Praktijk voor fysiotherapie mag vrouwelijke therapeut werven
18-04-2011
Een praktijk voor fysiotherapie heeft een advertentie geplaatst op een
vacature-website waarin zij vraagt om een vrouwelijk fysiotherapeut.
Nadat een anti-discriminatiebureau de praktijk erop wees dat ze
mogelijk onderscheid maken naar geslacht, heeft de praktijk de
Commissie Gelijke Behandeling (CGB) gevraagd om een oordeel eigen
handelen. In een oordeel eigen handelen toetst de CGB het beleid van
een organisatie aan de gelijkebehandelingswetgeving.
De praktijk heeft drie fysiotherapeuten in dienst, waaronder twee
vrouwen en een man. Men is op zoek naar vervanging tijdens de vakanties
van de twee vrouwelijke fysiotherapeuten. Een groot deel van de
patiënten is vrouw en wil graag door een vrouwelijke therapeut
behandeld worden. Om aan die wens te kunnen voldoen, zoekt de praktijk
een vrouwelijke fysiotherapeut.
De Commissie is van oordeel dat de praktijk direct onderscheid op grond
van geslacht maakt door om een vrouwelijke fysiotherapeut te vragen.
Maar dit onderscheid is niet verboden vanwege een uitzondering voor
beroepsactiviteiten die in de persoonlijke levenssfeer van een ander
komen. Dit geldt bijvoorbeeld voor verpleging of verzorging en ook voor
een fysiotherapeut.
Wel moet de praktijk eerst nagaan of het op een andere manier aan de
wens van de patiënten tegemoet kan komen. Bijvoorbeeld door de
verdeling van werk en patiënten onder de therapeuten aan te passen. Dat
is in deze zaak echter niet mogelijk vanwege de kleinschaligheid van de
praktijk. Dit betekent dat de praktijk een vrouwelijke fysiotherapeut
mag werven voor patiënten die hebben aangeven dat zij het vervelend
vinden om door een therapeut van het andere geslacht behandeld te
worden (oordeel 2011-52).
In 2001 heeft de CGB een soortgelijk oordeel uitgesproken. Hierbij ging
het om een rooms-katholieke onderwijsinstelling die een vrouwelijke
pastor zocht voor het studentenpastoraat. De instelling heeft veel
vrouwelijke studenten die de voorkeur geven aan een vrouwelijke pastor.
Daarom is het toegestaan dat de instelling een vrouwelijke pastor werft
(oordeel 2001-85).
Commissie Gelijke Behandeling