Wageningen Universiteit en Researchcentrum 7 feb 2011
Nummer: R

Vlinders vliegen door de klimaatverandering vaker, langer en verder. Dat maakt het makkelijker om zich te handhaven in versnipperd landschap. Tot die conclusie komt promotie-assistent Anouk Cormont van Wageningen University in een artikel in Biodiversity and Conservation. Â
Cormont volgde een paar zomers lang vlinders in nationaal park De Hoge Veluwe in de buurt van vliegveld Deelen. Het gaat om het hooibeestje, het bruinzandoogje, de bosparelmoervlinder en het heideblauwtje. In die tijd zijn een paar honderd vlinders telkens een half uur lang op de voet gevolgd, waarbij het spoor met GPS werd vastgelegd. Koppeling van die gegevens aan de weersomstandigheden levert interessante inzichten op over de mogelijke effecten van klimaatverandering.

Want daar gaat de studie van Cormont over: de effecten van het veranderende klimaat op de verspreiding van diersoorten in ons land. Versnippering van het landschap is een bedreiging voor de biodiversiteit. Leefgebieden worden te klein of verdwijnen helemaal. De aanleg van de Ecologische Hoofdstructuur werkt die versnippering tegen. Klimaatverandering helpt daar een handje bij, blijkt nu uit onderzoek van Cormont.

Vlinders zijn mooiweervliegers. Door de klimaatverandering zullen er meer en drogere periodes komen met veel zon. Vlinderweer dus. Cormont toont aan dat vlinders bij dit type weer daadwerkelijk vaker en langer vliegen en daarbij grotere afstanden afleggen. Daardoor wordt de kans groter om van het ene gebiedje naar het andere te hoppen. Het vermogen om nieuwe gebieden te koloniseren neemt dan toe. Cormont keek ook naar vlieggedrag van vlinders buiten hun eigen habitat. âVlinders vliegen dan minder kronkelig en meer rechtdoor. Ze zijn dus gericht op zoek naar gunstig leefgebied.

Een en ander betekent volgens Cormont absoluut niet dat die Ecologische Hoofdstructuur helemaal niet nodig is. âDat zou een verkeerde conclusie zijn. Het dispersievermogen van vlinders wordt groter door klimaatverandering en dat is van belang in sterk versnipperd gebied. Maar vlinders hebben vaak geen idee waar nieuw gunstig leefgebied zich bevindt. Dus je moet ze wel sturen: bijvoorbeeld door verbindende lijnvormige elementen als bloemrijke akkerranden en wegbermen aan te leggen.â |Roelof Kleis

Bovenstaand bericht is geproduceerd door de redactie van Resource, het blad voor Wageningen UR (University & Research centre). Meer informatie bij Pers- en wetenschapsvoorlichting van Wageningen UR, e-mail: pers.communicatie@wur of bij de redactie van Resource, e-mail: resource@wur.nl. Zie ook www.resource.wur.nl.