Peter R. de Vries mocht gesprekken met Koos H. niet uitzenden
Amsterdam, 8 maart 2011 - Het gerechtshof Amsterdam heeft vandaag 8
maart 2011 geoordeeld dat het aan Peter R. de Vries gegeven â en door
hem overtreden â verbod om de beelden van de gesprekken met Koos H. uit
te zenden in hoger beroep in stand blijft.
Koos H. werd in 1982 tot levenslange gevangenisstraf veroordeeld voor
de moord op drie jonge meisjes. De Vries wenste meer informatie te
verkrijgen over deze drie moorden en over de dubieuze relatie tussen
Koos H. en een rechter in Den Haag. Daarom is op zijn initiatief
verborgen opnameapparatuur de tbs-kliniek, waarin Koos H. verblijft,
binnen-gesmokkeld. De gesprekken met Koos H. werden gevoerd door een
oude jeugdvriend van Koos H. Het voornemen was om in drie uitzendingen
van het tv-programma âPeter R. de Vries, misdaadverslaggeverâ van deze
gesprekken verslag te doen. Op vordering van Koos H., die vindt dat
zijn recht op privacy is geschonden, heeft de voorzieningenrechter de
tweede en de derde uitzending verboden op straffe van een dwangsom van
⬠15.000.
Ondanks dat verbod is in de tweede uitzending een deel van de
gesprekken met Koos H. uitgezonden. In een direct daaropvolgend kort
geding heeft de voorzieningenrechter de dwangsom verhoogd naar
⬠500.000,-.
In het tegen de beide vonnissen ingestelde hoger beroep heeft het hof
het recht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer van Koos H.
afgewogen tegen het recht op vrije meningsuiting, in dit geval de
persvrijheid, van De Vries. In dat kader heeft het hof beoor-deeld welk
maatschappelijke belang gediend is bij onverkorte uitzending van de
gemaakte opnames. In die afweging oordeelde het hof dat het recht van
Koos H. op privacy het zwaarst moet wegen en dat het door de
voorzieningenrechter uitgesproken verbod terecht was opgelegd.
Het hof vindt dat, omdat het hier gaat om een ernstige maatschappelijke
misstand, mogelijk een uitzondering moet worden gemaakt voor uitzending
van de opnames die op de Haagse rechter betrekking hebben. De
uitzending daarvan heeft inmiddels met inzet van een acteur
plaatsgevonden. Of de originele beelden en geluid alsnog mogen worden
uitgezonden kon door het hof niet worden beoordeeld omdat het niet over
de desbetreffende originele opname beschikt.
LJ Nummer
BP6989
Zie het origineel
Bron: Gerechtshof Amsterdam
Datum actualiteit: 8 maart 2011 Naar boven
Gerechtelijke organisatie