Politie Edam laat slachtoffer oplichting volledig in de kou staan


EDAM-VOLENDAM, 20110421 -- De politie in Edam-Volendam is in de oplichtingszaak van dhr. Kwakman schromelijk tekortgeschoten. Dat beweert de heer Kwakman die reeds twee jaar op zoek is naar een luisterend oor bij de politie in zijn woonplaats. Maar blijkbaar heeft de politie in de gemeente Edam-Volendam geen enkele behoefte het oplichtingsverhaal van Kwakman serieus te nemen. Zelfs nadat nota bene Kwakman zélf de politie belastende beveiligingsbeelden heeft aangereikt, blijft Oom Agent in Edam-Volendam Oost-Indisch doof en houdt men elkaar de hand boven het hoofd. Het hele relaas is terug te lezen op de weblog van Theo Kwakman.

De feiten op een rij

Nadat Theo Kwakman (38) meende te zijn opgelicht, heeft hij enkele aangiftes gedaan bij politie Edam-Volendam. Echter, na deze aangiftes krijgt hij verrassend genoeg een mail dat hij niet meer welkom is op het betreffende politiebureau. Een fatsoenlijke reden voor dit besluit blijft achterwege. Kwakman dient een klacht in bij de klachtencommissie van de politie, die gegrond wordt verklaard. Nadat Kwakman uiteindelijk zelf maar de aangiftes op papier heeft gezet en deze overhandigt aan wijkteamchef Pieter Groot, belooft deze de aangiftes te verwerken en een onderzoek te starten. Maar tot Kwakmans grote verbazing komt het onderzoek er nooit.

Het vervolg van het relaas

Kwakman ontvangt 26 mei 2009 een brief van wijkteamchef Groot met de mededeling dat de aangiftes om verschillende redenen zijn geseponeerd. Sommige vermeende gepleegde feiten zijn volgens Groot te oud. De gepleegde feiten die niet zijn verjaard en dus wel in aanmerking komen voor onderzoek, plaatst Groot in de categorie ‘geen prioriteit’. Opmerkelijk genoeg vindt Groot, ondanks dat Kwakmans klacht bij de klachtencommissie gegrond is verklaard, geen enkele aangifte interessant genoeg voor een onderzoek. Hetzelfde oordeel wordt geveld over een notariële akte, waarin de door Kwakman beschuldigde persoon met naam en toenaam wordt genoemd. Wijkteamchef Groot sluit af met de woorden: “Indien u het met deze beslissing niet eens bent, kunt u op grond van artikel 12 van het wetboek van strafvordering hiertegen bezwaar aantekenen bij de Officier van Justitie te Haarlem.” Kwakman tekent bezwaar aan en wacht wederom af. 

De heer Kwakman vertelt in het kort over zijn ergernissen met de politie Edam-Volendam: “Wij wanen ons nu al jaren in een soapserie. De ene teleurstelling is nog niet verwerkt, of de volgende komt er alweer aan. We zijn aantoonbaar opgelicht en niemand doet iets. Het is uitermate vervelend en vooral frustrerend als zelfs de politie je niet serieus neemt. Het lijkt wel of bepaalde personen in onze gemeenschap uit de luwte worden gehouden door enkele machthebbende personen. Waar is toch de tijd gebleven dat je met een geruststellend gevoel Oom Agent kon aanspreken? Je staat in je recht, maar je kunt er helemaal niets mee.

Uitspraak van het Gerechtshof

Gerechtshof geeft te kennen af te zien van vervolging. Kwakman neemt contact op met de griffier, omdat meerdere aangiftes niet worden genoemd in het verslag. Wat Kwakman dan te horen krijgt slaat alles. De ontbrekende aangiftes blijken simpelweg niet te bestaan. Kwakman, die dit amper kan geloven, belt ter controle met een politiemedewerker. Als deze medewerker de aangiftes checkt op het bijbehorende referentienummer, wordt direct duidelijk dat betreffende aangiftes niet zijn verwerkt door wijkteamchef Groot en dus helemaal niet bestaan. De eerder genoemde brief betreffende het seponeren van aangiftes blijkt ook te zijn verdwenen.

Na overleg met een jurist tracht Kwakman deze acht aangiftes alsnog te laten opnemen. De dame achter het loket op het politiebureau te Purmerend is bereid de aangiftes alsnog op te nemen. Maar nadat zij met collega’s overleg heeft gehad over ‘het geval Kwakman’, komt de dame terug met de mededeling dat er geen aangiftes meer worden opgenomen. Ook nadat Kwakman op 27 maart 2011 wijkteamchef Groot en de burgemeester een mail stuurt met het verzoek tot opheldering is het tot op heden angstvallig stil rondom beide heren.