Rijksoverheid

Knapen: politici kunnen bijdragen aan democratisering

Nieuwsbericht | 20-04-2011

Nederlandse parlementariërs kunnen met hun expertise een belangrijke rol spelen bij de bevordering van democratieën in ontwikkelingslanden. De kennis en ervaring van Kamerleden kan juist goed ingezet worden in landen waar helemaal geen politieke partijen bestaan, zoals bijvoorbeeld in de Arabische regio.

Dat stelde staatssecretaris Ben Knapen tijdens het Kamerdebat over de evaluatie van het Nederlands Instituut voor Meerpartijen Democratie (NIMD). De staatssecretaris spreekt het beeld van Kamerleden op snoepreisjes tegen. "Er zijn maar heel weinig reizen gemaakt de afgelopen jaren. Ik zie liever wat vaker een politicus of een oud-politicus op reis gaan om met zijn of haar expertise een bijdrage te leveren. Maar de rollen en taken moeten wel goed gescheiden zijn." Politieke partijen moeten volgens de staatssecretaris geen rol spelen in de directie of de Raad van Toezicht van deze organisatie. Hij ziet wel een rol voor politieke partijen in een Raad van Advies.

"In mijn beeld is er een raad van toezicht die verantwoordelijk is voor zaken als de jaarrekening, het reilen en zeilen van de organisatie, die de directie aanneemt en ontslaat en waar de directie verantwoording aan aflegt. Die Raad van Toezicht moet onafhankelijk zijn en niet op aanwijzing van een politieke partij." Knapen wil daar met de organisatie over in discussie.
Het NIMD krijgt momenteel 9 miljoen euro per jaar, maar deze subsidie eindigt eind dit jaar. Wil het NIMD in de toekomst voor subsidie in aanmerking komen, dan zal het met eventuele concurrenten moeten meedingen naar financiering voor politieke partijvorming volgens de eerder dit jaar gepubliceerde nieuwe subsidieregeling. Daarbij is het mogelijk om ook met andere organisaties samen te werken.

Het NIMD werd in 2000 opgericht door CDA, PvdA, VVD, GroenLinks, Christenunie, D66 en SGP en werkt inmiddels in 17 landen samen met 150 politieke partijen.