Vrije Universiteit Amsterdam
8 februari 2011
Architectuurstructuren en beelden op de VU
Exposorium Vrije Universiteit 8 februari t/m 24 maart
Op de Vrije Universiteit vindt de primeur in Amsterdam plaats: daar zijn foto's van de (inter-) nationaal bekende architectuurfotograaf Bas Princen te zien, spectaculair werk van jonge fotografe Isabelle Wenzel en minder bekende foto's van fotografenduo Anuschka Blommers & Niels Schumm.
Bas Princen
Princen (1975) woont en werkt in Rotterdam en behoort tot een generatie fotografen die op een eigenzinnige manier aansluit bij de New Topographics. Dat is een groep van tien, inmiddels historische, landschapsfotografen - waaronder Robert Adams, Lewis Baltz, Stephen Shore, Bernd & Hilla Becher. Zij namen afstand namen van de subjectief gedachte fotografie waarin de werkelijkheid zo getrouw mogelijk is weergegeven. Princen objectiveert de urbane ruimte op een vergelijkbare manier, maar met de nodige 'tongue in cheek'. Door de lens van Princen gezien krijgt anonieme stedelijke architectuur een haast magische en vaag surrealistische uitstraling. Het Exposorium toont de fotoserie Five Cities (2009), waarin hij de verhouding mens en landschap vastlegde in de steden Amman, Beirut, Cairo, Dubai en Istanbul. Zijn analyserende visie op de verhouding stad/mens en landschap in het midden oosten legt hij op intrigerende wijze vast.
Isabelle Wenzel
Wenzel (1982) fotografeert vrouwen in de meest onmogelijke posities. Ze steken met hooggehakte benen uit zelfgemaakte, kartonnen bouwsels. Wenzel fietste en wandelde door het gebied en ontdekte dat de Zuidas zo is gericht op orde en netheid, dat de wijk een kunstmatige indruk maakt. Om ook ruimte te claimen voor imperfectie - en daarmee de afstand tussen de gebouwde omgeving en zichzelf als mens te verkleinen - boetseerde ze haar eigen stad van tape en gevonden zwerfkarton. Melancholisch en instabiel is haar kartonnen Metropolis, maar tegelijkertijd ook organisch en menselijk.
Anuschka Blommers & Niels Schumm
De fotografen Blommers en Schumm ontmoetten elkaar midden jaren negentig op de Gerrit Rietveld Academie. Sinds hun afstuderen klommen ze op tot de meest gevraagde Nederlandse mode- en portretfotografen van hun generatie. In 2002 fotografeerden ze de Zuidas in wording. Hun foto's laten een focus zien op de gewone, nauwelijks zichtbare aspecten van de eerste bouwfase van een stadsdeel. Hun aandacht is gericht op het maaiveld, het microniveau: het gras en andere onopvallende gegevens, die normaal nooit opvallen, maar nu wel.