Rijksoverheid
2011Z04964 Antwoorden van de ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Veiligheid en Justitie op vragen van de leden Van Klaveren, Driessen en Helder (allen PVV) aan de ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Veiligheid en Justitie over straatcoaches (ingezonden 11 maart 2011).
Vraag 1 Heeft u kennisgenomen van het artikel `Straatcoaches liegen erop los om subsidie te krijgen'? 1 Antwoord 1: Ja. Vraag 2 In hoeverre deelt u de visie dat het zoveelste linkse hobbyproject 'straatcoaches' niets meer doet dan de belastingbetaler heel veel geld kosten? Antwoord 2: De stelling als in de vraag verwoord, deel ik niet. Over de effectiviteit van de inzet van straatcoaches wordt verschillend bericht. De keuze om straatcoaches in te zetten, de wijze waarop ze begeleid worden en de beoordeling van de effectiviteit is niet aan mij, maar vindt plaats op lokaal niveau. Amsterdam geeft hier invulling aan door dit jaar een resultatenonderzoek naar de werking van straatcoaches uit te voeren. Vraag 3 Op welke wijze denkt u dat liegende straatcoaches helpen 'de boel bij elkaar te houden'? Antwoord 3: De wijze waarop straatcoaches hun functie uitoefenen, dient onberispelijk te zijn gezien hun geloofwaardigheid en de voorbeeldfunctie die zij vervullen voor de jongeren in de wij
k. In het geval van het niet goed functioneren van een werknemer zal de werkgever daartegen maatregelen moeten nemen. Uit de beantwoording van schriftelijke vragen aan de gemeenteraad blijkt dat de gemeente in samenwerking met de uitvoeringsorganisatie reeds stappen heeft ondernomen tegen niet goed functionerende straatcoaches.2 Vraag 4 Bent u bereid te bevorderen dat alle subsidies voor straatcoaches zo spoedig mogelijk stop worden gezet? Zo nee, waarom niet? Antwoord 4: Zoals in het antwoord op vraag 2 reeds is aangegeven, is het aan de gemeente zelf om indien zij dit nodig acht maatregelen te nemen.
1 2
Elsevier, 5 maart 2011 Zie Amsterdam.nl/gemeenteraad/schriftelijke vragen 2011
---- --