Besturen moeten samenwerken bij gymnasiumaanbod
Vanwege het dreigende tekort aan docenten klassieke talen zullen
besturen moeten gaan samenwerken om het gymnasiumaanbod in de regio
overeind te houden. Dat zei hoogleraar Sietske Waslander zaterdag 2
april bij de presentatie van het rapport De toren van Jenga*. Volgens
haar lukt het anders niet om gymnasiumonderwijs van voldoende kwaliteit
voor alle leerlingen die dat willen in stand te houden. "Niets doen kan
niet meer", was ook de conclusie van Math Osseforth, voorzitter van de
belangengroepering gymnasiale vorming (BGV) van de AOb.
Op gymnasiumafdelingen verschilt het eindresultaat enorm. Op de
slechtst scorende school halen leerlingen op het centraal schriftelijk
gedurende vijf jaar gemiddeld een 4,7 voor Latijn, op de best scorende
school een 7,4. Dat verschil van 2,7 is fors hoger dan voor Nederlands
dat rond de 1,5 punt schommelt. Door die grote verschillen in
examenprestaties wordt de waarde van een gymnasiumdiploma ondergraven
volgens onderzoekster Waslander. De BGV pleit daarom voor een gouden
standaard, een minimumnorm waaraan gymnasia - zowel de zelfstandige als
de afdelingen - zouden moeten voldoen. De aanwezigen op de conferentie
ondersteunden dat idee. De BGV gaat samen met de andere gymnasiale
organisaties overleggen met minister Marja van Bijsterveldt over de
gouden standaard en bestuurlijke samenwerking.
*Het onderzoek De toren van Jenga van professor Sietske Waslander,
Cissy Pater en Bosco Smit over succesfactoren van het vak Latijn op
gymnasiumafdelingen is te bestellen bij de AOb. Maak EUR10,- voor
rapport en verzendkosten over op rekeningnummer 190389 onder vermelding
van `Jenga'. Vergeet niet het adres erbij te zetten waar het rapport
naar toe moet worden gestuurd.
Algemene Onderwijsbond