Limburgers honkvast door afkomst, landschap en omgeving
De eigen afkomst, woonomgeving, sociale banden en de Limburgse
eigenheid zijn voor Limburgers de belangrijkste redenen om in Limburg
te blijven. Meer dan de helft van de Limburgers heeft geen enkele reden
Limburg te verlaten. Alleen voor het vinden van werk wil 28% eventueel
weggaan.
Dat is een van de uitkomsten van een representatief bevolkingsonderzoek
onder ruim tweeduizend Limburgers evenals 404 inwoners van
Belgisch-Limburg en 400 Nederlanders in opdracht van de Provincie
Limburg. Sinds 2002 houdt de Provincie Limburg deze enquête, waarvan de
resultaten van invloed kunnen zijn voor het provinciale beleid.
Een aantal dingen zijn opmerkelijk:
Het onderzoek peilt bijvoorbeeld het vertrouwen in overheden. Daaruit
blijkt dat, ondanks het feit dat slechts 15% de provinciale politiek
volgt, de Provincie als overheid toch het meeste vertrouwen geniet,
boven dat van de gemeente, het Rijk of de Europese Unie. 82% vindt dat
de Provincie in moet grijpen als lokaal bestuur haar gemeente niet goed
bestuurt.
93% van de ondervraagden is trots Limburger te zijn en ruim driekwart
voelt zich ook verbonden met de ons omringende Duitse en Belgische
grensregio's. Hier wordt vaak gewinkeld, getankt, gewandeld en
gefietst. Driekwart van de Limburgers is bereid om voor een medische
behandeling naar Duitsland of België te gaan.
Ongeveer eenderde van de burgers vindt dat de toekomst voor jongeren er
goed uitziet. De jongeren zelf zijn hier het meest positief over. Een
kwart van de Limburgers vindt dat jongeren in Limburg voldoende inbreng
hebben bij de inrichting van de samenleving. In Nederland en Belgisch
Limburg vinden meer burgers dat de toekomst voor jongeren er goed uit
ziet en dat jongeren voldoende inbreng hebben bij de inrichting van de
samenleving. Steeds meer burgers geven aan dat ze zelf voldoende
mogelijkheden hebben om de ontwikkelingen in de eigen buurt/dorp mee te
bepalen.
Ook zijn de zorgen onder de Limburgers gepeild. In Parkstad maken
mensen zich meer zorgen dan elders over de kloof tussen arm en rijk, de
concurrentiekracht van het Limburgse bedrijfsleven en het aanbod van
onderwijs. In de Westelijke Mijnstreek liggen de zorgen op het gebied
van sociale zekerheid, in Noord-Limburg over hoogwater en de
voorzieningen op het platteland en in Maastricht over
drugsproblematiek. Zorgen zijn er ook over de concurrentiekracht van
het Limburgse bedrijfsleven. De helft van de Limburgers vindt dat men
zich meer moet inspannen om buitenlandse ondernemingen aan te trekken,
maar geen buitenlandse medewerkers.
De beleving over de Limburgse economie, de arbeidsmarkt en
werkgelegenheid is afhankelijk van de economische situatie op dat
moment. De burger vindt dat werkgelegenheid een van de hoofdtaken is
van de Provincie Limburg.
Driekwart van de burgers vindt dat zijn/haar opleidingsniveau hoog
genoeg is om aan het werk te blijven. Iets minder dan de helft van deze
burgers verwacht een andere baan binnen een half jaar te vinden als ze
nu op zoek moeten naar ander werk. Noord-Limburgers zijn hier
positiever over dan burgers in de andere regio's. Meer dan de helft van
de Limburgers ziet het belang van grensoverschrijdend onderwijs in en
vindt dat onderwijs in Limburg zowel gericht moet zijn op een baan in
Limburg als op een baan in het aangrenzende buitenland. Hoe ouder, hoe
meer men het hiermee eens is.
Innovatie is belangrijk voor het voortbestaan van
bedrijven/organisaties. Wel vinden ze dat er meer innovatie in het
midden- en kleinbedrijf in hun provincie moet komen om zo de
concurrentie met andere regio's aan te kunnen. Vooral Parkstad-inwoners
zijn het hier mee eens. Ongeveer de helft vindt dat Limburg dat een
gezonde economie alleen kan door samenwerking met de ons omringende
buitenlandse regio's. Vooral in Noord-Limburg is dit het geval.
Provincie Limburg