Koninklijk Horeca Nederland

Steeds meer snackbars frituren gezond

Woerden, 27 januari 2011 - Steeds meer cafetarias gebruiken gezond vloeibaar vet, blijkt uit onderzoek van de Consumentenbond. Dat is goed nieuws omdat vaste vetten, met name transvetten, het risico op hart- en vaatziekten vergroten. In 2007 bakte ruim de helft van de snackbars in gezond vloeibaar vet, nu ligt dat percentage rond de 75%. Alle resultaten van het onderzoek naar de vetzuursamenstelling van frituurvet bij snackbars staan in de Consumentengids van februari.

Eind 2010 bestelde de Consumentenbond bij 75 cafetarias in 25 steden, verspreid over het hele land, een grote en een kleine portie friet. De bond bezocht alleen zaken die niet meedoen aan de campagne Verantwoord Frituren. Ruim een derde van die snackbars bleek wel te frituren volgens de campagnecriteria. De gezondste frietjes uit de test zijn te koop bij Happé in Amsterdam, De Koperwiek in Leiden en Nicos in Den Haag.
Elke twee jaar bekijkt de Consumentenbond het vetgehalte en de vetzuursamenstelling bij frietzaken. Deze controles zorgen er mede voor dat het aantal zaken dat overstapt op gezond vloeibaar vet steeds verder stijgt. Daarnaast dringt de Consumentenbond al jaren aan op het verplicht stellen van vloeibaar frituren voor snackbars. Consumenten hebben nu nog een kans van één op vier dat hun friet in ongezond hard vet is gebakken. Met een wettelijke verplichting kunnen alle consumenten er zeker van zijn dat voor hun snacks gezond vloeibaar vet is gebruikt. Voor ondernemers zijn er verschillende redenen om vast vet te blijven gebruiken. Zo is vast vet goedkoper in aanschaf en in gebruik, omdat het minder vaak ververst hoeft te worden. Daarnaast zit er veel kwaliteitsverschil tussen merken en typen vloeibaar frituurvet. De Consumentenbond pleit voor het gebruik van vloeibaar vet omdat dit beter is voor de gezondheid. Vast vet bevat veel verzadigde vetzuren die het slechte LDL-cholesterol verhogen. Daarnaast bevat vast vet ook vaak transvet. Fabrikanten hebben afspraken gemaakt over het maximale gehalte aan transvet in frituurvet. In 2010 mag dat nog 15% zijn, in 2012 moet het teruggebracht zijn naar 5%. De bond trof bij haar steekproef maximaal 15,5% aan. De frituurbranche ligt dus op schema met het terugbrengen van transvet, maar is wel een achterblijver vergeleken met andere productgroepen zoals margarine, halvarine of frituurvet voor thuisgebruik.