Gemeente Nijmegen

persbericht

29 maart 2011

Stadspanel positief over Hoogwaardig Openbaar Vervoer

De leden van het Nijmeegse Stadspanel staan overwegend positief tegenover de komst van Hoogwaardig Openbaar Vervoer (HOV) in Nijmegen. Dat blijkt uit een draagvlakmeting waar 1500 leden van het digitale panel aan deelnamen. Zij zien het HOV als een goede manier om de bereikbaarheid van de stad te verbeteren en denken dat het HOV dankzij de vrijliggende infrastructuur ook een aantrekkelijk alternatief kan zijn voor de auto.

HOV staat voor een stadsdekkend netwerk van hoogwaardig, snel, comfortabel en betrouwbaar openbaar vervoer. HOV verbindt via vrijliggende infrastructuur belangrijke knooppunten in de stad en sluit aan op transferia aan de rand van de stad. Het traject dat in eerste instantie gerealiseerd wordt is 'Lijn 1', de lijn tussen Heyendaal, binnenstad en Nijmegen-Noord. Lijn 1 maakt onderdeel uit van het HOV-netwerk binnen de Stadsregio. Om die reden wordt het in de toekomst ook doorgetrokken naar Bemmel en Elst. Ook wordt gekeken naar de mogelijkheid om het tracé vanuit Heyendaal door te trekken naar Kleve.

Dialoog met de Stad Burgemeester en wethouders streven ernaar om eind dit jaar een Notitie Voorkeursbeslissing HOV voor te leggen aan de gemeenteraad. Op basis hiervan kan de raad een besluit nemen over het definitieve voorkeurstracé voor Lijn 1, de vervoersmodaliteit (tram of bus) en de financiering ervan. Bij een positief besluit zou in 2014 met de aanleg van Lijn 1 begonnen kunnen worden. Onderdeel van het proces hiernaartoe is een 'Dialoog met de stad'. Doel van deze dialoog is het inventariseren van wensen en eisen van belanghebbenden. Dit gebeurt door middel van het actief benaderen van de belangrijkste belanghebbenden en een publiekscampagne. Belangrijke onderdelen van de publiekscampagne zijn stadsgesprekken, een Lux-debat, een bezoekersruimte, en de inzet van social media die mensen de mogelijkheid biedt om ook digitaal mee te praten over Lijn 1.

Meningspeiling Stadspanel De dialoog met de stad vindt vóór de zomer plaats. Vooruitlopend op de dialoog heeft de gemeente een draagvlakmeting laten uitvoeren onder de leden van het Digitale Stadspanel van de gemeente. Het stadspanel bestaat uit betrokken bewoners van Nijmegen. Zij worden met enige regelmaat gevraagd om korte vragenlijsten te beantwoorden over actuele onderwerpen. Aan de draagvlakmeting voor het HOV deden 1500 panelleden mee. Belangrijkste conclusie is dat de leden positief staan tegenover de komst van het HOV. Eventuele voordelen worden zwaarder gewogen dan mogelijke nadelen. Zo ziet het Stadspanel kansen wat betreft het verbeteren van de bereikbaarheid van belangrijke knooppunten in de stad, en wordt het HOV dankzij de concurrerende reissnelheid ook als een aantrekkelijk alternatief voor de auto gezien. Het HOV biedt wat het stadspanel betreft ook de mogelijkheid om de luchtkwaliteit te verbeteren en (de groei van) autogebruik binnen de stad terug te dringen. Meer dan de helft ziet bovendien kansen voor ondernemers ontstaan, en verwacht dat het stadsimago zal verbeteren. Bijna de helft van de respondenten denkt dat de noodzakelijke infrastructuur voor het HOV prima in de Nijmeegse openbare ruimte zal passen. De oversteekbaarheid van HOV-infrastructuur voor fietsers en voetgangers is daarbij een aandachtspunt, maar verkeersveiligheid lijkt op voorhand op weinig zorgen te stuiten. Wel is een groot deel van het panel van mening dat busbanen of stroken met tramrails beter niet toegankelijk kunnen zijn voor fietsers of voetgangers. Tegelijkertijd vraagt het panel aandacht voor een zorgvuldige ruimtelijke inpassing in de stad, waarbij er geen ontoegankelijke stroken niemandsland ontstaan. Bijna de helft zou vanwege het reisgemak dichtbij een HOV-halte willen wonen. Enige angst voor geluidsoverlast is er daarbij wel. Inherent aan HOV is het vereiste voortransport naar de opstaphalte, bijvoorbeeld te voet of per fiets. Hier ziet het panel een duidelijk nadeel.

MIRT Ook ten aanzien van mogelijke hoge kosten zijn Stadspanelleden kritisch. Om de kosten voor Nijmegen en de Stadsregio zo laag mogelijk te houden wordt gehoopt op een financiële bijdrage van het Rijk. Op 16 december jl. heeft de Tweede Kamer unaniem besloten dat Lijn 1 van het HOV-netwerk moet worden opgenomen in het Meerjarenprogramma Infrastructuur Ruimte en Transport (MIRT) van het Rijk. Dit betekent dat het Rijk serieus gaat onderzoeken of er in de toekomst rijksmiddelen kunnen worden ingezet om realisering van Lijn 1 mogelijk te maken. Eén van de eisen die het Rijk stelt is dat er overleg wordt gevoerd met belanghebbenden en betrokkenen, en dat er een onderzoek komt naar tracéalternatieven. Aan deze eisen wordt mede voldaan door middel van de dialoog met de stad.