Sociale stijging niet langer vanzelfsprekend
Persbericht van Raad voor Maatschappelijke
Ontwikkeling (RMO)
De open samenleving waarin iedereen kansen heeft om talent via het
onderwijs te verzilveren, verandert gaandeweg in een samenleving waarin
het opleidingsniveau de sociale scheidslijn vormt. Dat stelt de Raad
voor Maatschappelijke Ontwikkeling, in het advies dat hij vandaag
aanbiedt aan minister Van Bijsterveldt:
Nieuwe ronde, nieuwe kansen.
Sociale stijging en daling in perspectief.
De Nederlandse samenleving beweegt zich in een richting waarin hoger en
lager opgeleiden
gescheiden van elkaar leven. Dit wordt ook ondersteund door de mening
van burgers zelf. Vandaag verschijnt ook een opinieonderzoek dat in
opdracht van de RMO door TNS NIPO is verricht. Daaruit blijkt dat 59%
van de Nederlanders vindt dat verschillende opleidingsniveaus steeds
minder contact met elkaar hebben. 86% vindt de verwijdering tussen
opleidingsniveaus problematisch.
Hoger en lager opgeleiden komen elkaar steeds minder tegen in de buurt,
op school en in instituties van de democratie. Deze scheidslijn van
opleidingsniveaus dreigt samen te vallen met mogelijkheden voor
ontplooiing en waardering, maar ook toegang tot netwerken en
zeggenschap. De politiek is hiervan een goed voorbeeld. In het
onderzoek van TNS NIPO stelt 68% van de respondenten dat de mening van
hoger opgeleiden hierin teveel doorklinkt. Bovendien geeft 84 % aan dat
er in de maatschappij teveel waarde wordt gehecht aan diploma's en te
weinig aan ervaring en praktijkkennis.
Het onderwijs dat jarenlang gebruikt is om vooruit te komen op de
maatschappelijke ladder, is zelf het verdelingsmechanisme geworden.
Onderwijs heeft lange tijd gewerkt als verheffingsmachine: inmiddels is
meer dan 30% van de Nederlandse bevolking hoger opgeleid. Maar nieuwe
barrières dienen zich aan: kinderen van hoger opgeleiden beschikken
over meer hulpbronnen en hebben zo een voorsprong in het onderwijs; het
onderwijspad wordt al vroeg in het leven bepaald waardoor kinderen van
lager opgeleiden minder kansen hebben om hun talent te ontplooien; en
sociale daling is een reële mogelijkheid nu afkomst niet meer
garandeert dat privileges worden doorgegeven.
Deze barrières ondermijnen het perspectief op vooruitgang en
veroorzaken onzekerheid over de eigen positie en die van toekomstige
generaties. In het onderzoek van TNS NIPO zegt 73% van de mensen bang
te zijn dat toekomstige generaties het slechter krijgen.
De RMO doet in zijn advies Nieuwe ronde, nieuwe kansen langs twee
lijnen aanbevelingen om voor iedereen perspectief op vooruitkomen te
behouden en een wrange scheiding langs opleidingsniveau in de
samenleving te voorkomen.
1. Blijf aandacht houden voor de ontwikkeling van talent. Creëer
contexten waar kinderen, ongeacht hun ouderlijk milieu, hun eigen
talent kunnen aanboren. Daarnaast is het van belang om de mogelijkheden
voor scholing op latere leeftijd te vergroten.
2. Waardeer verschillende posities beter en doorbreek de op
opleidingsniveau gebaseerde hiërarchie. Schenk meer aandacht aan
horizontale carrièreperspectieven van excellente vakbeheersing en geef
mensen met verschillende opleidingsniveaus een rol in agendavorming en
zeggenschapsstructuren om zo het samenvallen van opleidingsniveau met
invloed in de maatschappij te verminderen.
*
Links:
http://www.adviesorgaan-rmo.nl
Razende Robot Reporter