Ingezonden persbericht


Ministerie van Sociale Zaken en

Werkgelegenheid,

Dienst Uitvoeringszaken

Arbeidsvoorwaardenwetgeving,

t.a.v. Minister Kamp.

Postbus 90801,

2509 LV 's-GRAVENHAGE.

Ond: Bedenkingen tegen AVV van CAO Beroepsgoederenvervoer

Over de Weg en de Verhuur van Mobiele Kranen.

Bijlage: 2

Rotterdam, 27 januari 2011.

Geachte heer Kamp, uwe excellentie,

Middels deze brief maken wij bezwaar, en hebben dus bedenkingen tegen het voorgenomen Algemeen Verbindend Verklaren van de bepalingen van de CAO Beroepsgoederenvervoer over de Weg en de Verhuur van Mobiele Kranen, hierna te noemen de CAO. In een email van UAW beheer dd 18 januari 2011 (Bijlage 1) geeft uw ministerie ons bij monde van de Directeur mr. M.H.M. van der Goes een verlenging van de indieningtermijn van onze bedenkingen tot en met vrijdag 28 januari 2011.

Allereerst een korte introductie: wij zijn de Nederlandse Vervoers Bond, hierna te noemen NVB, statutair opgericht in februari 2010, als zijnde een vereniging met volledige rechtsbevoegdheid. Wij hebben in diverse sectoren van de Nederlandse arbeidsmarkt, ook buiten transport en logistiek, onze leden, daar wij menen dat eenieder wel eens wat vervoerd tijdens zijn of haar werkzaamheden. Toch zal het niet vreemd zijn, dat de meeste van onze leden werkzaam zijn in het Beroepsgoederenvervoer en de Nederlandse Havens.

Het bezwaar, en de bedenkingen die wij hebben, hebben wij dus als NVB, namens onze leden die werkzaam zijn in de sector van de CAO Beroepsgoederenvervoer Over de Weg en de Verhuur van Mobiele Kranen, hierna te noemen CAO Wegvervoer.

De NVB maakt dus bezwaar en heeft bedenkingen tegen de AVV van de CAO Wegvervoer. En wel om 5 redenen, die wij hieronder verder zullen verklaren.


1. Eén van de onderhandelingspartners, te weten FNV Bondgenoten, hierna te noemen FNV, heeft haar eigen statuten en reglementen, ja zelfs haar Grondslag, met voeten getreden. De FNV vertegenwoordigd vandaag nog slechts 15.000 leden die werkzaam zijn in de sector. Een sector die in totaal minstens 130.000 werknemers kent. En het onderhandelingsresultaat is in 13 zaaltjes verspreid over Nederland, in totaal aan 363 stemgerechtigden voorgelegd, waarvan er 255 een geldige voor-stem hebben uitgebracht.(bijlage 2: uitslag en opkomst ledenvergaderingen FNV). Door te "vergeten" om alle leden een schriftelijke stemming per post voor te leggen, zoals gebruikelijk en in diverse reglementen voorgeschreven, hebben een klein aantal (255) van die 15.000 leden hun wil opgelegd aan de gehele sector. Bezwaren tegen deze gang van zaken tijdens verschillende van die ledenvergaderingen, werden subiet de kop ingedrukt.


2. Maar er is meer. Via de SOOB cao is de werkgevers en werknemers afdracht aan SOOB geregeld. In 2010 is deze afdracht weer vastgesteld op 0,86 % van de bruto loonsom van alle onder de CAO vallende werkgevers. Waar in andere (bedrijfstak)CAO's door de FNV 0,3 % van de bruto loonsom wordt gevraagd, enkel te betalen door werkgevers, betalen hier de werknemers ook aan mee. In de praktijk betekent dit dat de vrachtwagenchauffeur, lid of geen lid van een werknemersvereniging, toch +/- E 10, = per maand betaalt, zijnde het door de SOOB vastgestelde percentage van 0,245%. Vandaar dat ook de rest van de chauffeurs, ongeveer 110.000, het recht menen te hebben om mee te praten en te beslissen over hun CAO. Dat zij dit niet hebben kunnen doen, moge duidelijk zijn. En dat het resultaat ver onder de maat is volgens hen, moge ook duidelijk zijn. Zij hebben geen mogelijkheid om de werknemersvereniging(en) aan te pakken, ondanks dat deze vereniging(en) hen (mee) laten betalen voor het behaalde resultaat.


3. Andere directe en indirecte verbindingen tussen de CAO Wegvervoer en de SOOB (Stichting Opleidings en Ontwikkelingsfonds Beroepsgoederenvervoer etc.) zijn:


. art. 6.4, de plicht van werkgever om inhoudingen te vermelden op het loonstrookje (de inhouding O&O fonds staat op de loonstrookjes vermeld, dit is de ongeveer 10 euro per 4 weken die naar de SOOB gaat);


. art.66.c, declaraties tbv werknemerswerkzaamheden voor de werknemersorganisaties FNV en CNV worden ingediend bij SOOB;


. art. 78.1.c, de boete bij niet naleven van arbeidsvoorwaarden gaat naar SOOB.

(deze art. nummering is ontleend aan de CAO wegvervoer 2008-2010)


4. De NVB, en haar leden, hebben ernstige twijfels over de onafhankelijkheid tussen partijen, die aan de onderhandelingen van deze CAO Wegvervoer hebben deelgenomen. Beide werknemersorganisaties (FNV en CNV) hebben (een) vertegenwoordiger(s) in andere organisaties. Die andere organisaties hebben vaak financiële belangen in de sector, al was het maar om hun eigen voortbestaan te garanderen.

Voor beide werknemersorganisaties hebben vaak dezelfde personen zitting in besturen, raden van toezicht en dergelijke, samen met werkgeversvertegenwoordigers, en zitten zij naast elkaar om te behouden, wat zij in deze CAO, waarbij zij tegenover elkaar zaten, hebben afgesproken. Deze polderachtige structuren zijn misschien ooit met de beste bedoelingen opgericht en in gang gezet, edoch, mede gezien de (ongunstige) ontwikkelingen in de sector voor wat betreft het Europese aandeel in het wegvervoer (is nog maar 10%, was 25%), de (ongunstige) loonontwikkelingen van de werknemers in de sector in vergelijking met beroepen in verwante sectoren (openbaar vervoer, besloten bus, havenwerkers). Maar we dwalen af. Onze twijfels over de onafhankelijkheid van de werknemersorganisatie(s) wordt o.a. gevoed door het volgende lijstje:


. SOOB - bestuurd door werkgevers/werknemers vertegenwoordigers, haalt geld op bij werkgevers, werknemers via SOOB CAO regels, en subsidiebronnen, waaronder ESF, incasseert boetes bij arbeidsvoorwaardelijke overtredingen, begroting in de afgelopen jaren tussen de 40 en 63 miljoen Euro p/j; deelt weer geld uit aan werknemersorganisaties FNV en CNV, in 2009 ongeveer 5 miljoen. Dezelfde mensen hebben ook zitting in de diverse commissies, waaronder de subsidiecommissie die subsidieaanvragen moet beoordelen;


. Stichting VTL - een aantal dezelfde mensen in de Raad van Toezicht van deze stichting als bij SOOB, is 100% aandeelhouder van VTL BV. Heeft 292 mensen in dienst volgens KvK maar geen jaarverslag bekend. Kreeg in 2009 bijna 19 miljoen Euro van SOOB. Werknemersvertegenwoordigers van FNV en CNV hebben door deze constructie tevens een werkgeverspet op.


. VTL BV - eigendom van Stichting VTL, heeft geen personeel in dienst volgens KvK inschrijving, geeft echter wel ruim 5 miljoen uit aan salarissen in 2009 aan 102 werknemers volgens de gedeponeerde jaarrekening 2009.


. Pensioenfonds Vervoer leent eind 2009 aan SOOB, wegens dreigende liquiditeitsproblemen, 6 miljoen Euro, terug te betalen uiterlijk 2012. De voorwaarden van die lening worden in de jaarverslagen van beide instanties niet gespecificeerd; in het bestuur van het Pensioenfonds en de diverse Cies komen we steeds weer dezelfde namen tegen, zowel aan werkgeverskant als aan werknemerskant.

We kunnen het lijstje nog langer maken, als we de Stichting FUWA, Stichting KBB, Stichting NIWO en andere stichtingen erbij slepen, zij hebben echter mindere financiële belangen dan de 3 hierboven genoemd. Wel komen we bij al die Stichtingen ook weer vaak dezelfde bestuurders tegen

Ons dunkt dat de hierboven genoemde feiten voor u als minister aanleiding zou kunnen zijn om de AVV voorlopig stop te zetten en nader onderzoek te doen naar de kruisverbanden tussen de diverse organisaties. Wij ontkomen niet aan de indruk dat de slager niet alleen zijn eigen vlees keurt, maar het ook heeft verkocht aan zichzelf!


5. De NVB heeft ook haar bedenkingen met betrekking tot de representativiteit van de indieners AVV. Zowel aan werkgeverskant als aan werknemerskant. Zoals verwoordt door de wetgever in het "BESLUIT aanmelding van collectieve arbeidsovereenkomsten en het aanvragen van algemeen verbindend verklaring", moet die representativiteit 60% bedragen. Wij verzoeken de minister dan ook om uitvoering te geven aan hetgeen in bovenvermeld Besluit is gesteld in art. 2:3 sub 1, 2 en 3, waarvan hieronder de tekst:


1. Indien op grond van de opgave, bedoeld in artikel 2:2, eerste lid, onderdeel c, het aantal personen waarop de collectieve arbeidsovereenkomst van toepassing is, minder bedraagt dan 60% van het totaal aantal personen als bedoeld in dat artikellidonderdeel dan wel tegen algemeen verbindendverklaring ingediende gegronde bedenkingen daartoe aanleiding geven wordt de toelichting op de wijze van verzameling van de representativiteitgegevens, bedoeld in artikel 2:2, eerste lid, onderdeel d, gegeven aan de hand van het in dat artikellidonderdeel bedoelde formulier representativiteitsgegevens.
2. De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid kan naar aanleiding van de opgave, bedoeld in artikel 2:2, eerste lid, onderdeel c, verlangen dat een nadere rapportage over de juistheid van die opgave van een registeraccountant of een accountantsadministratieconsulent die daartoe gecertificeerd is, wordt overgelegd.
3. In aanvulling op hetgeen onder artikel 2:2, eerste lid, onderdeel c, bij een verzoek als bedoeld in artikel 2:1, eerste lid moet worden gevoegd, kan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid vragen om een opgave van het aantal personen, dat lid is van werknemersverenigingen die partij zijn bij de collectieve arbeidsovereenkomst.

Natuurlijk wil de NVB ook meedenken over oplossingen. Zo is er door onze leden gesuggereerd om het onderhandelingsresultaat schriftelijk ter stemming voor te leggen aan alle werknemers, die via de inhouding op hun loonstrook aan SOOB meebetalen. Tot zover onze bedenkingen. Wij wachten geduldig uw reactie af, en blijven graag geïnformeerd over de vorderingen van uw (eventuele) onderzoek(en).