SGP
SGP blij met steun amendement 'langstudeerders'
De SGP vindt het terecht dat langstudeerders een hoger collegegeld gaan
betalen. Er moet wel een fatsoenlijke overgangsregeling zijn zodat
studenten niet voor voldongen feiten worden geplaatst. Kamerlid
Dijkgraaf is blij dat het kabinet zijn amendement steunt: âMet een
constructieve houding richting het kabinet blijken er mooie resultaten
te boeken.â
---
Langstudeerders
Elbert Dijkgraaf (SGP)
14 april 2011
MdV! Er is een tijd om te studeren en een tijd om af te studeren. Deze
boodschap zou zo in het rijtje van de prediker uit de Bijbel kunnen
staan. De SGP zet er een dikke streep onder. Het kabinet verbindt er
met het wetsvoorstel langstudeerders ook financiële consequenties aan.
Lang studeren blijft mogelijk, maar wel tegen een hoger tarief. De SGP
steunt deze hoofdlijn. Daarbij is een fatsoenlijke invoering echter
noodzakelijk. Ik ben blij dat het kabinet inmiddels aangeeft dat zij
het idee van de SGP steunt om de invoering een jaar uit te stellen. Ook
zittende langstudeerders zitten daardoor veilig.
De SGP toetst het wetsvoorstel aan twee vragen:
- levert het wetsvoorstel de beoogde positieve effecten?
- doet het wetsvoorstel recht aan het hoger onderwijs?
Wat zijn de positieve effecten?
Binnen een ambitieuze studiecultuur kan lang studeren simpelweg niet
als recht worden gezien. Het wettelijk collegegeld biedt bescherming
tegen ongewenste gevolgen van de vrije markt, maar die bescherming door
de overheid kan volgens de SGP geen onbeperkt recht zijn. Naarmate
studenten uitlopen met hun studie mag meer financiële
verantwoordelijkheid gevraagd worden. We moeten de nominale duur van de
studie serieuzer nemen. We bepalen toch niet voor niets dat een studie
binnen een aantal jaar afgerond kan worden? Ook op andere gebieden
houden we elkaar aan termijnen. Een kabinet dat vier jaar de tijd heeft
komt er niet mee weg wanneer zij aankondigt pas na vijf of zes jaar op
de resultaten afgerekend te willen worden.
Prikkels om het gedrag van studenten te veranderen zijn moeilijk
meetbaar. Het is onmogelijk om met zekerheid exacte percentages te
noemen. Daar hebben we mee te leven. De SGP koestert niet de illusie
dat dit wetsvoorstel de oplossing bij uitstek is om het studierendement
te verbeteren, maar is er wel van overtuigd dat dit wetsvoorstel een
relevante bijdrage levert. Het is opmerkelijk dat door verschillende
partijen wordt betwijfeld dat het wetsvoorstel effectief is, terwijl de
signalen uit de studentenbevolking een krachtige bevestiging zijn dat
het tegendeel het geval is.
Het financiële plaatje van het kabinet voor het hoger onderwijs lijkt
niet helemaal op het SGP-programma. Toch wil de SGP de
verantwoordelijkheid om de overheidsfinanciën op orde te brengen niet
gemakkelijk ontlopen. Niet onbelangrijk is daarom dat dit wetsvoorstel
bijdraagt aan een financieel plaatje waarin zowel forse bezuinigingen
nodig zijn om de staatsschuld aan te pakken als de nodige investeringen
gedaan moeten worden. Weliswaar draagt de onderwijsbegroting per saldo
niet bij aan de achttien miljard bezuinigingen, maar de
langstudeerdersmaatregel zorgt er wel voor dat investeringen in het
hoger onderwijs mogelijk zijn.
Doet het voorstel recht aan het hoger onderwijs?
Studeren mag geen schrale bedoening zijn. De SGP vindt dat studeren
meer is dan zo snel en efficiënt mogelijk door het hoger onderwijs
zien te komen. Persoonlijke vorming is onmisbaar. Graag nodig ik de
staatssecretaris uit om toe te lichten hoe hij de rol van vorming ziet
in het licht van zijn voorstellen voor het hoger onderwijs. Het kabinet
maakt in de stukken onderscheid tussen nominale en wenselijke
studieduur. Kan uit de nota naar aanleiding van het verslag opgemaakt
worden dat het kabinet de nominale studieduur in principe voldoende
vindt om als langstudeerder aangemerkt te worden, maar dat het
uitloopjaar eigenlijk bedoeld is voor vormende activiteiten?
De Raad van State wijst er terecht op dat bij de invoering van de
langstudeerdersmaatregel een beleidsafweging gemaakt moet worden tussen
rechtszekerheid en rechtsgelijkheid van studenten. Zittende studenten
mogen niet voor voldongen feiten worden geplaatst. Tegelijk vindt de
SGP het vreemd dat de wetgever ervan uit moet gaan dat zittende
langstudeerders nog geen stap in hun studie gezet hebben. Het zou
betekenen dat een student die al vier doet over een driejarige bachelor
nog drie jaar krijgt, omdat hij nog geen enkel studiepunt heeft
gehaald. Dat is niet alleen oneerlijk, maar ook ondenkbaar. Met een
jaar uitstel zijn de huidige langstudeerders al geholpen. Het advies
van de Raad van State geeft ook aan dat het probleem met
rechtszekerheid minder pregnant is wanneer er een overgangstraject zou
zijn.
De SGP begrijpt dat het voorstel voor collegegeldvrij besturen enkele
haken en ogen kent. Het is bovendien de vraag of het wenselijk en
eerlijk is om allerlei uitzonderingen te maken. Tegelijk vraagt de SGP
zich af of het huidige voorstel nog flexibeler kan. Voor besturen kan
de overgang van bachelor naar master bijvoorbeeld een lastig punt zijn.
Het is namelijk het moment waarop zij doorgaans bestuur zijn. Daarom
zou overwogen kunnen worden de uitsteljaren vrij inzetbaar maken voor
studenten die zowel een bachelor als een master volgen. Het lijkt een
beetje op het systeem van de jokerjaren bij terugbetaling van de
studielening. Naast het uitgangspunt van het wetsvoorstel kunnen
studenten er dan voor kiezen de twee jaren uitloop in te zetten na de
bachelor of de master. Kan de staatssecretaris aangeven wat de
consequenties hiervan zijn en hoe hij dit idee waardeert?
Deeltijdstudenten worden in het wetsvoorstel hetzelfde behandeld als
voltijdstudenten. Daarmee komt de positie van deeltijdstudies onder
druk te staan. Kan de staatssecretaris aangeven welke redenen en
voordelen er nog zijn om als deeltijdstudent ingeschreven te staan? In
hoeverre heeft deze regeling juridisch gezien bestaansrecht? De SGP
begrijpt dat voorkomen moet worden dat de deeltijdroute een sluiproute
wordt. Ziet de staatssecretaris echter mogelijkheden om
deeltijdstudenten langere uitloop te geven, wanneer alleen die
studenten worden erkend die vanaf het begin van hun studie als
deeltijder staan ingeschreven?
Het is duidelijk dat studenten met een functiebeperking of ernstige
ziekte ontzien moeten worden. Het wetsvoorstel biedt in ieder geval de
mogelijkheid van een extra uitloopjaar. Dat biedt wat de SGP betreft
een goede basis Daarnaast kunnen bij algemene maatregel van bestuur nog
nieuwe categorieën worden aangewezen die uitgezonderd worden. Voor de
behandeling van het wetsvoorstel is het relevant om te weten welke
strekking dat besluit heeft. Graag ontvang ik een nadere toelichting.
Studenten lenen vaker en meer voor hun studie. Hoewel dat op zich geen
probleem is, kunnen daardoor toch problemen ontstaan. Veel studenten
zijn wel slim, maar niet berekenend genoeg. Zij bedenken zich
onvoldoende wat hun lasten in de toekomst zullen zijn. Hoe gaat de
regering de voorlichting door DUO verbeteren en concretiseren? De
overheid maakt er in breder verband immers ook attent op dat lenen geld
kost. Een hypotheek op dit dossier door onnodig leengedrag moet we
zoveel mogelijk voorkomen.
Slot
Het kabinet heeft bij aanvang de hand uitgestoken naar de oppositie.
Een welwillende en constructieve houding van de oppositie is dan van
groot belang. De SGP ziet in de tegemoetkomingen rond de
langstudeerders passend onderwijs mooie vruchten van die opstelling.
Het belangrijkste is dat er inhoudelijk verbeteringen worden geboekt.
Zowel studenten als zorgleerlingen zijn met de recente verschuivingen
gebaat.