Rijksoverheid
Iedereen die terug wil naar land van herkomst, kan terug
Nieuwsbericht | 03-06-2011
Illegalen en uitgeprocedeerde asielzoekers kunnen altijd terug naar hun
land van herkomst als zij uit Nederland moeten vertrekken. Er zijn geen
landen die hun eigen onderdanen niet toelaten als die daar zelf om
vragen. Het land van herkomst moet er dan natuurlijk wel van overtuigd
zijn dat het om eigen onderdanen gaat. Alleen dán zal een land ook
reisdocumenten afgeven als de vreemdeling zelf geen paspoort meer
heeft. Als een vreemdeling geen reisdocument van zijn eigen land
krijgt, ligt dat vrijwel altijd aan hemzelf.
Dat laat minister Leers (Immigratie en Asiel) weten in reactie op een
publicatie van de vluchtelingenorganisatie Inlia. Iedereen die meewerkt
aan zijn terugkeer naar zijn land van herkomst, kan gewoon terug. Leers
is het niet eens met Inlia dat vreemdelingen opvang in Nederland moeten
krijgen zolang zij er door gebrek aan eigen medewerking niet in slagen
terug te keren naar hun land van herkomst. Ex-asielzoekers kunnen aan
hun vertrek werken vanuit een speciaal centrum in Ter Apel. Zij hoeven
dus niet op straat of in detentie terecht te komen.
Leers: "Nederland biedt bescherming aan mensen die dat echt nodig
hebben. Omdat zij te vrezen hebben voor oorlogsgeweld of marteling in
hun eigen land. Maar als mensen hier geen asiel krijgen na een
zorgvuldige beoordeling en een toets door onafhankelijke rechters,
zullen zij toch echt terug moeten. Dat kán ook."
Als een land van herkomst geen reisdocument voor terugkeer afgeeft,
komt dat vrijwel altijd doordat de vreemdeling zelf geen of te weinig
moeite doet om terug te keren, of zijn vertrek zelfs tegenwerkt.
Bijvoorbeeld door tegenover de autoriteiten van het eigen land niets te
zeggen over zijn identiteit of nationaliteit, of door onvoldoende of
onjuiste gegevens daarover te geven. Bij zo'n gebrek aan meewerken aan
vertrek - of zelfs tegenwerking - heeft een vreemdeling geen recht op
opvang in Nederland. Ook bestaat dan de mogelijkheid van
vreemdelingendetentie.
Ook een land als Iran geeft gewoon een reisdocument (laissez passer)
voor terugkeer af, als een Iraniër daarom vraagt. Dat wordt ook van hem
verwacht, omdat Iran geen reisdocument afgeeft voor gedwongen
uitzetting.
Andere landen geven ook reisdocumenten voor hun onderdanen af als
Nederland daarom vraagt met het oog op gedwongen uitzetting.
"Buiten schuld" is uitzondering
Slechts in uitzonderingsgevallen kan een vreemdeling toestemming
krijgen in Nederland te blijven met een zogenoemde
"buitenschuldverklaring". Een vreemdeling krijgt zo'n vergunning pas
als hij er werkelijk alles aan heeft gedaan om zelf terug te keren naar
zijn eigen land, onder andere door bewijzen te verzamelen over zijn
identiteit en nationaliteit. De Dienst Terugkeer en Vertrek (een
onderdeel van het ministerie van BZK) helpt daarbij. Als alle serieuze
pogingen niets opleveren, kan een buitenschuldverklaring volgen.
Terugkeer liefst vrijwillig, desnoods gedwongen
Illegalen en uitgeprocedeerde asielzoekers hebben de plicht om
Nederland zelfstandig en vrijwillig te verlaten. Zij kunnen daarbij
hulp en financiële steun krijgen van de onafhankelijke Internationale
Organisatie voor Migratie (IOM) en de Dienst Terugkeer en Vertrek.
Als vreemdelingen niet meewerken aan zelfstandig vertrek, kan gedwongen
uitzetting volgen. In dat geval vraagt Nederland de nodige reispapieren
aan en wordt de vreemdeling gedwongen op het vliegtuig gezet. Als het
nodig is wordt hij begeleid door een arts, verpleegkundige en/of de
Koninklijke Marechaussee.
Gedwongen uitzettingen vinden individueel plaats op gewone lijnvluchten
of met speciale vluchten waarbij Nederland een vliegtuig chartert.
Zulke vluchten worden met enige regelmaat ook samen met andere Europese
landen georganiseerd.
Kort voor een gedwongen uitzetting krijgt een vreemdeling altijd te
horen dat hij nog naar een Nederlandse of Europese rechter kan gaan om
te proberen zijn uitzetting tegen te houden.
Zie ook: www.dtenv.nl