Opsporen van maag- en leverziekten in uitgeademde lucht
28-01-2011
Onderzoek naar het opsporen van maag- en leverziekten in uitgeademde
lucht
Een maagzweer in je adem
De afdeling Maag-Darm-Leverziekten van het UMC St Radboud gaat maag- en
leverkwalen opsporen in de adem van patiënten. Dat gebeurt met een
apparaatje dat door diverse bedrijven wordt ontwikkeld. Voor die
ontwikkeling hebben het ministerie van Economische Zaken en de
provincies Gelderland en Overijssel bijna 750.000 euro beschikbaar
gesteld. Als het apparaatje - de Ammonia Breath Analyzer - goed
functioneert, kan het leiden tot een aanzienlijke kostenreductie in de
eerste lijn.
Ammonia Breath Analyzer
De Ammonia Breath Analyzer meet zeer kleine hoeveelheden ammoniak in de
lucht die wordt uitgeademd. Zo kan een infectie van de maag met
Helicobacter pylori worden opgespoord, omdat ammoniak een typisch
bijproduct is van deze bacterie. Infecties met deze bacterie kunnen
leiden tot maagklachten en maagzweren, maar er is ook een verband met
maagkanker aangetoond.
Ademtest
Analyse van ammoniak in de adem kan ook een gestoorde stofwisseling in
de lever aan het licht brengen. Om te bepalen of het apparaatje goed
werkt, gaat de afdeling Maag-Darm-Leverziekten de Ammonia Breath
Analyzer testen bij patiënten met maagklachten en met leverziekten. In
het project wordt ook een handzaam apparaat ontwikkeld voor de
huisartsenpraktijk. Met de nieuwe ademtest kan een huisarts namelijk
snel zien wat er aan de hand is zonder lastige, tijdrovende en kostbare
onderzoeken. Dat kan leiden tot een aanzienlijke kostenreductie in de
eerste lijn.
Economische ontwikkeling Oost-Nederland
Bij het ademonderzoek en de ontwikkeling van de ademtest zijn diverse
partijen betrokken, die vrijwel allemaal uit de regio Oost-Nederland
komen. Die regionale focus is ook een voorwaarde om in aanmerking te
komen voor het programma Pieken in de Delta (PIDON), dat
gebiedsspecifieke economische ontwikkelingen stimuleert. In dit
programma werkt het ministerie van Economische Zaken nauw samen met de
provincies Gelderland en Overijssel. Samen leveren zij met bijna
driekwart miljoen euro een bijdrage aan de totale projectkosten van EUR
1,5 miljoen.