Wageningen Universiteit en Researchcentrum
Geen effect van alternatieve rijenbemestingsvormen in snijmaïs
28 mrt 2011
Alternatieve vormen van rijenbemesting lieten geen besparing aan
stikstof en fosfaatbemesting zien. Een aanvullende bemesting met
stikstofkunstmest had positief effect op de opbrengst. Dat blijkt uit
een tweejarig onderzoek van Wageningen UR Livestock Research, dat
gefinancierd werd door Productschap Zuivel.
In het onderzoek werden vijf vormen van rijenbemesting vergeleken bij
verschillende bemestingsniveaus van stikstof en fosfaat. De
rijenbemestingsvormen waren: standaard NP meststof, NP meststof plus
humus en fulvozuren (Humifirst), fosfaatcoating (Iseed), een
microgranulaat (Physiostart) en een NP meststof met een
nitrificatieremmer (Entec). Het onderzoek werd uitgevoerd met twee
drijfmesthoeveelheden: 20 en 40 m3 runderdrijfmest per ha. Beide
drijfmesthoeveelheden werden gecombineerd met twee hoeveelheden
stikstofkunstmest (26 en 56 kg per ha) en fosfaatkunstmest (7 en 22 kg
per ha). Het onderzoek werd uitgevoerd in 2008 en 2010 op twee
verschillende zandlocaties in de buurt van Vredepeel met een matige
fosfaat toestand (Pw-getal resp. 33 en 32)
Geen bemesting gaf een opbrengst van 11,8 ton drogestof per ha. Een
bemesting met alleen 40 m3 drijfmest gaf al een opbrengst van circa 17
ton. Ondanks de Pw-toestand van net boven de 30 was er geen effect
van een aanvullende fosfaatkunstmest gift op de opbrengst. Wel was er
een effect van een aanvullende stikstofkunstmest gift. Een extra gift
van 30 kg leverde gemiddeld 600 kg drogestof per ha op. Bij de diverse
bemestingsniveaus konden geen verschillen in opbrengst tussen de
verschillende rijenbemestingsvormen worden ontdekt.
Vanuit het mestbeleid wordt de toegestane ruimte voor fosfaatkunstmest
verder beperkt. Dit betekent dat er bij maïsteelt naast de circa 35 m3
runderdrijfmest weinig ruimte meer is voor een aanvullende fosfaatgift
uit kunstmest. Voor de praktijk is er daarom behoefte aan mogelijke
vervanging van de gebruikelijke (fosfaat)kunstbemesting. Op dit moment
zijn er diverse alternatieve vormen van ârijenbemestingâ beschikbaar.
Voorbeelden hiervan zijn fosfaatcoating van maïszaad, micro
granulaatmeststoffen of meststoffen waaraan groeistimulerende stoffen
zijn toegevoegd zoals humus- en fulvozuren. Bij gebruik van deze
meststoffen wordt veelal geadviseerd om de standaard rijenbemesting
deels of helemaal achterwege te laten.
Het rapport met de resultaten van het onderzoek komt binnenkort
beschikbaar op deze website en www.verantwoordeveehouderij.nl
Contact
Herman van Schooten
tel. 0320 - 293 438