Openbaar Ministerie

OM niet in cassatie tegen vrijspraak in verkrachtingszaak Oostrum

9 juni 2011 - Ressortsparket Leeuwarden

Het Openbaar Ministerie (OM) stelt geen cassatie in bij de Hoge Raad in de strafzaak van een verkrachting in Oostrum. Het arrest biedt volgens het ressortsparket Leeuwarden onvoldoende aanknopingspunten voor cassatie.Op 21 december 2006 werd in Oostrum (Friesland) een 13-jarig meisje op weg naar school op brute wijze van haar vrijheid beroofd, bedreigd, mishandeld en seksueel misbruikt. De volgende dag werd een man aangehouden die bij een nabijgelegen bouwplaats werkte. Het OM klaagde deze man aan wegens verkrachting. Het Gerechtshof Leeuwarden sprak de verdachte op 1 juni 2011 vrij. Het OM had 42 maanden gevangenisstraf geëist.

De rechtbank Leeuwarden legde op 19 april 2007 een gevangenisstraf van 30 maanden op aan de verdachte. Zowel het OM als de verdachte gingen tegen deze uitspraak in hoger beroep. Ook het Hof Leeuwarden legde op 8 augustus 2008 een gevangenisstraf van 30 maanden op. Tegen deze uitspraak ging de verdachte in cassatie bij de Hoge Raad. De Hoge Raad wees de zaak in 2009 terug naar het Hof Leeuwarden omdat er een nader DNA-onderzoek moest worden verricht.

Het OM is teleurgesteld in de uitspraak van het Hof maar kan niet anders dan zich hierbij neerleggen. Volgens het OM was er wel voldoende bewijs voor een veroordeling en werd dit juist bevestigd door de resultaten van het nadere DNA-onderzoek. Het Hof Leeuwarden heeft echter anders geoordeeld.

Het OM heeft het arrest van het Hof uitgebreid bestudeerd maar ziet geen aanknopingspunten voor cassatie. De Hoge Raad kijkt alleen in hoeverre de wet juist is toegepast en of de procedures op de juiste wijze zijn gevolgd. In deze zaak heeft het Hof een feitelijke beoordeling gemaakt van het bewijsmateriaal. Deze beoordeling biedt daarom onvoldoende gelegenheid voor het instellen van cassatie.

Door het besluit van het OM om geen cassatie in te stellen wordt de uitspraak van het Hof onherroepelijk.