Gemeente Utrecht
2011 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
45
Vragen van de heer R.A. van Asperen
(ingekomen 31 maart 2011)
SV inzake 'Licht in de duisternis'
In Haarzuilens staat aan de Brinkstraat ter hoogte van de kruising met de Eikstraat lantaarnpaal 096 615. Dit is een lantaarnpaal van het bijzondere type dat door Stichting Paal 85 aan de gemeente Vleuten-de Meern is geschonken. De lichtkring van deze lantaarnpaal hoort de eerder genoemde kruising te verlichten. Echter sinds eind februari 2008, dus nu al meer dan drie jaar, brandt deze lantaarnpaal niet meer. Door omwonenden zijn al meerdere keren bijna aanrijdingen geconstateerd. In het bijzonder bij regen, sneeuw of mist is van een gevaarlijk situatie sprake. Meerdere omwonenden hebben om die reden talloze malen, melding gemaakt bij de Eneco-citytec maar ook bij de gemeente. Zij deden dit zowel telefonisch via het klant contact centrum en aan de balie van het wijkservicecentrum in Vleuten. Ook is de politie aangesproken om dit te melden toen de eerder genoemde meldingen niet het oplossen van het probleem leidden. Volgens de politie hoort het signaleren van dit soort zaken echter niet tot haar takenpakket. Door omwonenden zijn wel een aantal keren monteurs van het bedrijf dat de straatverlichting voor de gemeente onderhoudt gesignaleerd tijdens werkzaamheden aan de lantaarnpaal. Werkzaamheden die niet tot het door de melders beoogde resultaat leidden. De gang van zaken roept vragen op over de manier waarop meldingen van betrokken bewoners worden opgenomen en afgehandeld.
Dit brengt D66 tot de volgende vragen:
1. Zijn de meldingen die door omwonenden gedurende de laatste drie jaar bij het wijkservicecentrum zijn gedaan betreffende deze lantaarnpaal bij het college bekend?
2. Wordt stelselmatig door de gemeente nagegaan of ingezette acties, bijvoorbeeld het doorgeven van een defecte lantaarnpaal aan het onderhoudsbedrijf, ook tot oplossing van de klacht leidt. Wordt contact opgenomen met de klager om na te gaan of de klacht echt is opgelost?
3. Is het systeem waarin klachten worden geregistreerd in staat om als dezelfde klacht binnen zeer langere tijd zich vaker voordoet, dit te signaleren zodat zichtbaar wordt dat het om een chronisch probleem gaat? Zo niet is het college dan bereid om een dergelijke aanpassing van het systeem te realiseren?
4. Hoort het tot de taken van bijvoorbeeld de politie of de dienst Handhaving en Toezicht om als zij gevaarlijke (verkeers)situaties tegen komen, deze te melden bij de gemeentelijke dienst die het probleem kan oplossen? Zo ja, is dit gedaan in deze situatie, zo niet kan dit dan opgenomen worden in het takenpakket van deze diensten?
5. Indien in het donker een ongeluk gebeurd op deze plek is de gemeente dan mogelijk medeaansprakelijk voor de schade?
6. Is het college het met D66 eens dat de voorgaande gang van zaken niet in overeenstemming is met de binnen de gemeente gemaakte afspraken over hoe het contact met bewoners dient te verlopen en hoe stelt het college voor hier verbetering in aan te brengen.
7. Welke actie gaat het college ondernemen om deze lantaarnpaal eindelijk te herstellen, op welke termijn en gaat het college de omwonenden hier over informeren?
---- --