Porie celmembraan flexibeler dan gedacht
Datum: 27 april 2011
Onderzoekers van de Rijksuniversiteit Groningen zijn erin geslaagd om
de maximale doorsnee van een porie in een celmembraan experimenteel te
bepalen. Ze deden dat door een serie in grootte oplopende, organische
moleculen door de porie te leiden. De doorsnede bleek een flink stuk
groter dan vooraf was berekend met behulp van modellen uit de
moleculaire dynamica. Het onderzoek, waarin biologen en chemici nauw
samenwerkten, is deze week gepubliceerd in de Early Edition van
wetenschappelijk vakblad PNAS.
Elke levende cel wordt omgeven door een membraan dat de inhoud van de
cel afscheidt van de omgeving. Het membraan is echter wel doorlaatbaar
voor eiwitten die worden uitgescheiden. De eiwitten worden dan in
ontvouwen vorm via een porie door het membraan geleid. De porie is zeer
flexibel en omsluit het ontvouwen eiwit precies. Zo wordt voorkomen dat
andere celbestanddelen tijdens het uitscheidingsproces uit de cel
lekken.
Om de maximale opening van de porie vast te stellen, koppelden de
onderzoekers een serie starre, bolvormige organische moleculen van
oplopende omvang vast aan een eiwit. Zolang het gaat om relatief kleine
moleculen, worden deze probleemloos samen met het eiwit door de porie
getransporteerd. Maar als de omvang toeneemt, komt er een moment dat de
porie verstopt raakt.
Op deze manier bleek het mogelijk om de maximale grootte van de porie
experimenteel te bepalen. Die werd vastgesteld op circa 2,2 nanometer
(oftewel 2,2 honderdduizendste millimeter). Op basis van
simulatiemethoden uit de Moleculaire Dynamica was de maximale doorsnede
eerder geschat op ongeveer 1,8 nanometer.
Meer informatie:
* Prof.dr. Arnold Driessen (afdeling Moleculaire Microbiologie)
* Prof.dr. Ben Feringa (afdeling Organisch Synthetische Chemie)
Probing the SecYEG translocation pore size with preproteins conjugated
with sizable rigid spherical molecules. Francesco Bonardi, Erik Halza,
Martin Walko, François Du Plessis, Nico Nouwen, Ben L Feringa and
Arnold J. M. Driessen
Referentie: http://www.pnas.org/content/early/2011/04/19/1101705108
Laatst gewijzigd: 27 april 2011 14:33
Rijksuniversiteit Groningen