SERV
Persbericht
Vlaanderen moet arbeidszorg erkennen en uitbouwen
Brussel, 14 maart 2011
De Vlaamse Regering moet dringend werk maken van een duidelijk kader voor arbeidszorg. Op die manier wil de Commissie Diversiteit van de SERV de ca. 4200 arbeidszorgmedewerkers die balanceren tussen zorg en arbeid meer zekerheid en kansen bieden, zonder de concurrentie met betaalde arbeid aan te gaan.
Caroline Copers, voorzitter Commissie Diversiteit: "Door een gebrek aan een duidelijk statuut voor arbeidszorg, zijn deze mensen heel onzeker of ze hun werkloosheidsvergoeding, leefloon, tegemoetkoming of invaliditeitsuitkering wel kunnen behouden. Nochtans is arbeidszorg belangrijk voor hun participatie aan de samenleving. We roepen daarom de Vlaamse ministers van Werk, Sociale Economie, Welzijn en Gezondheid op om de koppen bij elkaar te steken en duidelijke afspraken te maken over het statuut, aantal plaatsen en financiering van arbeidszorg."
Wat houdt arbeidszorg precies in?
Sommige mensen kunnen niet (meer) of nog niet gaan werken in het beschermde of reguliere arbeidscircuit, maar hebben niettemin behoefte aan een zinvolle bezigheid. In zo'n geval kan arbeidszorg een oplossing bieden. Het gaat dan bv. om klasseerwerk in een bibliotheek of werken op een zorgboerderij. Deze onbetaalde activiteiten bieden structuur aan de dag, maken sociale contacten mogelijk en geven kansen om vaardigheden te ontwikkelen.
Hoeveel arbeidszorgmedewerkers er precies zijn in Vlaanderen is niet geweten. Op basis van een aantal bevragingen en administratieve data kunnen we het aantal op ca. 4200 ramen. Het potentieel aan kandidaten is echter groter. Volgens een VDAB-screening zouden zeker een 2000-tal werkzoekenden met medische of mentale problemen baat hebben bij arbeidszorg. Daarnaast is er nog heel wat potentieel bij mensen in andere uitkeringsstelsels zoals ziekte- en invaliditeitsuitkering en bij niet-beroepsactieven.
Wat wil de Commissie Diversiteit veranderd zien?
De Commissie Diversiteit die de sociale partners en de kansengroepen vertegenwoordigt, wil met haar advies op eigen initiatief bijdragen aan de beleidsvorming rond arbeidszorg. De voorbije jaren brachten verschillende overlegfora belangengroepen bij elkaar, maar voor het eerst stellen álle sociale partners en vertegenwoordigers van personen met een arbeidshandicap samen een aantal krijtlijnen op:
. bouw een structureel kader uit over de grenzen van de beleidsdomeinen heen. Dat kan best door één coördinerend minister voor arbeidszorg aan te wijzen.
. creëer een dekkend netwerk van arbeidszorginitiatieven en -plaatsen met een duidelijke regelgeving en aangepaste financiering.
. zorg voor een maximumduur van arbeidszorg binnen de sociale en beschutte werkplaatsen maar maak tegelijk maatwerk en een gepast aanbod voor iedereen mogelijk.
. maak arbeidszorg een deel van een ruimer traject op maat waarbij voor elke persoon het hoogst bereikbare niveau van inschakeling wordt nagestreefd. Evalueer regelmatig of mensen op de juiste plek zitten.
. zet een eenvoudige maar adequate monitoring op die uniforme data voor Vlaanderen aanlevert zodat we arbeidszorg beter kunnen meten en evalueren.
Meer info