoren waarin Nederland zowel wetenschappelijk als economisch sterk is: chemie, agrofood, water, creatieve industrie, tuinbouw, hightech, life sciences, energie en logistiek.

Meer zeggenschap ondernemers

De zogenoemde topteams die de plannen hebben gemaakt presenteren deze vrijdag 17 juni 2011 aan de minister. Bij het maken van de plannen kiest het kabinet voor een andere aanpak: minder Haagse subsidies en meer zeggenschap van onderzoekers en ondernemers over de inzet van schaarse middelen.

Fundamenteel onderzoek

De zorg van jonge wetenschappers dat geld bij fundamenteel onderzoek wordt weggehaald noemt Verhagen ´onterecht'. ´Fundamenteel onderzoek levert de toepassingen op van morgen. Het kabinet kiest er wel voor het fundamenteel onderzoek beter te laten aansluiten bij de sterkste sectoren van onze economie. Daarvoor reserveren we via onderzoeksfinanciers als het NWO en de KNAW 350 miljoen euro voor de nieuwe vorm van samenwerking. Dat blijft gebeuren op basis van dezelfde hoge academische criteria. Het zou jammer zijn als juist jonge academici zich laten leiden door angst voor verandering. Ik roep hen op om samen met hun collega's en samen met ondernemers en de overheid de innovatie in Nederland gestalte te geven,'aldus Verhagen.