Rechtmatigheid besteding EU-gelden wisselend
Controlekosten mogelijk lager dan Europese Commissie denkt
Persbericht | 08-02-2011
De ontwikkeling van de rechtmatigheid van de uitgaven van de Europese
Unie (in 2009 EUR 118,4 miljard) laat een wisselend beeld zien. Bij de
landbouwuitgaven, EUR 55,9 miljard, heeft de Europese Rekenkamer in
2009 meer onrechtmatigheden geconstateerd dan het jaar daarvoor. De
rechtmatigheid van de uitgaven bij de structuurfondsprogramma's (EUR
44,7 miljard) is weliswaar verbeterd, maar er is nog steeds sprake van
teveel fouten. De Europese Commissie maakte in zijn verantwoording over
het financieel beheer meer voorbehouden dan in voorgaande jaren. Deze
zijn wel beter gekwantificeerd en hebben een kleiner financieel belang.
Dit schrijft de Algemene Rekenkamer in het EU-trendrapport 2011, dat op
8 februari 2011 is verschenen. De Algemene Rekenkamer wijst er verder
op dat de kosten die de Nederlandse overheid maakt voor het verrichten
van controles bij de EU-structuurfondsprogramma's waarschijnlijk een
stuk lager zijn dan de Europese Commissie denkt. Dat is belangrijk,
omdat er dit voorjaar in de EU gesproken zal worden over een voorstel
van de Commissie om het percentage fouten dat op sommige
beleids¬terreinen nog aanvaardbaar wordt gevonden, te verhogen. De
Commissie redeneert dat het toestaan van een hoger foutenpercentage kan
leiden tot lagere controlekosten. Tegelijkertijd hoopt de Commissie
hiermee een positieve verklaring van de Europese Rekenkamer bij de
EU-begroting dichterbij te brengen. Ook nationale rekenkamers van
andere EU-lidstaten doen op dit ogenblik onderzoek naar de
controlekosten. In de herfst van 2011 valt hierover een gezamenlijke
rapportage te verwachten.
In het rapport is ook beschreven wie de eindontvangers van Europees
geld in Nederland zijn en of de informatie hierover toegankelijk en
volledig is. Daaruit komt naar voren dat uitvoeringsorganisatie UWV met
EUR 43 miljoen de grootste ontvanger is van structuurfondsgelden. Uit
publieke informatie kon voor EUR 25 miljoen niet worden opgemaakt aan
welke concrete projecten dit geld wordt besteed. De Algemene Rekenkamer
concludeert verder dat effectieve parlementaire controle van de
structuurprogramma's door de lange looptijd (tot negen jaar) moeilijk
is.
Controleketen voor eigen middelen EU niet sluitend
De Algemene Rekenkamer heeft dit jaar ook de controleketen van
Nederland bij het innen van de zogenaamde traditionele eigen middelen
van de EU onderzocht. Daarbij gaat het om importheffingen op
landbouwproducten van buiten de EU en douanerechten. Het Ministerie van
Financiën is verantwoordelijk voor de inning en heffing en het
Ministerie van Buitenlandse Zaken voor de afdrachten door Nederland aan
de EU. Tekortkomingen in de heffing- en inningsystemen van
invoerrechten en landbouwheffingen, die gevolgen kunnen hebben voor de
hoogte van de afdracht, worden echter niet altijd meegenomen in de
controles van het ministerie van Buitenlandse Zaken en evenmin vermeld
in hun jaarverslag.
Om het innen van de landbouw- en douanerechten te bekostigen, mag
Nederland, zoals elke EU-lidstaat, zelf 25% van het totale geïnde
bedrag houden. In 2009 bedroeg deze vergoeding voor Nederland ongeveer
EUR 562 miljoen. Uit het onderzoek van de Algemene Rekenkamer is niet
gebleken of deze vergoeding de gemaakte kosten bij de inning van de
heffingen dekt. Dat komt doordat de Douane hier geen aparte
administratie van bijhoudt.
Het EU-trendrapport verschijnt jaarlijks en beschrijft de belangrijkste
ontwikkelingen in het financieel management van EU-gelden in de
Europese Unie (EU) als geheel, de EU-lidstaten en Nederland. Van de 27
EU-lidstaten hebben in 2009 zestien landen meer geld ontvangen dan zij
afdroegen. Dit zijn de zogenoemde netto-ontvangers. Nederland ontving
in 2009 via subsidies EUR 2,0 miljard en droeg EUR 5,4 miljard af, en
is daarmee nettobetaler. Omdat in 2009 een korting van EUR 2,1 miljard
met Nederland is verrekend die betrekking had op eerdere jaren, droeg
Nederland feitelijk slechts EUR 3,3, miljard af. Deze eenmalige korting
is niet meegenomen in de berekening van de netto positie omdat het een
vertekend beeld zou geven.
Top-5 nettobetalers over 2009: 1. Duitsland (EUR 10,4 miljard), 2.
Italië (4,8),
3. Frankrijk (EUR 4,7), 4. Nederland (EUR 3,4), 5. Verenigd Koninkrijk
(EUR 3,3).
Top-5 netto-ontvangers: 1. Polen (EUR 6,6 miljard), 2. Griekenland
(EUR3,2), 3. Hongarije (2,9), 4. Portugal (EUR 2,2), 5. Tsjechië
(EUR1,7).
De Algemene Rekenkamer publiceert ook jaarlijks op verantwoordingsdag
het rapport bij de lidstaatverklaring. In de lidstaatverklaring legt de
lidstaat Nederland aan de Tweede Kamer en de EU verklaring af over de
rechtmatige besteding van landbouw- en structuurgelden in Nederland.
Reactie minister van Financiën
De minister van Financiën heeft namens het kabinet op het rapport van
de Algemene Rekenkamer gereageerd. Hij is het op de meeste punten met
de Algemene Rekenkamer eens. Het kabinet is geen voorstander van
kortere programmaperiodes voor structuurfondsen, en is van mening dat
de voordelen van preciezere informatie over de projecten die met EU
geld worden gefinancierd niet opwegen tegen de kosten die dat met zich
mee brengt. Het kabinet kondigt verder aan dat de auditdiensten van de
betrokken departementen in overleg gaan om de samenwerking op het
gebied van de traditionele eigen middelen te optimaliseren. De Algemene
Rekenkamer verwacht dat hiermee de gesignaleerde gebreken in de
controleketen worden opgelost en dat Nederland in de toekomst de
afdracht van de eigen middelen zal kunnen opnemen in de Nederlandse
lidstaatverklaring.
Zie ook
* EU-trendrapport 2011
Algemene Rekenkamer