Rijksoverheid
9 juni 2011
Monitoring collegegeldsystematiek
Bij de behandeling van de Wet versterking besturing in de Eerste Kamer heeft
mijn voorganger toegezegd de invoering van de collegegeldsystematiek jaarlijks
te monitoren en na drie jaar (in 2013) te evalueren (Kamerstukken EK,
vergaderjaar 2009-2010, 31 821, E).
Hierbij deel ik u mee dat de komende drie jaar de ontwikkeling gemonitord zal
worden van zowel de collegegeldsystematiek van de Wet versterking besturing,
als de subsidieregeling tweede graden hbo en wo, de afbakening van de
bekostiging op één bachelor en één master, de maatregel langstudeerders en de
invoering van een sociaal leenstelsel in de masterfase. Daarmee kan een goed
beeld gevormd worden van de veranderingen die in het stelsel plaatsvinden en er
tijdig worden ingegrepen wanneer het beleid niet het gewenste effect oplevert.
Zoals toegezegd zal het beleid van de instellingen bij het bepalen van de hoogte
van het instellingscollegegeld voor verschillende groepen en de gevolgen daarvan
een bijzonder aandachtspunt zijn.
Na een nulmeting in 2011 zijn er rapportages in 2012 en 2013. Hierover zal ik
jaarlijks de Tweede Kamer en de Eerste Kamer informeren, conform de
toezegging van 11 oktober 2010 (Antwoorden op de schriftelijke vragen van het
Kamerlid Van der Ham (D66), Aanhangsel van de Handelingen 2010-2011, nr.
202).
Over de opzet is overlegd met VSNU, HBO-raad, ISO en LSVb.
Een brief van gelijke strekking stuur ik naar de Tweede Kamer.
De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Halbe Zijlstra