Zoutgehalte in diverse levensmiddelen in 2010 niet gedaald
Nieuwsbericht nieuwe Voedsel en Waren Autoriteit | 10 maart 2011
Het gemiddelde zoutgehalte in voorverpakt brood, soep, kaas, kant- en
klaarmaaltijden, sauzen, chips & zoutjes, koek & banket, vleeswaren en
(diepvries) snacks is in 2010 niet significant veranderd ten opzichte
van 2009. Ook bestaan de in 2009 geconstateerde grote verschillen in
zoutgehaltes binnen dezelfde productsoorten nog steeds. Onderzoek van
de nieuwe Voedsel en Waren Autoriteit (nVWA) wijst dit uit.
Inzet industrie in 2010 niet significant zichtbaar
De nVWA heeft de bemonsterde producten vergeleken met de monitoring die
zij in 2009 heeft uitgevoerd op 984 producten uit diverse
productgroepen (in totaal tien). Uit de analyses bleek destijds al dat
er grote verschillen zijn in zoutgehaltes van producten binnen dezelfde
productsoort. Deze verschillen bestaan nog steeds. Daarnaast is het
gemiddelde zoutgehalte niet significant veranderd ten opzichte van
2009.
In Nederland heeft de levensmiddelenindustrie het initiatief genomen om
het zoutgehalte in bewerkte levensmiddelen geleidelijk te verlagen. De
branchevereniging Federatie Nederlandse Levensmiddelen Industrie (FNLI)
had zich ten doel gesteld om voor begin 2010 een gemiddelde
vermindering van het zoutgehalte van 12% te behalen in bewerkte
voedingsmiddelen. Medio 2010 berichtte de FNLI dat gemiddeld een 10%
reductie is bereikt t.o.v. de Nevotabel (Nederlandse Voedingsmiddelen)
uit 2006. De FNLI streeft ernaar om de hoeveelheid toegevoegd
natriumchloride (zout) te verminderen tot uiteindelijk een gemiddelde
reductie van 20 tot 30% is bereikt ten opzichte van 2006.
Verschillen in zoutgehaltes binnen dezelfde productsoorten
Er kunnen diverse redenen zijn waarom het ene product van dezelfde
productsoort een hoger zoutgehalte heeft dan de andere. De
onderzoeksdata lijken wél aan te geven dat het mogelijk is het
zoutgehalte van producten te verlagen.
Werkwijze onderzoek
De nVWA heeft van juni tot en met november 2010 in totaal 860 producten
bemonsterd om te kunnen vergelijken met de bemonsterde producten uit
2009. Het gaat om producten uit de productgroepen voorverpakt brood,
soep, kaas, kant- en klaarmaaltijden, sauzen, chips & zoutjes, koek &
banket, vleeswaren en (diepvries) snacks. De nVWA heeft monsters
genomen van zowel A-, C- als huismerken.
In een aantal productgroepen bleek het assortiment sterk veranderd. Het
ging dan om wijzigingen in etiket (huismerk), verpakking, producent of
aanduiding. Wanneer een product niet meer in de handel was werd indien
mogelijk een ander basisproduct bemonsterd.
In het laboratorium werd het gehalte aan chloride in het monster
bepaald. Daarna werd het gehalte aan keukenzout berekend. Uit de
resultaten is gebleken dat het zoutgehalte in de bemonsterde producten
in 2010 niet significant is gedaald ten opzichte van de producten uit
2009.
Risico's te hoge zoutinname
Een van de aandachtspunten in de nota `Gezonde Voeding' van het
Ministerie van VWS is reductie van zout in levensmiddelen. Een te hoge
zoutinname vergroot namelijk het risico op het ontstaan van verhoogde
bloeddruk en hart- en vaatziekten.
In Nederland is de gemiddelde zoutinname van volwassenen ongeveer 9
gram per dag. Dit is 1,5 keer de hoeveelheid die de Gezondheidsraad als
maximum adviseert (6 gram per dag). Volgens de Voedingsnota van VWS
blijkt uit cijfers dat naar schatting meer dan 70% van de dagelijkse
hoeveelheid zout die consumenten innemen afkomstig is van verwerkte
producten.
Rol nVWA
De nVWA monitort veranderingen in de samenstelling van producten om te
kijken of producten gezonder worden. Zij doet dit in het kader van het
staatstoezicht op de volksgezondheid. Hierbij richt de nVWA zich met
name op de prioriteiten van het gezondheidsbeleid.
Voor vragen over dit nieuwsbericht kunnen journalisten contact opnemen
met het team persvoorlichting van de nVWA (070) 448 46 46. Consumenten
en bedrijven kunnen bellen met 0800-0488.
De AID, PD en VWA bouwen aan één nieuwe Voedsel en Waren Autoriteit.
Voedsel en Waren Autoriteit