OM eist 20 jaar gevangenisstraf in hoger beroep moord door
thuishulp in Den Haag
11 februari 2011 - Ressortsparket Den Haag
Het Openbaar Ministerie (OM) heeft vandaag in hoger beroep 20 jaar
gevangenisstraf geëist tegen een 39-jarige vrouw uit Den Haag die wordt
verdacht van moord. Zij zou op 6 maart 2009 een 78-jarige vrouw, aan
wie zij in het verleden thuishulp verleende, in haar woning aan de
Laakkade in Den Haag om het leven hebben gebracht. De rechtbank Den
Haag veroordeelde de verdachte voor dit feit tot levenslange
gevangenisstraf. Zowel de verdachte als het OM stelden tegen deze
uitspraak hoger beroep in.
De moord werd ontdekt nadat de politie op 6 maart 2009 een melding
kreeg van buurtbewoners die zich zorgen maakten om het welzijn van de
vrouw. In haar woning vonden agenten het lichaam van de bejaarde
bewoonster. De bejaarde vrouw is door 51 messteken om het leven
gekomen. Ruim twee weken later werd de verdachte aangehouden, nadat
telecomgegevens en getuigenverklaringen in haar richting wezen.
Mogelijke betrokkenheid van een ander
De verdachte heeft bij de politie en bij de rechtbank nooit openheid
van zaken gegeven. Na de veroordeling door de rechtbank heeft zij een
verklaring afgelegd waarin zij suggereert dat een ander bij de moord
betrokken zou zijn. De verdachte stelt dit nooit eerder te hebben
gezegd uit angst voor die ander.
In hoger beroep is hiernaar zeer uitgebreid onderzoek verricht, maar er
is in de visie van het OM niets uit gekomen dat er op wijst dat die
ander op welke manier dan ook betrokken zou zijn bij de moord. Het
nieuwe onderzoek heeft naar de mening van het OM juist nog meer
belastend bewijs in de richting van verdachte opgeleverd. Het OM gaat
er dan ook van uit dat de verdachte de moord heeft gepleegd en niet
iemand anders.
Hoger beroep door OM
Het hoger beroep van het OM richtte zich tegen de door de rechtbank
opgelegde straf. Het OM deelt de zorgen van de rechtbank omtrent de
houding van verdachte, de koelbloedigheid waarmee door verdachte is
gehandeld en de extreme mate van agressie, maar meent dat een
levenslange gevangenisstraf, in vergelijking met andere enkelvoudige
moorden, ongebruikelijk hoog is. De advocaat-generaal heeft in hoger
beroep benadrukt dat levenslange gevangenisstraf in haar ogen is
bedoeld voor mensen die meervoudige moorden plegen of recidive hebben
op dit vlak.
Eis in hoger beroep
Door de officier van justitie was in eerste aanleg 18 jaar
gevangenisstraf geëist. De advocaat-generaal heeft in hoger beroep een
hogere straf geëist omdat de verdachte na de uitspraak van de rechtbank
een ander met naam en toenaam bij de moord heeft betrokken. Zij heeft
het leven van die bewuste man daardoor totaal overhoop gehaald, onder
andere doordat hij en zijn familie lange tijd met deze beschuldiging
hebben moeten leven en naar aanleiding van de verklaring van de
verdachte meerdere keren door de politie zijn gehoord. De
advocaat-generaal neemt het de verdachte zeer kwalijk dat zij de man
van een dergelijk misdrijf heeft beschuldigd, terwijl hij notabene al
tien jaar lang voor het slachtoffer zorgde en haar als zijn oma
beschouwde.
Uitspraak (naar verwachting) op woensdag 23 maart.
Openbaar Ministerie