Rijksoverheid
24 januari 2011
Lijst van vragen over afrekenbare en controleerbare kabinetsdoelen
met betrekking tot prestaties in het onderwijs
Hierbij zend ik u het antwoord op de vragen van de leden Pechtold (D66), Cohen
(PvdA), Roemer (SP), Halsema (Groenlinks), Rouvoet (ChristenUnie), Van der
Staaij (SGP) en Thieme (PvdD) van uw Kamer inzake afrekenbare en
controleerbare kabinetsdoelen met betrekking tot prestaties in het onderwijs.
De vragen werden mij toegezonden bij uw bovenaangehaalde brief met
kenmerk 2010Z19263.
De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Marja van Bijsterveldt#Vliegenthart
Vragen van de leden Pechtold (D66), Cohen (PvdA), Roemer (SP), Halsema
(Groenlinks), Rouvoet (ChristenUnie) en Thieme (PvdD) aan de minister van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over afrekenbare en controleerbare
kabinetsdoelen met betrekking tot prestatie in het onderwijs. (Ingezonden 13
december 2010)
1. Klopt het dat het kabinet belooft dat "de prestaties in het onderwijs
omhoog" gaan? 1)
Ja
2. Kan het kabinet aangeven welke prestaties, van wie en in welke
sectoren van het onderwijs omhoog zullen gaan?
Dit geldt voor alle sectoren. Goede (leer)prestaties op en (meer) aandacht voor
kernvakken in elk deel van het onderwijs zijn nodig. Maar ook optimalisering van
de aansluiting binnen en tussen de onderwijssectoren, wat moet leiden tot minder
uitval en het vergroten van het studiesucces op alle niveaus. Het verhogen van de
prestaties in het onderwijs hangt samen met de in het regeerakkoord opgenomen
ambitie om te behoren tot de top vijf van kenniseconomieën. Zie hiervoor ook het
antwoord op Kamervragen 2010Z19266.
3. Welke effect+ en prestatie+indicatoren hanteert het kabinet om deze
prestaties te meten?
4. Hoeveel moeten deze prestaties, op basis van de meetbare gegevens
waarnaar vraag 3 verwijst, toenemen om de belofte van het kabinet
waar te maken?
5. Wanneer moeten deze prestatieverhogingen zijn bereikt?
Antwoord op vragen 3 tot en met 5
De subdoelstellingen en bijbehorende effect# en prestatie indicatoren zullen in de
begroting 2012 nader worden uitgewerkt, met concrete streefwaarden. Ook in de
begroting 2011 waren al indicatoren en streefwaarden opgenomen voor het
monitoren van de onderwijsprestaties.
6. Van welke nulmeting(en) maakt het kabinet gebruik?
Als nulmeting voor de geselecteerde effect# en prestatie indicatoren hanteert het
kabinet, voor zover het bestaande indicatoren betreft, de meest recente waarde
die bij aanvang van het kabinet in sept 2010 bekend was. Bij nieuwe indicatoren
dient een nulmeting te worden vastgesteld.
7. Wat zijn de tussendoelen voor deze prestatie op 31 december in
2011, 2012, 2013, 2014 en 2015?
Zie antwoord 3.
8. Wat gaat het kabinet doen om deze doelstellingen te bereiken?
9. Wanneer gaat het kabinet dit doen?
10. Welke instrumenten en middelen zijn er beschikbaar om deze doelen
te bereiken?
Antwoord op vragen 8 tot en met 10
* Het kabinet is voortvarend aan de slag gegaan met de uitwerking van het
Regeerakkoord. Een voorbeeld is het aangekondigde Actieplan Beter
Presteren, waarvoor wordt verwezen naar mijn brief van 7 december 2010
aan de Onderwijsraad die ik op dezelfde dag aan uw Kamer heb gezonden
samen met het rapport Resultaten PISA#2009 in vogelvlucht. Andere
voorbeelden zijn de reactie op het advies van de commissie Veerman die u in
februari zult ontvangen, het aan de Tweede Kamer toegezegde Actieplan mbo
2011#2015 en het nieuwe bedrijfslevenbeleid van het kabinet dat in het
voorjaar van 2011 op hoofdlijnen wordt toegelicht.
* Over de voortgang van deze en andere maatregelen en de gekozen
instrumenten en middelen zal het kabinet de Tweede Kamer op de geëigende
momenten informeren.
(NB: dit antwoord is identiek aan antwoord 6 op Kamervragen 2010Z19266)
11. Op welke manier en wanneer gaat het kabinet jaarlijks
verantwoording afleggen?
Het kabinet zal jaarlijks via het reguliere verantwoordingsproces, in het
departementaal jaarverslag dat op Verantwoordingsdag aan de Tweede Kamer
wordt aangeboden door de minister van Financiën, verantwoording afleggen.
Bij de begroting van OCW wordt ook de publicatie Trends in Beeld gepubliceerd
(de stelsel monitor van OCW, zie www.trendsinbeeld.minocw.nl). Ook hierin zullen
de prestatieindicatoren, gerelateerd aan het verhogen van de prestaties in het
onderwijs, worden opgenomen.
1) Regeerakkoord, pagina 31