Academisch ziekenhuis Maastricht
Metingen aan röntgenapparaat uit 1896
Publicatiedatum: 22-03-2011
Bron: stafdienst Communicatie
Auteur: stafdienst Communicatie
Datum: 22-03-2011
Onderzoekers van het Maastricht UMC+ hebben onlangs metingen gedaan aan
een van de eerste röntgenapparaten (uit 1896) en daarbij vastgesteld
dat de stralingsdosis die het nodig heeft voor het maken van een foto
vele malen hoger ligt dan bij hedendaagse apparaten. De
wetenschappelijke publicatie van het onderzoek verschijnt binnenkort in
het gerenommeerde Amerikaanse tijdschrift Radiology.
Metingen aan oude "X-ray"-machine leveren verrassende resultaten op
Volgens de hoofdauteur van het artikel, klinisch fysicus dr. Gerrit J.
Kemerink, zijn er nooit eerder systematisch metingen verricht aan
eerste generatie röntgenapparaten. De meetapparatuur die daarvoor nodig
is, kwam namelijk pas beschikbaar toen die eerste apparaten al lang
waren vervangen door modernere versies.
Wilhelm Röntgen publiceerde over zijn revolutionaire vinding in
december 1895. Al enkele weken later gingen twee Maastrichtenaren aan
de slag om de techniek in de praktijk te brengen en een
'röntgenapparaat' te bouwen. Het waren de directeur van de plaatselijke
HBS, de natuurkundige dr. H.J. Hoffmans, en ziekenhuisdirecteur dr. L.
Th. van Kleef. Met materialen van de school van Hoffmans werd een
primitief röntgenapparaat gebouwd, waarmee ook daadwerkelijk
röntgenfoto's zijn gemaakt. Al die foto's zijn bewaard gebleven. Maar
het primitieve apparaat van Hoffmans en Van Kleef bleek al snel
achterhaald door de zich snel ontwikkelende techniek en raakte in de
vergetelheid. Het apparaat belandde uiteindelijk in een opslagloods.
Ongeveer een jaar geleden werd het door prof. dr. Jos van Engelhoven,
voormalig hoofd van de afdeling Beeldvorming van het Maastricht UMC+,
gebruikt voor een TV-programma over de geschiedenis van de
gezondheidszorg in Zuid-Limburg. Het apparaat bleek nog te werken, en
Kemerink besloot vervolgens om metingen aan het apparaat te gaan
verrichten. "We werkten in een volledig afgeschermde en verduisterde
ruimte. Het enige lichtschijnsel kwam van de gasontlading in de buis en
van de vonken van de hoogspanningsgenerator. Samen met het knetterende
geluid dat daarbij ontstaat, leverde dat een nogal spookachtige sfeer
op."
De onderzoekers vergeleken de stralingsdosis en de elektrische
eigenschappen van het apparaat uit 1896 met die van hedendaagse
apparatuur. Om een opname van een hand te maken bleek een 1500 keer
hogere stralingsdosis nodig te zijn (74 mGy (milligray) tegen 0,05 mGy
bij moderne apparatuur). Ook in de belichtingstijd bleken grote
verschillen te bestaan. Waar tegenwoordig een belichting gedurende 21
milliseconden volstaat, moest de patiënt destijds anderhalf uur onder
het röntgenapparaat. Maar de kwaliteit van de met de oude apparatuur
gemaakte opnames bleek verrassend goed. Anatomische details bleken met
het primitieve apparaat nog steeds wonderbaarlijk scherp in beeld te
brengen.
Waar de onderzoekers destijds overigens geen rekening mee hielden,
waren de gevolgen van langdurige blootstelling aan hoge stralingsdoses.
De pioniers van het eerste uur werden dan ook nogal eens getroffen door
brandwonden, haaruitval en oogklachten. "Veel van de mensen die de
apparatuur bedienden, liepen ook ernstige schade op aan hun handen,
waardoor soms zelfs amputatie nodig was, en velen overleden later aan
kanker", aldus dr. Kemerink.
In de loop van de twintigste eeuw werd de techniek dermate verfijnd dat
stralingsdosis en duur van blootstelling sterk verlaagd konden worden,
waarmee röntgenopnames een veilige en betrouwbare beeldvormende
techniek werden, en daarmee een onmisbaar diagnostisch instrument.
Een filmpje van het oude röntgenapparaat in werking is te zien en te
downloaden via de volgende link http://bcove.me/vjwyjqbk