Universiteit van Tilburg


Persbericht 31 januari 2011

Advertenties in online video effectiever in passende context

Adverteerders in online video doen er goed aan om hun banneradvertenties qua inhoud globaal aan te laten sluiten bij de videocontent waarin ze worden vertoond. Dat concludeert Bram Laurijsen in zijn masterthesis voor Communicatie- en Informatiewetenschappen aan de Universiteit van Tilburg. Ook zijn twee korte bannervertoningen van hetzelfde merk beter dan een lange.

Bram Laurijsen liet voor zijn onderzoek 98 proefpersonen kijken naar een zestal korte filmpjes (3 tot 5 minuten) waarin banneradvertenties werden vertoond. Bij de helft van de proefpersonen waren de banners contentgerelateerd in de zin dat ze qua inhoud globaal aansloten bij het filmpje waarin ze werden getoond. Zo kreeg men in een filmtrailer banners te zien van een website waar men trailers kon kijken in ruil voor korting op bioscoopkaartjes. De andere helft van de proefpersonen kreeg dezelfde filmpjes en banneradvertenties te zien, maar dan in andere combinaties. Daardoor pasten de banneradvertentie inhoudelijk niet meer bij de filmpjes. De filmtrailer bevatte bijvoorbeeld banners van een studentenuitzendbureau.

Uit de resultaten bleek dat de inhoudelijk gerelateerde banners hoger gewaardeerd werden dan de niet-gerelateerde. Bovendien werd de inhoudelijk gerelateerde informatie beter herkend en beter onthouden.

Herhaling werkt beter
Laurijsen onderzocht ook het effect van herhaling van de banneradvertenties binnen een filmpje. Bij eenderde van de proefpersonen werd in elk filmpje maar één banneradvertentie vertoond die gedurende 18 seconden in beeld bleef staan. Een tweede groep kreeg in elk filmpje twee keer dezelfde banner voorgeschoteld, maar nu steeds gedurende 9 seconden. Bij een derde groep studenten werd de banner eveneens twee keer 9 seconden vertoond, maar bevatte deze bij de tweede vertoning andere ondersteunende argumenten. Zo bevatte de banner van de filmpjeswebsite bij de eerste vertoning het argument dat men korting kon krijgen op bioscoopkaartjes door filmtrailers te kijken, terwijl bij de tweede vertoning werd vermeld dat studentrecensenten gratis naar voorpremières konden.

De merknamen in de banneradvertenties bleken beter te worden onthouden bij een herhaling van dezelfde argumenten, dan bij een enkelvoudige langere vertoning. Het variëren van de argumenten resulteerde daarentegen niet in een significant betere onthoudbaarheid van de geadverteerde merken en argumenten dan een enkele langere blootstelling, maar zorgde er wel voor dat er meer argumenten werden herkend. De al dan niet inhoudelijk gevarieerde herhaalde blootstellingen aan argumenten lieten de waardering van de advertenties ongemoeid.