Vorsten en oorlogen hadden grote invloed op staatsvorming in Vroegmoderne
tijd
Hoogleraar Von Friedeburg start nader onderzoek met grote subsidie van NWO
Hoogleraar Vroegmoderne Geschiedenis Robert von Friedeburg van de
Erasmus School of History, Culture and Communication van de Erasmus
Universiteit Rotterdam en Academisch Directeur van het Erasmus Center
for Early Modern Studies heeft van de Nederlandse Organisatie voor
Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) een subsidie van 750 000 Euro
toegekend gekregen. Hij start hiermee het project `Reason of State'
waarin hij gaat onderzoeken hoe er in de zeventiende eeuw over de staat
en over vorstelijk gezag werd gedacht. Het project start medio 2011 en
zal vier jaar duren.
Lang is door historici gedacht en beweerd dat, na het ineenstorten van
de middeleeuwse ordening, in de zeventiende eeuw de moderne
bureaucratische staat is ontstaan. Vandaag de dag is niet iedereen het
daarmee eens. Von Friedeburg schept in zijn project meer duidelijkheid
hierover. Hij stelt dat de vorming van de moderne bureaucratische staat
niet zozeer de belangrijkste politieke ontwikkeling in de Vroegmoderne
Tijd was, maar de verandering van het vorstelijk gezag.
Vorsten in de zeventiende eeuw veranderden door hun deelname aan
oorlogen op grotere schaal dan voorheen en tegen ongekend hoge kosten.
Daarnaast kwamen er in de maatschappij groepen op die het vorstelijk
gezag politiek steunden. Zo werd niet de opkomst van de moderne staat
mogelijk gemaakt, maar de opkomst van de `nieuwe monarchie'. In het
project Reason of State zullen de onderzoekers dit aantonen door te
bekijken hoe vooraanstaanden in die tijd over de politiek en vorsten
schreven en hoe het nieuwe vorstelijk gezag tot uiting kwam in
politieke pamfletten.
Met dit onderzoek beoogt Von Friedeburg bij te dragen aan onze kennis
over staatsvorming en machtsverhoudingen in de Vroegmoderne tijd. Het
project staat ook in samenhang met een al eerder gehaalde subsidie van
de ESF over de "Nieuwe Monarchie", een samenverkingsverband met
onderzoekers uit Cambridge, Parijs, Aberdeen en Georgetown.
Erasmus Universiteit Rotterdam