Rekenonderwijs op basisscholen centraal in nieuw onderzoek
Het rekenonderwijs op de basisschool verbeteren, dat is de centrale
gedachte achter het onderzoekprogramma 'Rekenen in het primair
onderwijs'. In totaal gaan vijf nieuwe onderzoeksprojecten van start.
Zij krijgen geld van de Programmaraad voor het Onderwijsonderzoek,
onderdeel van NWO. De onderwerpen variëren van problemen met breuken en
grote getallen tot verbetering van toetsen, rekenen in het speciaal
onderwijs en digitale ondersteuning aan leerkrachten.
Het niveau van het rekenonderwijs op de basisschool staat in de
belangstelling. Mede naar aanleiding van het KNAW-rapport
'Rekenonderwijs op de basisschool' uit 2009 verzocht het Ministerie van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap de Programmaraad voor het
Onderwijsonderzoek om onderzoek op dit terrein uit te zetten.
Onderzoekers aan universiteiten en experts uit de praktijk konden
voorstellen indienen, waarvan de Programmaraad er vervolgens vijf
selecteerde om te financieren.
Nauwe samenwerking met de praktijk
Bijzonder is dat drie van de vijf projecten de vorm hebben van een
Research & Development-project. Dit betekent dat universitaire
onderwijsonderzoekers en partners uit de onderwijspraktijk nauw
samenwerken met het oog op directe concrete toepassing van de kennis op
scholen. Deze partners zijn basisscholen, rekenexperts, Pabo's, Cito,
hogescholen (lectoren) en Landelijke Pedagogische Centra. De twee
toegekende projecten voor wetenschappelijk onderzoek hebben als doel om
meer 'evidence-based' uitspraken te kunnen doen over effectieve
aanpakken in het rekenonderwijs. Met de toekenning van de projecten is
in totaal 2,7 miljoen euro vergeven. Voor wetenschappelijk onderzoek
zijn twee van de zes ingediende aanvragen toegekend en bij de
R&D-projecten drie van de elf.
---
19-5-2011
Cito