Gemeente Utrecht
Aantal nesten eikenprocessierups verdubbeld
Het aantal nesten van de eikenprocessierups is dit jaar verdubbeld in Utrecht. Dat constateert de gemeente na inspectie- en bestrijdingsrondes in de stad. Het warme en droge weer van de afgelopen maanden is de mogelijke oorzaak van de forse groei. De rupsen komen in de hele stad voor, maar de meeste overlast is in Vleuten-De Meern en Lunetten. In opdracht van de gemeente bestrijdt een gespecialiseerd bedrijf de nesten rupsen. Om de toename onder controle te houden, zet de gemeente ook eigen opzichters in voor de bestrijding.
Utrecht bestrijdt de rups al vanaf begin mei bijna dagelijks. Sinds twee weken haalt het bedrijf ook in het weekend nesten weg. Volgens de landelijk Expertisegroep Eikenprocessierups hebben de gunstige weersomstandigheden van de afgelopen maanden invloed op de duur en de hevigheid van het larveproces. De gemeente verwacht tot na juli met de bestrijding bezig te zijn. Dit is een maand langer dan gebruikelijk.
Aanpak bestrijding door gemeente
Bewoners wordt gevraagd nesten in hun buurt te melden. Nesten zijn te herkennen aan een grote bruine wriemelende massa rupsen op de boom. De besmette bomen worden afgezet met linten, waarna de nesten zo snel mogelijk worden verwijderd. De nesten worden opgezogen met een apparaat dat met een grote stofzuiger te vergelijken is. Dit is een milieuvriendelijke en veilige manier van bestrijden. De gemeente geeft in de bestrijding van de rups voorrang aan plekken waar veel voetgangers en fietsers passeren, of waar zeer veel rupsen zitten.
Meld nesten
Als de brandhaartjes van de eikenprocessierups in aanraking komen met huid, ogen en luchtwegen ontstaan klachten die lijken op een allergische reactie. Bij ernstige klachten is het verstandig contact op te nemen met de huisarts. Bewoners die een nest signaleren, wordt gevraagd zich te melden bij de gemeente via het telefoonnummer 030 - 286 00 00. Meer informatie over de eikenprocessierups staat op www.utrecht.nl/bomen. Informatie over de gezondheidsrisico's staat op www.utrecht.nl/gggd.