Beantwoording schriftelijke vragen CDA, PvdA, VVD, VSP mobiele netwerken
1. Wat is de actuele status van dit dossier? Wat is uw informatie over
de tijdelijke voorziening en het effect op de kwaliteit en dekking van
de diverse netwerken daarvan?
De gemeente heeft omwille van de ervaren problemen getracht een
oplossing bij de provider en Maasdelta te bespoedigen. Formeel heeft de
gemeente geen andere rol dan vergunningverlener, waarbij opgemerkt
dient te worden dat masten tot en met 5 meter niet vergunningplichtig
zijn.
2. Hebben T-Mobile en/of Vodafone inmiddels een vergunningsaanvraag
ingediend?
3. Wat is de gemiddelde doorlooptijd van een vergunning voor een
installatie zoals wordt gebruikt door telecom-providers? Is die
vergunning al verleend en zo nee, waarom niet?
Tot verzenddatum van deze brief is er geen vergunningaanvraag
ontvangen. Een mast tot en met 5 meter is niet vergunningplichtig (Nota
Nationaal Antennebeleid). Een omgevingsvergunningaanvraag voor een
tijdelijke mast, niet passend binnen het bestemmingsplan (veelal het
geval aangezien deze op maaiveld staan en een bepaalde hoogte moeten
hebben om te functioneren), heeft een doorlooptijd van minimaal 26
weken. Past de aanvraag wel binnen het bestemmingsplan, dan geldt een
fatale termijn van 8 weken.
4. Is er al akkoord van bewoners en Maasdelta over de locatie? Zo ja,
is de opdracht tot plaatsing al gegeven?
Navraag bij Maasdelta leert dat er overeenstemming is met T-Mobile over
het plaatsen van een mast op het gebouw MFA-Parkrand. Het is aan de
provider om opdracht te verlenen voor het plaatsen van de mast.
5. Wanneer verwacht u dat de netwerkcapaciteit en kwaliteit weer op
orde is gebracht danwel dat gestart kan worden met de daadwerkelijke
plaatsing van de nieuwe permanente antenne installatie?
Indien de te plaatsen mast niet-vergunningplichtig is, kan per direct
gestart worden met plaatsing. Is de te plaatsen mast wel
vergunningplichtig, dan dient een omgevingsvergunningprocedure te
worden doorlopen met een toetsing- en afgiftetermijn zoals omschreven
bij de vragen 2 en 3.
6. Hulpdiensten gebruiken eveneens dit soort netwerken voor hun
communicatie. Zijn de risico's voor dit gebied voor wat betreft
bereikbaarheid van hulpdiensten thans groter dan normaal? Bevinden deze
risico's nog steeds binnen de bandbreedte van de richtlijnen?
De hulpdiensten maken voor hun onderlinge communicatie geen gebruik van
voornoemd mobiel netwerk, maar van het landelijke systeem C2000 wat
eigen zendmasten heeft. De problematiek doet zich daar dus niet voor.
Het benaderen van hulpdiensten via het alarmnummer (noodoproep) is
mogelijk via ieder aanwezig netwerk. De gemeente heeft daarnaast geen
signalen ontvangen van de hulpdiensten over een mogelijk
veiligheidsrisico als gevolg van verminderde netwerkdekking in
Maassluis West.
Gemeente Maassluis