Nieuw-Vlaamse Alliantie
Vraag naar betere samenwerking met Albanese autoriteiten
klok 25 januari 2011
Vandaag sprak Kamerlid Daphné Dumery als lid van de Belgische delegatie
in Straatsburg de Raad van Europa toe. Zij kwam tussenbeide over het
rapport van de Zwitserse rapporteur Dick Marty over illegale
orgaanhandel in Kosovo.
Dick Marty is een oude rot in dit soort zaken. In zijn rapport
beschuldigt hij ondermeer Hashim Thaqi, de aftredende premier van
Kosovo en oud-leider van het Kosovaars Bevrijdingsleger. Hij zou in de
Kosovo-oorlog aan het eind van de jaren negentig aan het hoofd te
hebben gestaan van een criminele beweging die in menselijke organen
handelde.
Meer informatieuitwisseling
In haar toespraak wees Daphné Dumery er op dat er inderdaad redenen
zijn om te geloven dat de aanklachten van een onmenselijke behandeling
van gevangenen en illegale organenhandel ten tijde van de Kosovo-oorlog
waar zijn. Maar zij deelde ook de bezorgdheid van Marty dat de
rechtspraak van het Joegoslaviëtribunaal zich beperkt tot de periode
tot juni 1999 en dus het grondgebied van Albanië niet bedekt. Daarom
vroeg Dumery de Albanese autoriteiten om betere samenwerking en betere
uitwisseling van informatie met de EULEX (de Europese missie in
Kosovo). Het gaat dan vooral om criminele activiteiten die in een kamp
van het Kosovaars bevrijdingsleger in Noord-Albanië hebben
plaatsgevonden.
Marty suggereert ook dat, meteen na het conflict in Kosovo, de
internationale organisaties die instonden voor de veiligheid, grote
structurele problemen kenden en medewerkers te kort hadden. Dumery
vroeg om hieruit lessen te trekken voor toekomstige postconflictueuze
situaties: internationale veiligheidstroepen en vredeshandhavers
moeten sneller en meer gecoördineerd optreden. Enkel zo kunnen een
politiek vacuüm en rechteloosheid vermeden worden.
Documenten onbruikbaar
Dumery toonde zich ook verontwaardigd over de staat van belangrijke
documenten toen ze van de ene internationale organisatie (UNMIK) aan de
andere (EULEX) werden overgedragen. Veel documenten die betrekking
hadden op het Kosovaars Bevrijdingsleger waren niet meer bruikbaar en
zo ging cruciale informatie voor het onderzoek verloren.
Daphné Dumery concludeerde in haar toespraak dat er inderdaad redenen
zijn om te geloven dat in Kosovo illegale handel in menselijke organen
heeft plaatsgevonden. Maar dat deze aanwijzingen Kosovo politiek niet
mogen isoleren.
Auteur(s):
Daphné Dumery, Kamerlid
Contactinfo:
Annemie Nijs, Communicatieverantwoordelijke Kamerfractie N-VA
E-post: annemie nijs n-va be