OM: Amsterdamse rechter-commissaris en officier handelden niet
strafbaar
1 april 2011 - Arrondissementsparket Den Haag
De Rijksrecherche heeft onder leiding van het OM Den Haag het
oriënterende onderzoek afgerond naar mogelijke valsheid in geschrifte
door een Amsterdamse officier van justitie en een (voormalig)
rechter-commissaris uit Amsterdam. Een advocaat deed op 30 augustus
2010 tegen hen aangifte van valsheid in geschrifte.
Volgens de advocaat had de rechter-commissaris in een
opsporingsonderzoek naar zijn cliënt een document in strijd met de
waarheid opgemaakt en had de officier van justitie vervolgens
opzettelijk gebruik gemaakt van dit document. Het gaat om een
machtiging voor een doorzoeking in een pand waar de cliënt van de
advocaat woont.
Uit het onderzoek van de Rijksrecherche blijkt volgens de officier van
justitie dat er geen sprake is van strafbaar handelen. De Amsterdamse
officier van justitie en rechter-commissaris worden daarom niet
vervolgd. Wel is uit het onderzoek naar voren gekomen dat de
schriftelijke machtiging niet geheel overeenkomstig de precieze gang
van zaken en op een veel later tijdstip is opgemaakt en dat de
formulering preciezer had gekund. Maar om over te gaan tot een
strafrechtelijk onderzoek moeten er vermoedens zijn van strafbaar
handelen, en daar is niet van gebleken.
Zowel de advocaat die aangifte deed als de betrokken officier van
justitie en de rechter-commissaris zijn vandaag op de hoogte gebracht
van dit besluit.
De Hoge Raad besloot in oktober vorig jaar dat het Openbaar Ministerie
in Den Haag het onderzoek van de Rijksrecherche zou leiden. Nadat in
december 2010 het dossier is ontvangen, is de Rijksrecherche begonnen
met het onderzoek.
Openbaar Ministerie