ChristenUnie
Kom Caraïbische kerk tegemoet bij scheiding met staat
dinsdag 08 februari 2011 16:00 Kerken op de Nederlandse caraïbische
eilanden Bonaire, Sint Eustatius en Saba (BES) dreigen financieel in
zwaar weer te komen nu kerk en staat daar officieel gescheiden zijn.
Sinds 10 oktober zijn kerken financieel losgekoppeld van de
landsbesturen. Hierdoor zijn de reguliere overheidsbijdragen vanuit de
landsbesturen ook direct stopgezet. ChristenUnie Tweede Kamerlid
Cynthia Ortega-Martijn heeft vragen gesteld aan de minister van
Binnenlandse Zaken hierover. "Dit is wel een hele acute overgang. Ik
mag hopen dat de kerken zijn geïnformeerd over de wijzigingen, zodat ze
andere inkomsten hebben kunnen genereren en niet hoeven te sluiten. De
kerken op Bonaire kennen het principe van een vrijwillige bijdrage
helemaal niet."
Ortega-Martijn wil dat de minister een overgangsregeling voor de
betrokken kerken instelt, zodat zij de kans krijgen andere vormen van
inkomen op te zetten. Een dergelijke regeling gold ook in Nederland
voor de kerken toen in de jaren tachtig de financiële scheiding tussen
kerk en staat werd gerealiseerd.
Schriftelijke vragen van het lid Ortega-Martijn (ChristenUnie) aan de
minster van Binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties over de gevolgen
van de scheiding van kerk en staat op de BES-eilanden sinds 10 oktober
2010.
1. Bent u op de hoogte van het feit dat als gevolg van de doorvoering
van het principe van scheiding en staat op de BES-eilanden sinds
10-10-2010 de reguliere bijdragen van de landsbesturen van voor 10
oktober 2010 ten behoeve van de kerken per direct zijn stopgezet?
2. Bent u zich ervan bewust dat, gezien het feit dat de Nederlandse
gang van zaken als de Actie Kerkbalans op grond waarvan een
vrijwillige bijdrage wordt gevraagd aan lidmaten niet bekend is op
Bonaire, dit ernstige gevolgen heeft voor onder meer de
Protestantse Gemeente op Bonaire en wellicht een sluiting van deze
en andere kerken betekent?
3. Op welke wijze zijn de kerkgenootschappen geïnformeerd over de
financiële gevolgen van invoering van Nederlandse wetgeving zodat
deze kerken zich op de nieuwe situatie inhoudende de afschaffing
van kerkondersteuning konden voorbereiden?
4. Deelt u de mening dat het per direct stopzetten van de reguliere
bijdragen van de landsbesturen aan de kerken als gevolg van de
invoering van de Nederlandse wetgeving een onwenselijke situatie is
ontstaan en niet in lijn ligt met de destijds in Nederland geldende
overgangsregeling en afkoopsommen zoals voorzien bij de Wet
beëindiging financiële verhouding tussen Staat en Kerk uit 1983*?
5. Bent u bereid alsnog in een overgangsregeling te voorzien of
eenzelfde regeling te treffen als in Nederland destijds, ten einde
de kerkgenootschappen op de BES-eilanden tegemoet te komen en
zodoende te voorkomen dat deze kerkgenootschappen moeten sluiten?
Zo ja, wat gaat die regeling inhouden en wanneer kunnen de
kerkgenootschappen deze regeling tegemoet zien? Zo nee, waarom
niet?
*Wet van 7 december 1983 tot beëindiging van de financiële verhouding
tussen Staat en Kerk
Cynthia Ortega