Rijksoverheid
27 april 2011
Stand van zaken implementatie en kosten Nieuwe Toeslagen Systeem
Bijlagen
Geachte voorzitter, Met deze brief kom ik tegemoet aan de toezeggingen, die ik in overleggen met uw Kamer van 13 januari 2011 en 6 april 2011 heb gedaan ten aanzien van de stand van zaken rond de implementatie van het NTS (Nieuwe Toeslagen Systeem) en de daarmee gemoeide kosten. Stand van zaken implementatie van het NTS Overzetten van gegevens (stand nov. 2010) van de bestaande toeslagensystemen naar NTS In mijn brief van 25 maart 2011 inzake de samenloop van het wetsvoorstel Uniform loonbegrip en NTS, heb ik al aangegeven dat het overzetten van de gegevens uit de huidige toeslagensystemen naar het NTS in maart 2011 is afgerond. Dit betekent dat de basisgegevens (naam, adres, BSN, etc.) van ongeveer 17 miljoen burgers in het NTS zijn opgeslagen. Vervolgens zijn van ongeveer 6,5 miljoen huishoudens de toeslaggegevens opgeslagen zoals die golden in november 2010. Bij het overzetten van bovengenoemde gegevens zijn 240.000 posten uitgevallen. Onder posten wordt onder andere verstaan d
oor burgers ingediende mutaties, bijvoorbeeld een wijziging van de hoogte van het inkomen of een adreswijziging. Ter vergelijking: in 2010 vielen ongeveer 5 miljoen posten uit. Van de 240.000 uitgevallen posten kan ruim 90% geautomatiseerd weggewerkt worden of worden opgepakt in het reguliere toezicht, dat nu voor toeslagjaar 2011 loopt. De overige posten ongeveer 18.000 worden thans handmatig verwerkt. Zodoende wordt duidelijk of de aanpassingen van de software die vorig jaar noodzakelijk bleken, ook goed werken.1 Per 18 april 2011 waren ongeveer 4.000 posten handmatig gecorrigeerd. De gecorrigeerde posten zijn gecontroleerd en opnieuw in NTS ingevoerd. Vervolgens is gebleken dat het NTS deze posten allemaal goed
verwerkt. De verwerking verloopt volgens planning, zodat het de verwachting is dat eind april 2011 de uitval grotendeels zal zijn verwerkt. Testen van het verwerken van mutaties ingediend nà november 2010, automatisch continueren en het burgerportaal In de maanden april en mei 2011 vindt nog een aantal cruciale testen plaats. In de eerste plaats wordt getest hoe het NTS reageert als de door de burger na november 2010 ingediende mutaties (wijzigingen en eerste aanvragen) in het NTS worden gezet. In deze test zijn de opgespaarde mutaties van één maand in een testomgeving in het NTS geladen. Vervolgens is geanalyseerd hoeveel uitval hieruit is ontstaan en of die uitval zich straks ook in de reguliere productie zal voor gaan doen. Naar aanleiding van de ervaringen van vorig jaar en de verbeteringen aan het systeem is een inschatting gemaakt hoeveel uitval er zal ontstaan. Uit de test is gebleken dat de uitval iets lager is dan ingeschat. Dit geeft vertrouwen voor de planning. Een eers
te indicatie geeft aan dat de verwerking van de ontstane uitval beheersbaar lijkt. Verder is begonnen met het testen van de functionaliteit voor het massaal automatisch continueren. Deze test moet informatie opleveren hoeveel tijd het systeem nodig heeft om het massaal automatisch continueren af te ronden. Deze test is van belang omdat het massaal automatisch continueren een tijdkritisch proces is: aan het einde van het jaar moeten ongeveer 8 miljoen toeslagen worden berekend en vervolgens worden beschikt. Ten slotte wordt in april/mei 2011 het burgerportaal getest. Uit deze test moet blijken hoeveel gelijktijdige gebruikers het burgerportaal aan kan. De planning Als de uitval van het overzetten van de gegevens stand november 2010 is weggewerkt, kan worden begonnen met het overzetten van de nadien ingediende mutaties. Nadat dit is gebeurd, zullen de huidige toeslagsystemen en het NTS synchroon lopen. Volgens de huidige planning zal het overzetten van de mutaties ingediend na novem
ber 2010, begin mei 2011 starten. Eind mei moet dan duidelijk zijn hoeveel uitval er tijdens de productie ontstaat en hoeveel tijd het kost om die uitval te verwerken.
Conclusie Het voorgaande overziende, concludeer ik dat de huidige stand van zaken er beduidend beter voor staat dan vorig jaar rond deze fase. Gezien de vorig jaar opgedane ervaring, verwacht ik dat er in de tweede helft van mei 2011 op basis van de eerste resultaten van het overzetten van de mutaties ingediend na november 2010, een besluit kan worden genomen om dit jaar met het systeem live te gaan.
Kosten van het NTS Tijdens het algemeen overleg op 13 januari 2011 met de vaste commissie Financiën heb ik toegezegd om een toelichting te geven op de kosten die nog gemaakt gaan worden voor het NTS. In deze brief geef ik deze nadere toelichting. Tijdens een werkbezoek van de leden van de vaste commissie Financiën bij het kantoor Toeslagen op 14 februari 2011 is ook al ingegaan op de kosten voor het nieuwe systeem. Verder wordt ieder half jaar gerapporteerd over de stand van zaken en de kosten van het NTS. In de laatste halfjaarrapportage (december 2010) is aangegeven dat het moment van overgang van de huidige naar het nieuwe systeem nog niet is te geven. Daarom kan er ook geen definitieve kostenraming opgesteld worden. Ter indicatie is gemeld dat de maandelijkse kosten tot het moment van overgang rond de 4 mln. bedragen. Op dit moment ligt het huidige maandelijkse uitgavenniveau van 3,8 mln. hier iets onder. Dit bedrag kan uitgesplitst worden in de volgende onderdelen: 1. Kost
en van software ontwikkeling en beheer en onderhoud systeem ( 2 mln) Uit de verschillende systeemtesten komen bevindingen die moeten worden opgelost. Dit betekent dat software moet worden aangepast en opnieuw moet worden getest. Complicerende factor daarbij is dat zich tijdens deze fase veranderingen voordoen die van invloed zijn op en aanpassingen vergen van het systeem; bijvoorbeeld de flexibilisering van het kwaliteitskortingspercentage van de huurtoeslag. Daarnaast moet het systeem beheerd en onderhouden worden. Deze werkzaamheden zijn uitbesteed aan een externe partij. De kosten van ca. 2 mln. per maand worden aan de Belastingdienst doorbelast op basis van werkelijk gemaakt uren. 2. Kosten van systeemintegratie binnen de Belastingdienst ( 1,8 mln.) Als de aangepaste software uitgetest is en goed bevonden, dan moet deze geïnstalleerd worden op de infrastructuur van de Belastingdienst. Specifiek aandachtspunt daarbij zijn de raakvlakken van het nieuwe systeem met de bestaande
systemen van de Belastingdienst; bijvoorbeeld het digitale archiefsysteem en integratie met systemen voor dienstverlening en inning. Ook de installatie op de infrastructuur en de raakvlakken moeten getest worden, waarna eventuele bevindingen weer opgelost en opnieuw getest moeten worden. Daarnaast dient ook op de infrastructuur onderhoud en beheer plaats te vinden. Om het project te managen is een projectorganisatie ingericht. Deze projectorganisatie is naast de algemene projectleiding belast met het voorbereiden van de Belastingdienst op het nieuwe systeem, het overzetten van de gegevens van het oude naar het nieuwe systeem, het testen van de toeslagen processen met NTS (performance, keten en acceptatie testen) en met zaken als het ontwikkelen van opleidingsmateriaal. De totale kosten de deze activiteiten bedragen ca. 1,8 mln. waarvan ca. 1,1 mln. voor externe inhuur.
Binnen het project wordt maandelijks gemonitord op de noodzaak om contracten van externe medewerkers te verlengen. Indien mogelijk worden deze contracten beëindigd.
Hoogachtend, de staatssecretaris van Financiën,
mr. drs. F.H.H. Weekers