ChristenUnie


Bijdrage André Rouvoet spoeddebat Hoger Onderwijs

Bijdrage André Rouvoet spoeddebat Hoger Onderwijs

dinsdag 18 januari 2011 10:00

De heer Rouvoet (ChristenUnie): Voorzitter. Drie minuten spreektijd voor het hoger onderwijs; misschien komt het hoger onderwijs er hier net zo bekaaid af als in het regeerakkoord. Daar ligt de kern van het probleem. Dit debat gaat speciaal over de bezuinigingen en de effecten daarvan. De onderwijswereld maakt zich daar grote zorgen over. Je kunt wel stellen dat er echt iets aan de hand is als zelfs hoogleraren gaan protesteren. Dat komt niet zo vaak voor. Overigens geeft het feit dat zij dat in toga gaan doen een heel nieuwe lading aan het woord "betogen", heb ik mij gerealiseerd.

Het gaat wel ergens over. Onderwijs, onderzoek en innovatie zijn voor Nederland van levensbelang, niet alleen als de motor van de economie. Het hoger onderwijs ontwikkelt jongeren, onderzoekt de werkelijkheid en reflecteert op de samenleving. Wij mogen trots zijn op het hoger onderwijs in Nederland, maar er zijn extra inspanningen nodig. In de kern gaat het erom dat wij investeren in onderwijs en onderzoek om Nederland toekomstbestendig te maken. Dat is ook de reden dat wij als ChristenUnie er in ons programma voor hebben gekozen om, naast het slimmer uitgeven van geld, bijna 800 mln. te investeren in het onderwijs in de brede zin van het woord. Dan gaat het om zaken als behoud van de basisbeurs, het verhogen van de onderwijsintensiteit, goede matching tussen studenten en studie -- dat staat voor ons overigens voorop, daar is nog een wereld te winnen -- en universiteiten die zich concentreren op hun sterke kanten. Minder van hetzelfde, meer van het beste.

Ook de commissie-Veerman, die advies gaf over een toekomstbestendig hoger onderwijsstelsel, stelt dat substantiële investeringen noodzakelijk zijn. Een ombuigingsoperatie voor het hoger onderwijs staat op gespannen voet met de ambities voor de toekomst, zo stelt zij. Nu schrijft de staatssecretaris nogal verhullend in antwoord op schriftelijke vragen: "Tot 2015 is er sprake van een netto terugloop van de rijksmiddelen." Daar staat gewoon dat er vanaf volgend jaar keihard wordt bezuinigd gedurende de hele kabinetsperiode. Pas na deze periode zijn eventuele investeringen en bezuinigingen weer in evenwicht als het meezit.

Instellingen worden gekort voor langstudeerders. Dat moet per 2012 al 190 mln. opleveren. Nou weet ik dat de commissie-Veerman al als aanbeveling had dat het aandeel van studentgebonden financiering bij universiteiten moest afnemen, maar ik heb een donkerbruin vermoeden dat zij iets anders bedoelde dan wat hier gebeurt. De gevolgen zijn fors. 2500 hoogleraren en docenten dreigen hun baan te verliezen, zo stelt de VSNU. Volgens minister-president Rutte komt het te weinig voor dat de beste hoogleraar college aan eerstejaarsstudenten geeft. Te veel studenten zijn klaar met negen of tien uur college in de week. Als ik de VSNU mag geloven, mogen eerstejaarsstudenten straks blij zijn als zij überhaupt nog een docent treffen. Graag krijg ik een reactie van de staatssecretaris op die cijfers van de VSNU.

Ik heb één vraag op dit punt. In zijn eerste reactie zei de staatssecretaris dat de VSNU voorbijgaat aan de investeringen in het hoger onderwijs, maar iedere keer als er in de stukken sprake is van investeringen, staat er een voetnoot bij, namelijk: de bezuinigingen zijn ingeboekt en de eventuele investeringen staan op de aanvullende post bij financiën. Ik vraag de staatssecretaris te garanderen dat dat geld van jaar tot jaar vrijkomt. Daar kun je niet op wachten. Dat heeft alles te maken met de planning: huisvesting, personeelsbeleid en investeringen, die voor de toekomst bestendig moeten zijn.

Over matching heb ik al iets gezegd. Ik ga trouwens afronden. Ik zie dat ik aan het eind van mijn spreektijd ben. Graag krijg ik van de staatssecretaris nadere informatie over hoe hij de matching tussen student en studie wil verbeteren.

Dat heeft volgens mij ook alles te maken met de juiste bekostigingsprikkels: niet afrekenen achteraf, maar samen ervoor zorgen dat de student op de juiste plek begint. De alomvattende kernvraag is, ook gehoord de minister-president in zijn reacties via Twitter en anderszins, hoe de staatssecretaris het hoger onderwijs naar een hoger plan gaat tillen met minder geld.

André Rouvoet