Belgische Federale Overheid


Olivier Chastel en Richard Miller volgen de verspreiding van polio in DR Congo van nabij op

Datum: 01 maart 2011

Tijdens de commissie Buitenlandse Betrekkingen heeft senator Richard Miller minister van Ontwikkelingssamenwerking Olivier Chastel ondervraagd over de uitbreiding van de polio-epidemie in de Democratische Republiek Congo. De senator wenste eveneens meer informatie over de ontwikkelingshulpprogramma's met betrekking tot de strijd tegen polio en de organisatie van de internationale hulp in geval van een epidemie.

"België ondersteunt het gezondheidssysteem van de Democratische Republiek Congo met projecten van de Belgische Technische Coöperatie (BTC) en van ngo's en financiert eveneens de
Wereldgezondheidsorganisatie en UNICEF, die beide betrokken zijn bij de strijd tegen polio", zei Olivier Chastel. België levert onder andere institutionele steun aan het Institut National de Recherche Biomédicale, dat samenwerkt met het Global Eradication Initiative.

"In geval van een epidemie, hebben België en de Europese Unie de mogelijkheid tussenbeide te komen via hun budget voor noodhulp om de meest structurele hulp te versterken", benadrukte Olivier Chastel.

Met het oog op voorzienbaarheid en flexibiliteit draagt België sinds 2006 bij aan het Central Emergency Response Fund (CERF), een reservefonds dat opgericht werd door de Verenigde Naties om sneller en flexibeler humanitaire hulp te kunnen bieden aan de slachtoffers van onvoorziene crisissen. De Belgische bijdrage aan het CERF bedroeg in 2010 6 miljoen euro. De Democratische Republiek Congo is de grootste ontvanger van steun van het CERF. Sinds 2010 draagt België eveneens bij aan het Disaster Relief Emergency Fund dat noodfinanciering biedt aan nationale verenigingen van het Rode Kruis en de Rode Halve Maan. Dankzij dit fonds kan er onmiddellijk gereageerd worden op rampen en volksgezondheidscrisissen.

Olivier Chastel heeft zijn diensten gevraagd om de situatie van nabij te volgen op het terrein zodat er snel kan gereageerd worden op een eventuele uitbreiding van poliomyelitis.