Regionale verschillen zeespiegelstijging in kaart gebracht
15 april 2011 - De zeespiegel stijgt in deze eeuw maar toekomstige
veranderingen als gevolg van de opwarming van het klimaat zullen niet
overal even groot zijn. Dat blijkt uit een gezamenlijke studie van de
Universiteit Utrecht, de TU Delft en het KNMI naar regionale
verschillen van de zeespiegelstijging, die onlangs is gepresenteerd
voor de European Geosciences Union in Wenen en gepubliceerd in Climate
Dynamics.
Kaart van de verwachte verandering in het lokale zeeniveau in het jaar
2100 ten opzichte van het niveau van 1990. Gemiddeld over alle oceanen
bedraagt de stijging volgens dit klimaatscenario (gebaseerd op het SRES
A1B emissiescenario) 47 centimeter (bron:Slangen et al., 2011)
Kaart van de verwachte verandering in het lokale zeeniveau in het jaar
2100 ten opzichte van het niveau van 1990. Gemiddeld over alle oceanen
bedraagt de stijging volgens dit klimaatscenario (gebaseerd op het SRES
A1B emissiescenario) 47 centimeter (bron:Slangen et al., 2011)
Volgens zeespiegeldeskundige Caroline Katsman van het KNMI is een goede
schatting van de bijdrage van de ijskappen op Groenland en Antarctica
cruciaal voor een betrouwbaar resultaat.
De Noordzee stijgt het sterkst wanneer landijs van Antarctica smelt.
"Als de ijskap van Antarctica een meter smelt levert dat in ons land
een zeespiegelstijging op van 120 cm. Gunstiger zou het voor ons zijn
wanneer het ijs op Groenland smelt.
Dan stijgt het water in de Noordzee minder: als de ijskap op Groenland
een meter smelt levert dat langs onze kust een stijging van 40 cm op",
stelt glacioloog/ijsdeskundige en mede-auteur Roderik van de Wal van de
Universiteit Utrecht.
De regionale verschillen in de zeespiegelstijging hangen samen met
oceaanstromingen verschillen in het uitzetten van zeewater en
veranderingen van de aantrekkingskracht tussen oceaan en ijs. Als de
ijsmassa afneemt wordt er minder water naar de ijskap toegetrokken
terwijl er tegelijkertijd meer water in de oceaan terechtkomt. Dit
leidt er toe dat ver weg van de veranderende ijsmassa de
zeespiegelstijging groot is en dichtbij de ijskap zal de
zeespiegelstijging klein zijn
De onderzoekers vonden ook dat de zeespiegelstijging in Reykjavik
minder is dan in New York. Dat houdt naast bovengenoemde effecten
verband met de aardkorst die omhoog komt. Tijdens de laatste ijstijd,
zo'n 20.000 jaar geleden, heeft het ijs de aardkorst naar beneden
gedrukt. De korst onder IJsland, Canada en Scandinaviƫ is daarvan nog
steeds aan het terugveren. Het stijgende waterpeil is wel groter dan de
stijging van het land, maar IJsland krijgt minder mee dan de gemiddelde
zeespiegelstijging en New York juist meer.
Meer diepgang in KNMI Kenniscentrum (zie onder Verder Lezen)
Eerste uitgave: 15-04-11
Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut