Rijksoverheid
Meesterweek
Toespraak | 02-03-2011
Toespraak van minister De Jager van Financiën bij Meesterweek op de
Erasmus Universiteit Rotterdam over ondernemen en politiek.
Dames en heren,
Als er ergens - zoals hier tijdens deze Meesterweek - het onderwerp
`politiek en ondernemen' op het programma staat, dan weet je bij
voorbaat al vrij zeker: Jan Kees de Jager is de Sjaak. Nou ja, ik kan
niet alle uitnodigingen aannemen. Maar in dit geval deed ik het graag,
ook vanwege deze plek - mijn alma mater, het eersteklas publiek en
natuurlijk als oud-ondernemer.
Politiek en ondernemerschap zijn onderwerpen waar je nooit over raakt
uitgepraat. Maar ik constateer wel dat het nog altijd verre van
doodgewoon wordt gevonden dat je als ondernemer de politiek ingaat.
Uitwisselingen tussen het bedrijfsleven en de politiek komen weliswaar
tegenwoordig wat vaker voor, maar het valt nog altijd behoorlijk op als
je je eigen bedrijf verwisselt voor politiek Den Haag. Ik ben
natuurlijk blij dat mijn achtergrond over het algemeen als een
positieve kwalificatie wordt gezien. Uiteraard zijn er veel verschillen
tussen het werk van een ondernemer en een politicus. Maar er zijn ook
overeenkomsten. Zo is doelgerichtheid in beide takken van sport
onmisbaar. Die doelgerichtheid had ik als ondernemer en die heb ik als
bewindspersoon gehouden. Ook als minister van Financiën weet ik wat me
te doen staat: Nederland er weer bovenop krijgen, met gezonde
overheidsfinanciën en een stabiel financieel stelsel. Een stelsel met
financiële instellingen die solide, transparant en betrouwbaar zijn. En
dus stel ik mezelf bij elke afweging, in elke situatie, bij alles wat
er gebeurt de vraag: wat brengt me dichter bij dat doel? Dat is een
typisch ondernemers-trekje. Maar het is mijn ervaring dat je er in de
politiek ook ver mee komt. Zeker in deze tijd waarin we met z'n allen
keihard moeten werken om sterker uit de crisis te komen.
Om te kunnen nagaan wat er nodig is om mijn doel te bereiken maak ik
steeds tussentijds de stand op, de `stand van het land' zoals we dat
ook wel noemen. Dit keer doe ik dat graag samen met u. Bij de
aanbieding van de Miljoenennota op de derde dinsdag van september 2010
heb ik gezegd:
,,Het gaat beter dan slecht, minder dan goed en veel minder dan goed
genoeg."
Dat, dames en heren, blijft nog wel een tijdje gelden. Het is waar dat
er hoopvolle tekenen zijn over onze economie.
Neem de Rotterdamse haven hier, onze mainport, de grootste van Europa,
de vierde van de wereld. Vorig jaar zat de overslag van goederen alweer
meer dan twee procent boven het niveau van 2008, het pre-crisisjaar. Er
kwamen het afgelopen half jaar weer banen bij, vooral in de zorg en
voor uitzendkrachten. De werkloosheid daalde eind vorig jaar tot onder
de 400.000. Ook heel goed nieuws aan het begin van dit jaar vond ik de
komst naar Nederland van de Chinese bank ICBC, de allergrootste bank
ter wereld. Zo'n bank brengt bedrijvigheid en werkgelegenheid met zich
mee voor Nederland. Het maakt ook het zaken doen met China, de tweede
economie van de wereld, veel gemakkelijker. Dat ICBC ook een vestiging
in Nederland opent, zegt dat we meetellen, dat we ertoe doen.
Toch is het nog te vroeg om al echt te staan juichen. Er gingen vorig
jaar wel 7000 bedrijven failliet. In de bouw gaat het nog altijd
slecht. Op de beurs wisselen pieken en dalen elkaar nog altijd af. Een
wat minder bericht is al voldoende om de koersen snel neerwaarts te
laten gaan. We zijn er dus nog niet. Er is groei, maar ook tegenwind.
En tegelijkertijd zie ik dat we het gat dat is geslagen door de enorme
en historische krimp van de economie in 2009, niet zomaar goed maken.
Dat wil ik uitleggen aan de hand van een vergelijking.
Laten we uitgaan van een sterke, kansrijke renner in de Tour de France.
Op zeker moment, midden in de Tour, gaat er met die renner alles mis
wat er mis kan gaan. Hij raakt betrokken bij een valpartij, z'n fiets
is beschadigd en uiteindelijk struikelt hij met meer dan een uur
vertraging over de eindstreep. De renner pept zichzelf op en doet het
de dagen erna weer prima. Hij wint zelfs een etappe en wordt
uitgeroepen tot de held van de Tour. Maar de gele trui, metafoor voor
de economische situatie van vóór de crisis, is onbereikbaar geworden.
Want z'n achterstand is te hoog opgelopen. Dat verschil haalt hij nooit
meer in. En dat, dames en heren, is de situatie waarin wij ons nu
bevinden. En met ons bijna alle landen ter wereld. Want we waren
allemaal betrokken bij die valpartij van 2008-2009. Zeker, we kunnen
een etappe winnen, maar in het eindklassement lopen we structureel
achter. We zijn door de gevolgen van de crisis een heel stuk van onze
welvaart kwijtgeraakt. We zijn door de crisis gewoonweg armer geworden.
Daardoor komt er bij de overheid minder binnen. Maar met de uitgaven
zijn we doorgegaan op het niveau van vóór de crisis. Het Nederlandse
tekort ligt daardoor ruim boven de EU-grens van drie procent. We
betalen jaarlijks 11 miljard euro aan rente over onze schuld, ondanks
de historisch lage rentestand van nu. Dat is meer dan het bedrag dat we
per jaar uitgeven aan hoger onderwijs plus studiefinanciering. En
zolang het tekort op de begroting voortduurt, loopt onze schuld verder
op. Daarom ben ik niet af te brengen van mijn vaste voornemen, mijn
doel, om de uitgaven in evenwicht te brengen met de inkomsten van dit
land. En het is onvermijdelijk dat iedereen daar iets van gaat merken.
Ik zeg er overigens hier in de zaal bij dat de maatregelen voor
studenten, losstaan van de ombuigingen van 18 miljard. Ja, bij lang
studeren moeten studenten meer zelf bijdragen aan de totale
studiekosten van zo'n elf- tot twaalfduizend euro per jaar. Maar dat
geld komt niet in de schatkist terecht. Het betreft een verschuiving
van de budgetten. Studenten gaan wat meer betalen, dat valt niet te
ontkennen, maar dat komt ten goede aan de kwaliteit van het onderwijs.
En op die manier kan ook de basisbeurs behouden blijven. Een goede
opleiding is een sterke basis. Straks bent u student af.
Er zitten hier in de zaal vast ook mensen die denken over een eigen
bedrijf, sommigen van u zijn misschien al begonnen als ondernemer. Dan
weet u intussen ook: je komt er alleen maar wanneer je bijna als een
pitbull vasthoudt aan je doel. En dat is een goed bedrijfsresultaat.
Daar werk je je drie slagen voor in de rondte. En daarbij hoort dat je
vooruit kijkt, inspeelt op veranderingen en de concurrentie voor
blijft. Want een goed bedrijfsresultaat nu, zegt nog niks over de
komende jaren. Kijk naar een bedrijf als TomTom, dat eerst
spectaculaire resultaten boekte op de navigatiemarkt. Intussen zit
iedereen op die markt. En als de concurrentie toeneemt, worden de
marges kleiner. Voor je 't weet, heb je 't nakijken. Maar TomTom gaat
verder met nieuwe technologie, zoals systemen die met elkaar praten en
daardoor vroegtijdig files signaleren. En daardoor ziet de toekomst
er weer beter uit. Ik ben ervan overtuigd dat het de ondernemers in dit
land zijn - en misschien ben u straks één van hen - die een heel
belangrijke rol spelen bij het inlopen van onze achterstand. Daarom
geeft dit kabinet ruimte aan ondernemerschap. De politiek stuurt aan en
stuurt bij en schept de voorwaarden. Maar het zijn de ondernemers
zelf die in de eerste plaats zorgen voor bedrijvigheid, voor banen,
voor handel met het buitenland. Daarom is zekerheid over de euro ook zo
belangrijk. Driekwart van onze export gaat naar Europese landen. We
hebben in de afgelopen tien jaar veel economische groei en veel
werkgelegenheid te danken aan de euro. Het is echt in ons eigen belang
om de euro overeind te houden. Tegelijkertijd geven we ondernemers
ruimte, bijvoorbeeld door voorschriften, regels en belastingaangiften
zo helder en eenvoudig mogelijk te maken. Ik zou iedereen willen
aanmoedigen om ondernemer te worden. Dat is na mijn huidige baan
misschien wel het mooiste dat je kunt doen in je leven. Maar dan moet
je niet tot diep in de nacht bezig hoeven te zijn met administratieve
rompslomp. Want dat gun ik niemand.
Dames en heren,
Voor een goede ondernemer weegt één ding altijd het zwaarst: een
positief resultaat. Je moet wel; anders kan je nooit het hoofd boven
water houden. Luchtfietsers die de prachtigste dingen doen zonder hun
balans en de buitenwereld in de gaten te houden, zijn ten dode
opgeschreven. En die doelgerichte mentaliteit hebben we ook in de
politiek nodig. In deze jaren waarin we een achterstand hebben in te
lopen meer dan ooit. De politiek en de ondernemers hebben elkaar nodig
om dit land weer in de gele trui te krijgen. We zijn net als de rest
van de wereld gestruikeld, maar we richten ons weer op. Samen zetten we
onze schouders eronder, samen gaan we recht op ons doel af, samen
werken we aan een financieel gezond en welvarend Nederland.
Dank u wel.