Woonlasten gemiddeld 39 euro hoger
Energierekening stijgt het meest
Datum: 22 februari 2011
Eigenaar-bewoners zijn aan bijkomende woonlasten op jaarbasis gemiddeld
39 euro (1,0 procent) meer kwijt dan een jaar geleden. Dat komt vooral
doordat de energieprijs is gestegen, en in mindere mate de
waterschapslasten. De overdrachtsbelasting en het eigenwoningforfait
kosten de burger minder. Dit blijkt uit Woonlastenmonitor 2011, die is
opgesteld door het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere
Overheden (COELO) van de Rijksuniversiteit Groningen.
De gemiddelde eigenwoningbezitter is dit jaar gemiddeld 3.919 euro
kwijt aan woonlasten, naast de hypotheeklasten. Dat is 12 procent van
het gemiddelde besteedbare inkomen. Geen wonder dat de stijging van die
woonlasten jaarlijks veel aandacht trekt. De Woonlastenmonitor van
COELO geeft hiervan een totaaloverzicht.
Bijkomende woonlasten
Hypotheeklasten maken iets meer dan de helft uit van de totale
woonlasten. Dit onderzoek richt zich op de bijkomende woonlasten.
Energie en water is hiervan de belangrijkste component, de
onroerendezaakbelasting (ozb) en de opstalverzekering zijn de kleinste
posten.
Prijsdaling energie belangrijkste oorzaak stijging
Aan energie en water is de eigenwoningbezitter dit jaar 34 euro meer
kwijt, en ook de belasting op die producten is hoger (8 euro). Dit komt
doordat energie duurder is geworden als gevolg van de gestegen
olieprijs. Die werkt vertraagd door in de prijs van gas en
elektriciteit. Water is nauwelijks in prijs gestegen.
Eigenwoningforfait en overdrachtsbelasting dalen
Het eigenwoningforfait in de inkomstenbelasting kost dit jaar gemiddeld
15 euro minder. Dit is een direct gevolg van de dalende huizenprijzen.
De overdrachtsbelasting is gemiddeld 11 euro lager. Ook dit komt
doordat woningen minder waard zijn geworden. Wie geen huis koopt
betaalt deze belasting overigens niet.
Waterschapslasten: plus 9 euro
De waterschappen vragen 9 euro per huishouden meer dan vorig jaar voor
onder meer het zuiveren van afvalwater, het onderhoud van de dijken en
het wegpompen van overtollig water.
Riool- en reinigingsheffing: 6 euro extra
Gemeenten hebben dit jaar gemiddeld 6 euro per huishouden meer nodig
voor de riolering en om huisvuil in te zamelen en te verwerken. Alleen
de kosten van de riolering nemen toe. Oude buizen moeten worden
vervangen, en gemeenten kregen meer taken op het gebied van het
waterbeheer. Huisvuil kost de burger gemiddeld iets minder dan vorig
jaar. Veel gemeenten verlagen het tarief omdat ze minder kosten maken.
Ozb 5 euro hoger
Huishoudens betalen gemiddeld 5 euro meer aan onroerendezaakbelasting
(ozb). De opbrengst van de ozb wordt door gemeenten gebruikt voor
allerlei werkzaamheden, van wegonderhoud tot straatverlichting, en van
groenvoorziening tot sociaal beleid.
Methodiek
Iedereen heeft weer andere woonlasten. Dat hang niet alleen af van de
gezinssituatie, maar ook van bijvoorbeeld de lokatie. Om door de bomen
het bos te blijven zien gaan wij uit van een gemiddeld huishouden met
een hypotheekgefinancierde eigen woning. We gaan uit van gemiddelde
tarieven, gemiddeld energieverbruik, een gemiddelde woningwaarde,
enzovoort. De woonlastenmonitor wordt opgesteld door COELO, een
onafhankelijk onderzoeksinstituut verbonden aan de Rijksuniversiteit
Groningen. Voor deze monitor is gebruik gemaakt van gegevens van COELO,
Agentschap NL, Nibud, CPB, CBS, Kadaster, DNB en de Waarderingskamer.
Relatie met andere cijfers
In januari publiceerde COELO een overzicht van de gemeentelijke
woonlasten in de 35 grote gemeenten (Kerngegevens belastingen grote
gemeenten 2011).
In maart publiceert COELO gegevens over de belastingen van alle 418
afzonderlijke gemeenten, en van de provincies en de waterschappen
(Atlas van de lokale lasten).
De volledige Woonlastenmonitor 2011 is te vinden op www.coelo.nl
Rijksuniversiteit Groningen